Tekstweergave van BTB_1967-01_010
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
In
het
jaar
dat
aan
het
planten
van
de
bomen
voorafging
werden
goede
voorbereidingen
getroffen.
Bouwland:
1963
nov.:
oogst
van
hakvruchten
1964
maart:
drainage,
ploegen
en
egali
¬
seren
juni:
grasstroken
inzaaien
aug.:
palen
plaatsen
dec.:
bomen
planten
1965
eerste
groei-jaar
1966
tweede
groei-jaar
1967
derde
groei-jaar
met
een
aan-
vangsproduktie
waarmee
de
lo
pende
kosten
kunnen
worden
be
taald.
Weiland:
Gunstige
voorbeelden
waarbij
men
in
bestaand
weiland,
dat
voldoende
gedrai
neerd
is
en
geheel
vlak
ligt,
slechts
stro
ken
behoeft
te
frezen
om
bomen
te
kunnen
planten
zijn
zeldzaam.
Wie
plannen
heeft
om
oude
boomgaardgrond
in
te
planten
doet
verstandig
reeds
een
jaar
vóór
het
rooien
een
monster
op
bodemmoeheid
te
laten
on
derzoeken.
Onderteelt
Wat
reeds
jaren
werd
beweerd
wordt
vooral
de
laatste
drie
jaren
door
de
praktijk
bewezen:
in
de
meeste
gevallen
haalt
het
niets
uit.
Men
heeft
er
geen
of
niet
voldoende
tijd
voor
en
de
aanlooptijd
wordt
erdoor
verlengd.
Bodemverzorging
Hierbij
wordt
uitgegaan
van
het
praktische
standpunt
dat
bodemverzorging
dient
om
een
structuurtoestand
van
de
grond
te
behouden
en
te
verbeteren.
Daarvoor
is
het
gunstig
grasstroken
in
te
zaaien
vóór
het
planten.
De
ervaringen
met
het
graszaadmengsel
F
A
1
(28
kg
per
ha)
zijn
veel
gunstiger
dan
met
een
natuurlijke
grondbedekking.
Bemesting
Houdt
u
aan
het
advies
van
de
kalibemesting,
ook
al
lijkt
het
wat
hoog.
Kaligebrek
is
nadelig
want
om
dit
weg
te
krijgen
moeten
toch
enkele
zware
kalibemestingen
worden
gegeven.
Een
goede
ontwatering
bevordert
de
kali-opname
van
de
wor
tels!
In
het
bemestingsadvies
worden
normen
ge
geven
voor
de
stikstofbemesting.
Laat
dit
ook
af
hangen
van
de
groei
van
de
bomen
en
wees
voor
zichtig
met
te
hoge
stikstofgiften.
Een
stikstofgift
in
de
(voor)zomer
op
de
zwarte
stroken
langs
de
bomen
werkt
vrij
snel.
Onkruidbestrijding
Gebruik
de
eerste
jaren
geen
chemische
midde
len
die
een
nawerking
in
de
grond
hebben.
Be
perk
u
tot
Gramoxone
en
groeistoffen.
Probeer
met
Gramoxone
de
jonge
stammetjes
zoveel
mo
gelijk
te
ontwijken
en
gebruik
in
die
periode
geen
middelen
die
aminotriazool
bevatten.
Ziektebestrijding
Een
schema
voor
een
jonge
aanplant
is
bijna
een
volledig
schema
want
het
eerste
jaar
zijn
6
tot
8
bespuitingen
tegen
schurft
en
meeldauw
en
5
bespuitingen
tegen
insecten
noodzakelijk.
Hierbij
komen
nog
twee
bespuitingen
tegen
kanker
in
de
herfst.
Vandaar
dat
de
grasstroken
vanaf
het
in
planten
zo
belangrijk
zijn.
Snoeien
en
uitbuigen
De
aanwijzingen
die
de
heer
Van
den
Engel
voor
de
snoei
gaf
komen
overeen
met
hetgeen
hierover
in
de
laatste
nummers
van
vorig
jaar
is
geschreven.
Heeft
men
de
eerste
drie
of
vier
jaar
voldoende
gebogen
dan
valt
het
daarna
heel
erg
mee.
Voor
de
rassen
Benoni
en
Tydemans
zijn
juk
ken
onmisbaar.
Voor
andere
rassen
kan
van
dit
hulpmiddel
gebruik
worden
gemaakt
indien
dit
nodig
blijkt
te
zijn.
Onder
„diversen”
werden
maatregelen
genoemd
tegen
hazen,
muizen
en
woelratten.
Hierover
schreef
de
heer
Van
Dijke
al
een
artikel.
Nadat
de
heer
Van
den
Engel
nog
had
gewezen
op
de
noodzaak
van
voldoende
beschutting,
waar
bij
hij
de
voorkeur
gaf
aan
een
goed
verzorgd
el-
zenscherm,
vestigde
hij
de
aandacht
op
het
ge
bruik
van
zware
palen
voor
bomen
die
zich
snel
en
flink
ontwikkelen.
Het
herstel
van
de
schade
als
gevolg
van
het
gebruik
van
lichte
palen
is
moeilijk
en
kostbaar.
Een
goede
verzorging
van
de
jonge
percelen
is
het
middel
om
tot
het
doel
te
komen.
Hierbij
zijn
geen
technische
problemen.
Het
komt
er
op
aan
dat
men
wakker
is
op
het
juiste
moment.
v.
d.
W.