Tekstweergave van BTB_1964-1965-24_002
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Waarom
liggen
de
prijzen
in
Nederland
zoveel
lager
dan
in
Duitsland,
Frankrijk
of
zelfs
Italië?
Waarom
enz.
Ja,
1964
is
een
jaar
vol
raadsels
geworden.
Hebben
wij
fruittelers
en
voorlichters
fouten
ge
maakt
en
kunnen
wij
uit
de
ervaringen
van
1964
wat
leren
voor
de
toekomst?
Wij
willen
trachten
hierover
iets
positiefs
te
schrijven,
alhoewel
dit
een
zeer
moeilijke
aangele
genheid
is
en
uiteindelijk
elk
jaar
weer
anders
is
en
daardoor
vol
nieuwe
verrassingen.
Wij
zijn
van
mening,
dat
er
teelttechnisch
wei
nig
fouten
zijn
gemaakt,
niet
op
het
gebied
van
de
snoei,
noch
van
de
bemesting
of
de
ziektebestrij
ding,
of
de
bodembehandeling.
Wel
is
een
algemene
fout
geweest,
dat
er
veel
te
weinig
gedund
is.
Vele
fruittelers
hebben
geen
enkel
ras
gedund,
anderen
alleen
Golden
Delici
ous,
Yellow
Transparent
en
Laxton’s
Superb.
Hierin
zit
zeker
een
les
voor
de
toekomst.
Aan
één
kist
appels
van
een
goede
maat
heeft
men
in
1964
meer
gehad
dan
aan
drie
of
vier
kisten
on
dermaatse
appels
en
wij
verwachten,
dat
dit
de
komende
jaren
net
zo
zal
gaan.
De
consument
wil
een
appel
of
peer
goed
betalen,
maar
dan
moet
het
ook
een
behoorlijke
vrucht
zijn
en
geen
kriel.
Het
grote
knelpunt
evenwel
is
de
oogst
gewor
den.
Wij
hebben
ons
vergist
ten
aanzien
van
het
rijpheidsstadium
en
dus
het
pluktijdstip
voor
vele
rassen;
het
begon
al
bij
de
Yellow
Transparent,
het
was
ook
bij
de
Jonathan
en
zelfs
bij
Golden
Delicious
het
geval.
Wij
waren
twee,
drie
koude
zomers
en
dus
laat
oogsten
gewend;
1964
was
vrij
warm
zodat
de
vruchten
eerder
rijp
waren.
Dit
vergaten
wij
toen
de
pluktijd
naderde
en
boven
dien
was
er
zo’n
enorme
oogst;
dat
het
onmoge
lijk
was
op
tijd
te
plukken.
Toen
stapelde
de
fou
ten
zich
op.
Te
laat
plukken,
te
weinig
kisten
en
daardoor
zelfs
los
storten,
het
duurde
te
lang
voor
het
fruit
in
de
bewaarplaats
of
de
koelcel
kwam,
kortom
vele
fruittelers
hebben
in
de
oogsttijd
in
enkele
weken
hun
arbeid
van
veel
maanden
be
dorven.
Maar,
zult
u
zich
afvragen,
waren
deze
fouten
te
voorkomen
geweest?
Lopen
wij
in
1966
of
1967
als
er
weer
zo’n
grote
oogst
zou
zijn,
niet
opnieuw
vast?
Die
kans
is
er
inderdaad,
maar
toch
geloven
wij,
dat
er
wat
aan
te
doen
is.
Allereerst
moeten
de
fruittelers
over
meer
kis
ten
beschikken.
Er
zijn
nog
telers
met
een
flink
bedrijf,
die
niet
één
eigen
kist
bezitten.
Voorts
is
er
bij
de
oogst
meer
te
mechaniseren.
Afhankelijk
van
de
bedrijven
en
de
bedrijfsinrich
ting
denken
wij
bijv,
aan
de
aan-
en
afvoer
van
IN
MEMORIAM
Z.
KOEMANS
Op
7
februari
jl.
werden
wij
opgeschrikt
door
het
plotseling
overlijden
van
ons
lid,
de
heer
Z.
Koemans.
Zulke
momenten
worden
we
stil
en
gaan
onze
gedachten
uit
naar
degenen
die
dit
ver
lies
zo
zwaar
treft.
Vele
fruittelers
kennen
de
heer
Koemans
als
een
vertrouwensman,
waarmede
de
vele
proble
men,
nu
eenmaal
verbonden
aan
dit
beroep,
wer
den
besproken.
Op
onze
V.O.F.G.-vergaderingen
was
hij
een
trouw
bezoeker,
die
aldus
steeds
op
de
hoogte
bleef
van
de
nieuwste
ontwikkelingen.
Wat
is
het
moeilijk
te
moeten
aanvaarden,
dat
zulk
een
leven
zo
plotseling
uit
ons
midden
wordt
weggehaald.
Zwaar
valt
het
ons
afscheid
te
moe
ten
nemen
van
een
lid,
echter
onzeglijk
veel
moei-
lijker
is
het
om
te
moeten
scheiden
van
een
le
vensgezel.
Mevrouw
Koemans,
wij
als
V.O.F.G.
willen
u
vragen
deze
sobere,
tekort
schietende
woorden
te
willen
aanvaarden
in
de
hoop
dat
u
èn
uw
kinde
ren
de
ongetwijfeld
moeilijke
tijdskloof
die
voor
u
ligt,
kunt
overbruggen.
Van
u
ging
een
man
heen,
van
ons
een
vriend.
Het
Bestuur
de
kisten
door
middels
van
laadborden,
hefmas-
ten
aan
de
trekkers,
handhefwagens,
vorkhef
trucks,
stapelaars
enz.
Vervolgens
vraagt
de
oogst
veel
organisatieta
lent.
Het
is
vaak
in
de
neerzet-
en
sorteerruimte
een
„verkeerschaos”.
De
kisten
werden
van
links
naar
rechts
gezet
en
weer
van
rechts
naar
links,
van
voren
naar
achteren
enz.
Heeft
u
wel
eens
nagegaan
hoe
vaak
u
dezelfde
kisten
fruit
in
de
hand
krijgt?
Wat
zit
hier
een
tijdverlies
in,
een
verlies
dat
zich
wreekt
in
de
pluktijd
en
later
in
de
snoeitijd.
Studie
van
arbeidsmethoden
is
op
dit
gebied
wel
bijzonder
urgent
en
bij
de
bouw
van
bedrijfsruim
ten
en
bewaarruimten
is
het
toch
wel
erg
belang
rijk,
dat
de
gebouwen
zo
ingericht
zijn
en
zulke
afmetingen
hebben,
dat
economisch
kan
worden
gewerkt.
Wij
bedoelen
met
dit
artikeltje
helemaal
niet
om
kritiek
te
leveren
op
de
Betuwse
fruitteler,
maar
hebben
oprecht
geprobeerd
een
weg
te
wij
zen
om
in
komende
jaren
het
hoofd
te
kunnen
bieden
aan
de
moeilijkheden,
die
wij
in
1964
niet
aankonden.
Dat
deze
weg
nog
niet
erg
duidelijk
en
ook
vol
obstakels
is,
daarvan
zijn
wij
ons
ter
dege
bewust.
G.