Tekstweergave van CNA_1898-01-05_002

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
*• Het eerste bataljon van het regiment schutterij te Rotterdam , waarvan de overste H . de Jongh commandant is . trad Zondag - middag op de Be«rs aan om het brandpiket over te nemen , terwijl tegelijkertijd eenige medaljes voor vee)jarigen trouwen dienst bij de fchutterij zouden uitgereikt worden , in tegenwoordigheid van de aanwezige hoofd - en subalterne officieren . Terwijl de aanwezigen naar schutters - manier in rij en gelid stonden , vroeg een der schutters aan zija luitenant om een borrel . Het spreek van zelf dat aan dit verzoek niet voldaan werd . maar de luite - nant achtte het noodig zijn waarnemenden compagniescommandant met het geval in kennis te stellen Dezen beval den schutter daarop na afloop van den dienst te wachten . Toen nu de dienst afgeloopen was , de medaljes uitgereikt waren en de schutters zouden inrukken wilde ook de vrijpostige schutter naar huis gaan . Dit werd liem belet door een der ond«roffi«ieren , die hem vasthield aan zijn jas . De man verzette zich hiertegen , verscheiden schutters keerden nu terug , en vormde » een kring ora hun makker , dien zij trachtten te ontzetteu Groote opgewondenheid ontstoad , vuisten werdeH opgestoken , en de schutteis dreigden met hun chefs aan ' t vechten te raken . Toen werd de politie te hulp geroepen Tien agenten , met een onder-inspecteur aan het hoofd , maakten zich ruim baan door de ten deele ook buiten de lieurs veree - nigde schutters , en drongen daarop met de sabel in de hand het gebouw binnen , waar zij , na rechts en links op de mannen te hebben ingeslagen , den vrijpostigen schutter , trots den tegenstand zijner kameraden , ar - resteerden . De Beurs werd ontruimd en de man werd voor den commandant ge - bracht . Wederom zrjn door de rijkspolitie te Maastricht ter zake van muntmisdrijf twee personen aangehouden . Deze hebben volgens hun eigen bekentenis , vahche guldens met de beeltenis van Koningin Wilhelmina , door den broeder van een hunner vervaar - digd ; in omloop gebracht Het aantal al - hier in de laatste weken wegens muntmis - drijf gearresteerde personen bedraagt thans vijf . Toen de heer R , doorwien in den laat - sten tijd in het perceel Ghoorstraat 9 te Utrecht met een kinematograaf voorstellin - gen werden gegeven , gisterenmorgen in het lokaal kwam , bemerkte hij met schrik , dat een aanwezige kas openstond en dat de kinematograaf welke daarin verborgen werd , was verdwenen . Bij nader onderzoek is verder gebleken , dat de dieven vermoede - lijk een valscheu sleutel hebben gebruikt om toegang tot het perceel te verkrijgen , waarna zij de kast waarin de kinematograaf stond , hebben opengebroken en het toestel met toebehooren hebben medegenomen . Het vermoeden bestaai dat de diefstal is ge - pleegd door 2 bedienden van den heer R ,. daar deze plotseling zijn verdwenen en naar het buitenland zijn vertrokken . De waarde van het ontvreemde toestel met toebehooren wordt op pi . m . f 1800 ge - schat . Onmenschelijke behandeling . De Berg . Ot . bevat de volgende mededeeling : Een geruchtmakend feit doet hier veel van zich spreken Door de politie is n.l . ontdekt , dat onder behoor van ons dorp een 26 - jarig meisje , in hare verstandelijke vermogens gekrenkt , werd gehuisvest op eene wijze , die aan het onmenschelijke doet denken . Leest men somtijds van uit de verte allerlei narigheden van grievende be jegeningen , misdadige opvoeding , verwaar - loozing , kindermoord en nog veel meer , het verwekt weemoed en ergernis hoe de behandeling , welke in onzen omtrek een ongelukkig mcnschelijk wezen had te onder - gaan , zoolang verholen is kunnen blijven . Het meisje moet als kind , hoewel niet vlug , gezond zijn geweest . Op 16 jarigen leeftijd toonde zij sporen van verstands - verbijstering , wat gaandeweg erger werd . Maar het is niet bekend dat ooit pogingen voor hare genezing in het werk zijn gesteld . Kwaadaardig of gevaarlijk wa » ze niet . Hoe ouders er dus toe kunnen komen een mensch , hun kind , in dien toestand te behandelen op eene wijze , die geene verpleging , eigen - lijk mishandeling mag genoemd worden , mogen zij voor zich verantwoorden . Een hol onder het hooi , waarin ze zich ternauwer - nood bewegen kon , was hare verblijfplaats . Daar was ze aan het menschelijk oog ont - trokken , niet door tralies waardoor nog eenige frissehe lucht kon binnendringen , maar door een dicht houten beschot , met stevige grendels afgesloten . Men mag aan - nemen , dat dit haar verblijfplaats was bij nacht en dag althans —- daar vond de politie haar ' s morgens , te halftwaalt , toen het gezin aan tafel zou . Schier ongekleed , in half verwilderden toestand , het daglicht schuwende , werd het wezen , dat een eenige dochter is , daaruit te voorschijn gehaald . Zelfs voor dieren wordt meer zorg aan zindelijkheid besteed . Aan onzen gemeente - veldwachter is het te danken , dat deze barbaarschheid ontdekt werd . Da officier van justitie en de wacht - meester der marechaussee hebben persoonlijk een onderzoek in loco ingesteld . Vanwege de justitie is hare opneming in een gesticht gelast . Het jaar 1898 is , zegt de A . C , zeer belangrijk als herdenkingsjaar van verschil - lende feiten uit onze geschiedenis . Het is thans 250 jaren geleden , dat de vrede van Munster gesloten werd ( 164i8 ), 100 jaren , dat aan de Bataafsche Republiek een vrijzinnige gronilwet geschonken werd ; 50 jaren geleden , dat Nederland door de Grondwet van 1848 zijne vrijzinnige staats - inrichting kreeg : 25 jaren geleden dat het onderwijs geregeld werd , zooals wij het tegenwoordig kennen ( 1873 ) en ook 25 jaren geleden dat de Atjeh-oorlog begon . In de Ie Laurierdwarstraat te Amsterdam werd gisterenmorgen op zijn kamer het lijk gevonden van den muzikant S Bij het openen van de deur vond men niets meer op de kamer dan twee ledige boter - vaatjes . Men had hem in verscheidene dagen niet gezien zoodat men veronderstelt dat hij van gebrek is omgekomen . ( Vlksdgb ) De heer Tresling , geneesheer te Hilver sum , heeft Vrijdagavond na den eten zijn huis verlaten , waarschijnlijk om eenige pa - tiënten te bezoeken , doch is tot heden niet teruggekeerd . Men heeft op verschillende plaatsen gedregd , doch mocht niets vinden . Dit raadselachtige verdwijnen van iemand , zoo zeer gezien als dr . T ., heeft te Hilver - sum een grooten indruk gemaakt . ( Hbl .) Om een beteren loonstandaard te krijgen is in de Friesche gemeente ^ ngwirden eene afdeeling opgericht van den Bond van veen - en veldarbeiders . Plaatselijk Nieuws Cl'LEMBORG . Door de politie alhier werden in het jaar 1897 opgemaakt 3 processen - verbaai , waaronder : Wegens openbare dronkenschap 207 Wegen » overtreding Ie lid van art . 17 drankwet ( het toedienen van sterken drank aan een kind bene - den den leeftijd van 16 jaren ) 2 Wegens overtreding der wet opde jacht - ' en visscherij . 2 Wegens wederspannigheid 3 Wegens mishandeling 14 Wegens vernieling 1 Wegens diefstal 8 Wegens Strooperij 6 Wegens overtred . der Arbeidswet 11 Wegens overtreding van het Pro - vinciaal reglement 7 Wegens overtreding der IJk wet 9 Wegens overtreding der politie - verordening en andere 118 Als gesignaleerd in ' t Algemeen Politie - blad werden aangehouden 7 personen . Als minderjarigen , wier opsporing was gevraagd , werden getransponeerd 6 personen . Aan ' t commissariaat werd nachtverblijf ea voeding verstrekt aan 151 personen . De dikke boomen ". Culeraborg , onze vaderstad , behoort nu eenmaal niet tot de stedeH , die op natuur - schoon kunnen bogen . Uitgezonderd de boomgaarden , die in steeds groeiend aantal de stad in een breeden kring omsluiten , heeft men er weinig boomgewas . De Sin - gels , de Plantage wat verder op , het Rondeel afgeloopen . Vandaar misschien . dat tegen alle aardrijkskundige afspraken in , de Gulemborgers de reuzen aan de overzijde der Lek , als Gulemborgsche " merkwaardigheden beschouwen . Te Culemborg geweest zijn , en niet naar de ,, dikke boomen " gaan kijken maar dat is immers een onmogelijkheid ! ! Eén dezer drie reuzen had ' t al eens erg te kwaad gehad , toen bij een orkaan —- - ettelijke jaren geleden een groot gedeelte zijner kruin naar beneden kwam tuimelen . Hoewel leelijk gehavend bleef de boom toch nog den tijd tarten , en zijne goede diensten aan ,, het reizend publiek " gratis bewijzen . Men moet weten -— elk rechtgeaard Culemborger weet ' t - die boomen zijn hol 1 En zie - wat wonderlijke combina - tie , wie had nu kunnen raden of ver - moeden dat juist die // holligheid // van zijn lichaam , gevoegd bij het uitwaaien van een gedeelte zijner kruin , te zamen de oorzaak konden zijn van eeu vree»elijk schouwspel , dat de harten van vele Gulem - borgers van angst en weemoed op den laatst verloopen Zondagavond samenneep . Als een verpletterende donderslag klonk n.l . toen ons in de ooren ; '/ De dikke boom staat in brand ! ! Niemand die ' t kon die ' t wilde gelooven . Men ijlde naar ' t havenhoofd en ja de ongelukstijding bleek waarheid te zijn - een ijselijke waarheid . ' t Was te duister en ook iets te vochtig om de gelaatsuitdrukking van de bedroefde menigte te kunnen bespieden maar zeker is ' t , een onbetwistbare zekerheid , dat er dien avond tranen gevloeid zijn beken van tranen . De dikke boomen in brand ". Maar kon een grootere ramp ons treffen ? Eerst ' t Boschje vit ^ 1 wreedaardig omgekapt en verkocht , aan de stoelen makers en daar huizen in de plaats gezet ; met tuinen —• ja dat is waar . maar met een muur er om heen wat hebben wij Gulemborgers , daaraan ? En nu de dikke boomen " ver - brand . Wat zullen we nu aan vreemde - lingen nog met trots aanwijzen ? Natuurlijk dadelijk naar den overkant naar ' t tooneel des onhcils , dat spreekt 1 Wat jammer alweer voor ons , dat er niet een vaste brug lag , dan had men er heen kun - nen ijlen -- in vliegende vaart , doch nu moest men zich weer aan die ouder - wetsche ,, punt '' toevertrouwen , met haar slepende gang terwijl een der liefste merkwaardigheden van Gulemborg daar raeedoogenloos aan ' t vernielende vuur prijs gegeven stond 1 Mogen de vroede vaderen toch hieruit nu eens tot de overtuiging komen , dat een vaste brug hier een gebiedende noodzakelijk - heid is ! 1 Pas lag de pont tegen den oever , of daar stormde de menigte voorwaarts ! Wie de langste beenen had , was nu een geluk - kig man , en ' t was of ieders beenen onder ' t loopen nog in lengte toenamen ! Bij het brandend jerceel aangekomen , zag men eerst den vollen omvang van de ramp . Als een hel woedde en brandde het daarbinnen van buiten bleef de boom merkwaardig koud , en toch kon die boom niet beweren , dat dit branden een zaak buiten hem was . Een groote opening onder in den boom diende tot oven en luchtgat verder lekten de vlammen door een natuurlijken schoorsteen tot in de kruin en sloegen nog wel een paar meter boven den stara uit . Een wolk van vonken verspreidde zich over ' t nabijgelegen weiland zonder daar gelrkkig in ' t afwezige grai of hoei eenig nadeel te veroorzaken . Dat er een ontelbare menigte oij den brand tegenwoordig was , aan wie moet dat nog gezegd worden ? En stel n voor welk een ongehoorde ongevoeligheid en wreed - heid ; er stonden daar bij dat ongeluk nog menschen te lachen . Ieder rechtgeaard Culemborger , die ' t hart op de rechtp plaats draagt , moet dat " lachen // wei als een zwaard door het hart zijn gegaan ! Intnsschen ging het alvernielend element bedaard zijn gang , zonder er naar te vragen of het daarmee de toeschouwers van wee deed ineenkrimpen : het brandde daarbinnen al voort , al voort , totdat al de molm !\ an de binnenzijde opgebrand was . Toen de vlammen eindelijk aan "' t levende bout * kwamen , bleek het , dat de macht van b^t alvernielend element toch ook noj maar beperkte grenzen heeft ; ten minste da vlammen doofden uit en cirea tien uur was er niets meer te zien dan hier en daar een lood gloeiend pantje . - De boom is ge - bleven wat hij was , alleen een weinig holler geworden en beroofd van enkele dunne takjes in zijn kruin . Doch hoe was die boom in brand ge - raakt ? Die knellende vraag drong zich natuurlijk ' t eerst bij iedereen op ! We weten , dat [ die goede oude boom het goedkoopste hotel van den geheelen omtrek was . Een vrij ruime opening onder in den stam was de poort , waardoor men vrij en vrank het hotel in - en uittrad ! En er werd een ruim gebruik van ge - maakt ! Menig " zwerveling * of uitgeput / rreizi - ger *, die moede en mat ( ook platzak ?) niet wist waar hij de vermoeide ledematen zon uitstrekken , heeft hij uit den nood gered , en hem een goedkoop verblijf ver - schaft . Een meewarig landbouwer in de nabijheid had er zelfs stroo in laten bren - gen en zoo ' t nachtverblijf aldaar meer dragelijk gemaakt . Kwamen de reizigers nu , dan vonden zij hun bedje opgemaakt . Is nu ' t vermoeden zoo vreeselijk ge - " waagd , dat de een of andere kwSjongen uit vaardigheid * het stroo in brand ge - stoken heeft ? Intnsschen de boom is bewaard gebleven , en dat is ons Goddank een steen van ' t hart ! Met een vrij wat ruimer hart verlieten wij het tooneel des onheili dan toen wij er heen stormden . De avond - lucht was griezelig de ramp had die griezeligheid verergerd en met bijna even groote treden haastten wij ons huiswaarts . De opmerking konden we nog maken dat de ramp van den een de vreugde van den ander kan zijn want : de veei - raan en de veerknecht maakten goede zaken I zuster , wat hebt gij vreeselijke zaken moeten uitstaan 1 Doch than » zal voor u beiden weer eeu betere tijd aanbreken ; ik zal ii rijkelijk tegemoetkomen voor al den koraccr , dien gij hebt uitgestaan . Leentje , morgen is ' t Kerstmis de heerlijke gedenkdag van het groote liefdewerk Gods , en daaro.n heerschen er jubeltonen daarom juicht men vervuld met hemelsctie vreugde , zooverre Christus ' naam bekend is en vereerd wordt . Ook in het kleine kamertje der moeder zal het goddelijk Kindje zijn intocht hon - den . Kom , zuster , kom , laten wij haastig het noodige aankoopen om onze goede moeder d&armede te verrassen , v Met deze woorden trok hij zijne zuster voort . Dan werden de gewenschte inkoopen ge - daan , welke door een commissionair bezorgd werden . Lena moest echter vooruitioopen om de moeder gerust t « stellen , die wegens het lang uitblijven harer dochter natuurlijk ongerust moest worden , en haar de blijde boodschap te brengen , terwijl Karel en de commissionair te samen de aangewezen wo - ning opzochten . Een uurtje later zat Karel met zijne moeder hand in hand in het behagelijk verwarmd kamertje , en verhaalde vroolijk van zijne lange reizen in de nieuwe we - reld , en de avonturen , welke hij daar be - leefd had : hoe htj door de . welwillend - heid van zijn overleden principaal een wel - hebbend man was geworden , in ' t bezit van groote industreele etablissementen , en eindelijk hoe hij het daar ginds niet langer had kunnen uithouden , daar hij zoo vurig verlangde zijne goede lieve moecer aan het hart te drukken . Vergeef het mij , liefste moeder ,* zéide hij . daar ik u in zoo geruimen tijd niets van mij liet vernemen ,'/ en neigde met deze woorden het hoofd aan de borst der goede vrouw vergeving voor de ijdelheid uw » zoons , die slechts als een rijk man wilde terugkeeren om mijne verwanten , die mij steeds als iemand beschouwden , die nergens voor te gebruiken was , en het nooit tot iets zou brengen , te toouen . dat ik een geheel ander persoon ben dan men meende . Moeder , ik heb mijn doel bereikt , maar gij , gij hebt zwaar geleden en ik moet tot mijn innig leedwezen erkennen , dat ik voor een ruim gedeelte de schuld daarvan draag.Doch ik zal trachten alles weer goed te maken , ik heb besloten mijne zaken aan een procuratiehouder op te dragen en hier bij u te blijven , mijn geliefden , om u tegen uwe vijanden te besehutten ,'/ eindigde de goede zoon , en de teedere moeder wischte de tranen van de wangen , die over - vloedig uit de oogen vloeden , en streek liefkozend over de zwarte lokken van ha - ren braven zoon . Lena was intnsschen bezig het avond - eten gereed te maken en plaatste hare dampende schotels op den disch . Vroolijk en welgemoed namen alle drie plaats en met het grootste genoegen werd het voor - treffelijk maal genuttigd . « Eere zij aan God in den hooge , envrede op aarde ! ian de menschen , die vangoeden wil zijn sprak moeder Prancisca.#Hoe zal ik u beter danken voor al hetgoede , dat gij mij vandaag thuiszendt , dan voor u de eere te brengen , die u toekomt ? Geraakte ik nu nog op goeden voet metmijne zuster , dan zou ik op het schooneKerstfeest niets meer kunnen verlangen.Thans * * Hoor eens I Wat is dat ? riep Lena verschrikt uit , terwijl zij lich naar het raam haastte . « Mijn God , er is brand ! En ' t moet zeer erg zijn , want er wordt storm geluid . O wat een ongeluk in dezen heiligen nacht !* Geheel ontsteld traden | ook moeder en zoon aan ' t venster . Leentje had goed gehoord , de zware dofTe tonen der alarmklok dreunden door de stilte van den nacht . Thans werd het levendig op straat , overal hoorde men brand ! roepen , en tal van bewoners ijlden hunne huizen uit . // Waar is de brand vroeg Karel aan iemand , die haastig voorbi>nelde . // Bi ' den rentenier Wühler in de Floog - straat werd er haastig geantwoord , en dan ijlde de man verder . * Barmhartige GoJ ! * kreet juffrouw Dernau en viel achterover in haren stoel . // Dat is Gods strafgerecht,'/meende Lena terwijl een zware huivering haar over de leden liep . Ook Karel was diep aangegrepen , toen hij vernam , dat dit ongeluk zijn oom Herman getroffen had . Al had hij zijne moeder ook nog zoo schandelijk bedrogen , en al had tante Lise hare zuster met hoon en smaad de deur gewezen , toch werd de stem des bloeds en van innig medelijden geweldig in hem wakker geschud , de stem der christelijke naastenliefde , en na een kort woordje met moeder en zusier gewis - seld tb hebben , spoedde ook hij zich naar den brand . Toen Karel in de Hoogstraat aankwam , was de brandweer druk aan ' t werk , doch het ontketend element had reeds zooveel terrein gewonnen , dat men bij den eersten aanblik reeds ontwaarde , dat er aan redden niet te denken viel , zoodat de pogingen der brandweer alleen daarheen^gericht wer - den om de naburige panden te redden . Eensklaps liep de getroflen reLtenier vol wanhoop door de menigte heen , en brak in een vreeselijk gejammer uit over zijne ongelukkige vrouw , die zich nog in het brandende huis moest bevinden . Met ontzetting vernamen dit de omstan ders , want allen was ' t maar al te duide - lijk , dat de beklagenswaardige vrouw redde - loos verloren was , daar het menschelijker wijze gesproken , volkomen onmogelijk moest geacht worden haar hulp te bieden . Terwijl alle blikken op het brandend huis gevestigd waren en langs alle zijden luide jammerkreten gehoord werden , zag men eensklaps eene krachtige raannenge - stalte eene ladder opklimmen die tegen het brandende huis geplaatst was . De algemeene verbazing , de bewondering van allen volgden hem , terwijl de menigt » hem ademloos nastaarde . Eensklaps heesch de man zich op een venstei'dorpel der eerste verdieping en een oogenblik later was hij verdwenen . Seconden vergingen , een minuut , twee minuten .... reeds wanhoopte men , toen de moedige jongman eensklaps weer in de vensteropening verscheen met eene bewustelooze vrouw op de armen . " Een touw ! Een touw !" riep hij de menigte toe , '/ doch haast u , er is nog een tweede persoon hier , en de bovenverdieping dreigt elk oogenblik in te storten . Snel als de bliksem klauterde een brand - weerman de ladder op , om het touw te brengen , dat de redder de ongelukkige vrouw om het lichaam sloeg ora haar dan langzaam naar beneden to laten . '/ Een krachtige waterstraal naar deze zijde !'/ riep hij dan weer naar beneden , en liep opnieuw het gebouw binnen , dat op ' t punt was in te storten . De slangen werkten met geweld en wier - pen hare stralen sissend naar de aangewe - zen ruimte . Nog verliepen er enkele oogenblikken , terwijl er onder de wachtende menigte de diepste stilte heerschte , en slechts het knapperen der vlammen en het gesis dèr waterstralen , die met kracht naar boven werden geworpen , gehoord werd . Eensklaps brak er een storm van toe - juichingen los ; ook de tweede vrouw , die nog daarboven was , had de koene man ge - red . De onverschrokken vreemdeling daalde met haar de ladder af , en nauwe - lijks had hij den vasten bodem bereikt , of de bovenverdieping stortte reeds met geweld naar beneden . // God zij gedankt !'/ klonk het op ont - roerden toon uit den mond der aaawezigen Dernau , want hij was het , die de beide vrouwen uit de vlammen gered had , gaf order de ongelukkige slachtoffers naar de woning zijner moeder te brengen . De eene zoowel als de andere had het bewustzijn verloren . De oudste was de vrouw des renteniers , de andere Maria Steinhauer . Beiden werden naar de armzalige woning van juffrouw Dernau gebracht . /' O ondoorgrondelijke raadsbesluiten Gods ! zegde moeder Erancisca . In geluk en voor - spoed badend , stiet Elise hare zuster de deur uit , bij wie zij thans , op hare beurt een betreurenswaardig slachtofl'er geworden , een veilig toevluchtsoord vindt , bij den braven zoon , die haar van den vuurdood gered heeft \" Lena verstrekte de ongelnkkigen , die zware brandwonden bekomen hadden , de teederste zorgen . Eensklaps trad Karel binnen , in gezel - schap van zijn oom , die onder dezen ver - schrikkelyken ramp vreeselijk was terneer - geslagen . Als een apathische vleeschklomp liet hij zich op een stoel nedervallen en staarde met een paar onvaste blikken uit zijne verwilderde oogen . Een oogenblik later was de ijling » ontboden dokter ook daar , de geneesheer Schallberg , een reeds bejaard en eerbied - waardig man . welke mevrouw Wiihler had opgeloopen , bedenkelijk het hoofd schudde . Eindelijk wendde hij zich tot Karel . /' Mijnheer ," zegde hij . * menschelijke hulp kan niet meer baten . Door den hemel , zou een wonder moeten gewrocht worden om de uitdoovende levenskrachten in dit lichaam te bewaren . Ik geloof zelfs niet . dat mevrouw Wiihler nog tot het bewustzijn zal wederkeeren : laat onmiddellijk een priester ontbieden . Nauwelijks had de arts deze woorden gesproken of moeder Erancisca viel zuchtend voor het bed barer zustér op de knieën neder , en bedekte hare hand met de vurigste kussen . " Gij zult dan het woord der verzoening niet meer mogen uiten * zegde zij , vgij zult uit deze wereld scheiden zonder u met mij verzoend te hebben ! O mijn God , duld dat niet ! Neen , duld dat niet !'/ En alsof de hemel hare smeekbede aan - hooren wilde , opende op dat oogenblik mevrouw Wahler de oogen en staarde om zich heen . " Waar ben ik ?" klonk het nauwelijks hoorbaar van hare lippen . " Elise , beste zuster , bij Erancisca zijt gij Staar mij toch zoo verbaasd niet aan , Elise , gij kent mij toch wel !" " Zeker , zeker Erancisca , maar te laat ; ' t is te laat goede zuster , ' t wordt nacht , « antwoordde de ongelukkige op zachten toon . O , vergeef mij toch al het ongelijk , dat ik u heb aangedaan in mijn ijdelen en harte - loozen trots ." '/ Rteds lang heb ik u alles in de stille