Tekstweergave van DWB_1923-01-13_001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
#
No
.
B4.4
:.
waterdag
IB
Januari
19S3
iÖe
eJaargaiig
.
DB
^
W^AALBODB
Mieuipvrs
-
en
^
advertentieblad
voor
TXEIj
,
MA.A,S
en
'
WA.A.ï
:^
Meder
-
en
Over-33etuwe
,
Tieler
-
en
Sommelerwaard
.
b
»»
antoorboeken
en
Agenda's
1923
in
mime
sorteering
voorhanden
N
.
V
.
OrykkeriJ
&
n
BBBkhmnd&l
9,%L
MmmHrnm
^^
-
¥
ieesoitstraat
,
TIEL
Tweede
Blad
.
St
.
Dominieus-Faroctiie
te
Tiel
.
ZONDAG
14
Januari
1923
^^
Twesde
Zoadkg
na
Driekoningan
.
De
fl.H
.
Miaaen
om
6
,
8
ea
10
uur
.
Kwart
Toor
12
cateehismus
.
Dea
aTo&daom
6
aur.Lüt
,
üo£»uiioe(ija
en
Conferentie
,
ook
toegankelijk
voor
niet-ksthoiieken
.
DISSDAG-avond
om
7
uur
Lof
ter
eere
van
den
H
.
Yader
Domiuicua
.
WO£9[i>DAG-aTond
omi
?
aus
Lof
ter
eere
ym
de
H
.
Barbara
.
ZATËRDAG-Kvend
om
7
uur
Lof
ter
eere
van
ds
M
.
Masgd
Mari
».
Maandag
na
sehouitijd
bieckthooren
Toor
de
,
kinderen
der
3d
@
en
4ds
kla
»
Tan
alle
aoholen
en
Dinsdagmorgen
om
half
8
gösameulijke
H
.
Communie
,
A.s
.
Zaterdag
bieckthooren
voor
de
jongens
der
U
.
L
.
.
O.-klaasen
en
van
het
YervolgonderwijB
.
Zondag
na
het
Lof
in
de
Sacristie
gelegenheid
om
ingeschreven
te
worden
in
de
Altaarwsi^eht
.
MiaaanTrijiing
.
Zondag
14
Jan
.
Tsrandereude
Misgebeden
pag
.
100
.
AgeRd&'s
VergsderiMgeii
.
St
.
J
oaeph-bibliot
heek
geopend
Zondags
van
12—1
uur
.
fi
.
K
,=
J
o
n
g
e
n
a
p
»
ï
.
r
o
n
a
a
t
.
Zon
-
dag
gewone
bijeenkomst
na
het
Lof
.
^,
U.K
.
Leesbibliotheek
,
Utile
Dulci
"
lederen
werkdag
geopend
.
Zon
-
dags
gesloten
.
:&.
K
.
Spaarkas
St
.
Joseph
.
Zitting
Zaterdagamiddftgi
van
2
Vt
tot
3Vï
uar
.
Godsdieiistkennis
.
Oh8
leveasdoel
.
Een
kennis
van
me
,
wiens
geheugen
van
de
griep
een
flinke
klap
heefjt
meegekregen
,
zou
onlangs
een
reisje
onderHemen
.
Maar
toen
hij
aan
het
station
voor
het
loket
stond
,
liet
hem
helaas
zij
.,
memorie
eensklaps
in
den
steek
;
hij
was
het
totaal
kwijt
,
waar
hij
eigenlijk
naar
toe
had
gewild
.
Hila
-
riteit
natuurlijk
onder
het
belangstel
-
lend
publiek
,
dat
zich
met
meewarige
verbazing
afvroeg
,
hoe
iemand
bij
mogelijkheid
zoo
iets
vergeten
kon
.
En
toch
,
wanneer
men
in
die
bonte
mengeling
van
rustige
zakenlui
en
ge
-
jaagde
buiten(pieizier)
-
menschjes
eens
een
greep
deed
en
hen
voor
het
„
waar
-
heen
"
van
hun
levensreis
stelde
,
maak
ik
me
sterk
,
dat
er
zelfs
onder
de
geroutineerde
abonne's
nog
velen
met
het
antwoord
verlegen
zouden
zitten
.
Niet
omdat
ook
hun
het
geheugen
parten
speelt
,
maar
omdat
ze
zich
in
dat
driftig
-
jachtige
leven
,
dat
iederen
dag
in
beslag
neemt
,
eenvoudig
geen
rekenschap
geven
,
waar
dat
leven
riujiLLiir
Zijn
misdaad
uitgeboet
Buiten
woedde
de
stojm
,
die
gierend
door
da
boomen
joeg
en
bulderend
neer
-
viel
tegen
da
muren
van
het
Geiderache
kasteel
,
op
walks
toren
da
wiadhaan
kraste
en
krsnnde
.
Maar
in
de
groote
kamer
was
het
gegeliig
;
daar
brandde
een
knetterend
vuur
van
g?oote
blokkao
hout
,
die
vlam
-
men
en
vonkea
verspreidden
en
hun
gloed
deden
afstralen
op
de
twee
mannen
,
dis
ia
behagalijka
houding
,
voor
dan
haard
saten
te
praten
.
De
eana
was
de
heer
dea
huizes
,
een
edelman
van
ouda
familie
,
die
op
xiju
vaderlijk
l&ndgoad
kalme
dagen
sleet
;
da
ander
was
oen
rechtsgeleerde
uit
Den
Haag
,
dia
met
sijs
vriend
ea
cliënt
over
zaken
had
gesproken
en
nu
den
Oudejaarsavond
,
dat
hij
hier
vertoefde
,
met
8.jn
gastheer
alle
onderwerpen
van
des
dag
beh&ndelds
.
Het
gesprek
kwam
op
de
roovers
,
dia
juist
weer
sanige
boavenstreken
hadden
uitgevoerd
.
De
gast
betoonde
niets
dan
verachting
voor
eigenlijk
heenvoert
.
Intusschen
amuse.e
-
ren
ze
zich
kostelijk
,
profiteeren
van
al
wat
het
leven
te
zien
en
te
genieten
geeft
,
totdat
zij
oververzadigd
en
toch
onbevredigd
het
grensstation
naderen
,
waar
hun
reis
dood
loopt
.
En
dan
komt
de
bezinning
en
de
angstige
twijfel
,
omtrent
het
onbekende
dat
hun
wacht
.
Want
ze
voelen
en
beseffen
het
,
dat
met
den
dood
het
laatste
woord
niet
gesproken
is
.
Ge
-
maakt
naar
Gods
eigen
beeld
en
gelij
-
kenis
,
kan
de
mensch
zijn
verheven
afkomst
niet
geheel
verloochenen
.
Hij
kan
zijn
rede
met
fraaie
theorieën
een
tijdlang
misleiden
of
de
ingeboren
honger
naar
geluk
met
de
verboden
vrucht
trachten
te
stillen
,
eens
moet
de
natuurziel
zich
wreken
en
zal
deze
aan
het
gepijnigde
,
onbevredigde
men
-
schenhatt
de
bittere
klacht
ontwringen
,
waarin
de
echo
weerklinkt
van
Sint
Augustinus'levenswys
woord
:
Gij
hebt
ons
gemaakt
voor
U
,
o
God
,
en
mijn
hart
is
ongerust
,
tot
het
rust
vinde
in
Ü
.
De
natuurlijke
rede
in
ons
eigen
menschelijk
hart
wijst
ons
dus
reeds
aan
,
in
welke
richting
ons
levensdoel
ligt
,
maar
de
volle
klaarheid
ontvangen
we
uit
de
openbaring
,
die
ons
leert
dat
wij
geroepen
zijn
voor
den
Hemel
.
We
staan
hier
voor
een
groot
mys
-
terie
,
dat
ook
^
Sint
Paulus
,
nadat
hij
het
had
aanschouwd
,
niet
kon
verkla
-
ren
;
want
de
hemelsche
gelukzaligheid
ligt
geheel
buiten
en
boven
ons
be
-
vattingsvermogen
.
Evenmin
als
we
met
de
hand
kunnen
reiken
aan
den
stoffe
-
lijken
hemel
,
die
boven
ons
zweeft
,
evenmin
kan
de
ziel
uit
eigen
kracht
opstijgen
tot
de
heerlijkheden
Gods
.
Maar
,
wat
ons
van
nature
onmogelijk
is
,
heeft
God
door
Zijne
Genade
bin
-
nen
ons
bereikt
gebracht
.
Hij
heeft
ons
in
den
eigenlijken
zin
des
woords
tot
den
Goddelijken
adelstand
verheven
en
ons
daarmee
het
erfrecht
verzekerd
op
de
hemelsche
goederen
,
die
eigenlijk
Gods
onvervreemdbaar
eigendom
zijn
.
Wat
deze
bovennatuurlijke
roeping
voor
ons
beteekent
,
zullen
we
later
breedvoeriger
aantoonen
.
Nu
willen
we
nog
slechts
wijzen
op
de
conse
-
quentie
,
die
er
voor
ons
in
ligt
opge
-
sloten
.
Als
de
Hemel
ons
doel
is
,
dan
is
daarmee
de
richting
van
onzen
levensweg
duidelijk
bepaald
.
Er
is
geen
twijfel
mogelijk
;
wil
onshet
leven
„
gelukken
",
dan
moet
onzekoers
georiënteerd
zijn
naar
den
Hemel,anders
wordt
het
,
ondanks
het
ver
-
meend-succes
,
een
jammerlijk
fiasco.Twee
dingen
zijn
daarvoor
noodig
;
kennis
en
een
sterke
wil
.
We
moetenons
vertrouwd
maken
met
de
richting,die
door
het
kompas
wordt
aangegevenen
blijkt
dan
dat
we
de
juiste
routekwijt
zijn
,
dan
moeten
we
sterk
genoegzijn
om
in
een
forschen
greep
hetstuur
om
te
gooien
.
Wie
metlaveerenweer
in
de
goede
richting
denkt
tekomen
,
lijdt
bijna
onfeilbaar
zekerschipbreuk
.
A
.
V
.
O
.
de
sckaimen
,
die
volgeü
»
him
maanen
wsren
aoader
hart
en
gevoel
,
terwijl
da
«.
nder
,
hotssear
hij
ook
hun
schanddade
»
ef
kautda
,
beweerde
,
dat
de
maeeten
dezer
roovers
meer
deor
de
omstandigheden
of
door
slecht
gezelschap
tot
hun
treurig
bflstaan
vervielen
en
sich
op
lateren
leeftijd
dikwijls
bekeerden
en
hun
vroe
-
ger
leven
betreurden
.
„
Dat
wilde
ik
dan
toch
wel
eens
zien
,
een
bekeerden
roover
I
"
riep
de
advo
-
caat
;
„
ik
heb
voor
da
raohibank
al
tien
-
tallen
onbekeerden
gezien
,
maar
00,7
nooit
anderen
."
Op
dit
oogenblik
werd
er
aan
de
deur
geklopt
.
Een
dianaar
kwam
binnen
en
deelde
zijn
heer
mee
,
dat
Raitiier
,
de
oude
schaapherder
,
daar
was
,
met
een
gewichtige
boodschap
.
„
Dat
treft
juist
goed
,"
riep
de
heer
im
huizes
,
„
laat
hem
binnen
komen
"
Ea
terwijl
de
bedieRde
sich
verwij
-
derde
,
zei
hij
tot
zijn
gast
:
„
Nu
zult
ga
kennis
maken
met
«
en
dia
voor
moord
reeds
twintig
jaren
tuchtkuiastraf
heeft
gehad
."
Da
rechtsgeleerde
keerde
zich
nieuws
-
gierig
nasr
de
deur
;
hij
verwachtte
olst
anders
of
hij
sou
aan
maa
met
een
vervaarlijk
uiterlijk
,
met
woest
onrustige
Elk
wat
wils
.
Eéa
woord
eu
daarmede
alles
.
Als
hst
een
of
andere
geleerde
geluk
-
ken
zou
,
geheel
zijn
wetenschap
in
één
•
voord
samen
te
valtea
,
zoodat
men
daar
-
riijde
alles
kon
weten
van
hemzelf
en
'
Sin
zijn
wijsheid
,
dan
zou
heel
de
wereld
van
sen
reusachtig
wonder
gewagen
.
Wij
,
Christanen
,
zijn
zoo
gelukkig
een
wootd
ie
bszitten
,
waarin
niet
.
siieen
óBzc
of
gena
enkcie
weienschap
,
maar
aüe
sohaitea
der
Wijshoid
en
Wetenschap
Ooas
verborgen
zijn
.
(
Cof
.
!
1
,
3
);
een
■/
oord
,
dat
bovendien
de
kunst
bevat
om
is
leven
.
(
Joh
.
I
,
4
);
en
dat
woord
Is
,
Jez
us
*.
Op
dat
woord
maakten
de
Apostelen
iiun
studies
en
de
kerkvaders
en
leeraren
Kochten
er
hun
wetenschap
in
,
Wat
zij
voor
zich
leerden
en
anderen
mededeelden
was
slechts
een
uitvloeisel
van
dat
voord
.
En
toch
niemand
hunner
mocht
ooit
de
volheid
begrijpen
van
alles
wat
In
dat
woord
verborgen
lag
,
evenmin
als
men
de
zee
droog
kan
leggen
,
door
er
uit
ts
drinken
,
UU
dat
woord
dronken
de
heiligen
,
gelijk
het
kind
uit
'
s
moeders
borst
,
den
groei
en
wasdom
van
alie
/
olmaaklheid
en
de
kracht
van
hun
reuzcndadea
.
Aan
dat
woord
dankte
Paulus
zijn
vuur
en
zi|n
zielenijver
.
Dat
woord
gaf
aan
Laurcnuus
zijn
onverwin
bare
standvastigheid
,
toen
hij
gemarteld
werd
op
vurige
roosters
,
en
hei
schonk
Agnes
,
dat
heidsnkind
,
hare
engelachtige
zuiverheid
.
Uit
de
schatkamer
van
dat
woord
namen
Elisabeth
en
Vineentlus
a
Paulo
de
ontelbare
rijkdommen
voor
hunne
iicfdewerken
,
als
de
stoffelijke
bronnen
waren
opgedroogd
.
Wanneei
zij
dat
woord
niet
bezeten
hadden
,
dan
waren
zij
zoo
zwak
en
zoo
arm
geweest
als
wij
zijn
,
die
tot
ons
ongeluk
alleen
op
eigen
wijsheid
an
kracht
vertrouwen
.
Verstaan
wij
de
kunst
om
het
licht
,
de
sterkte
,
den
rijk
-
dom
van
dat
woord
te
benuttigen
,
dan
kunnen
wij
ook
,
wat
zij
gedaan
hebben
.
Br
Is
geen
wifsheid
,
geen
leven
,
geen
heil
dan
in
dat
ééne
,
eeuwige
,
goddelijke
üogËB
,
ontmoeteo
.
Ie
plaats
d^arvii
»
irad
een
grijssard
binaen
van
eerbiedwaardig
yoorkomar
,
die
met
open
oogen
da
beide
aanwezigen
sauzsg
en
beleefd
groette
.
„
Kom
binnen
,
Èeinier
,
en
vertel
eens
wat
ge
hebt
ta
zeggen
."
„
Mijnheer
,
ik
heb
een
wolf
in
de
kudde
gahad
,
die
ees
.
schaap
heeft
meegeno
-
men
;
ik
ben
dadelijk
aan
het
zoeken
gegaan
en
heb
het
hol
gevonden
;
als
u
morgen
mee
kunt
gaan
,
dan
wilde
ik
graag
,
dat
u
hem
doodschoot
."
„
Goed
,
Beiniar
,
ik
ga
morgen
met
je
mee
,
maar
'
t
is
nu
te
slecht
voor
je
om
terug
te
gpan
,
je
blijft
van
nacht
hier
.
Gla
nu
eens
op
ja
gemak
zitten
en
als
het
niet
te
veel
ia
gevraagd
,
vertel
dan
dezen
heerjekvensloop
eens
."
Da
oude
man
aarcelda
een
oogenblik
,
ginjT
daarop
rdtten
en
begon
:
„
Mij
»
vader
stierf
,
toen
ik
nog
heel
jong
was
en
mijn
moeder
had
werk
om
ons
-
-
—
wij
waren
met
vijf
jongens
—
op
behoorlijke
manier
te
etfln
te
geven
.
Zij
deed
het
echter
door
dag
en
nacht
te
werken
,
en
wat
nog
meer
is
,
zij
trachtte
van
ons
brave
menschen
te
maken
,
door
o&s
goed
onderricht
te
ge
^
ven
en
ons
zelf
voor
te
gaan
in
en
goed
levao
,
Woord
,
dat
zich
onder
den
Naam
van
Jezus
aan
ons
heeft
geopenbaard
,
Millionnair
door
een
brief
.
De
volgende
geschiedenis
klinkt
zeer
romantisch
,
maar
moet
toch
letterlijk
waar
zijn
.
Zij
wordt
in
een
Duitsch
blad
verteld
.
De
historie
begon
op
den
derden
dag
der
mobiüsatie
in
Augustus
1914
.
Koop
-
man
Scheidgen
,
viccfcldwebcl
,
was
bij
een
brigade
ingediseid
,
die
reeds
in
de
eerste
dagen
van
den
oorlog
in
de
rich
-
ting
België
opmarcheerde
,
liem
werd
de
post
van
betaalmeester
toevertrouwd
.
Het
toeval
wilde
,
dat
de
vicefeldwebel
ook
tot
die
kleine
schaar
behoorde
,
die
in
korten
tijd
een
der
gewichtigste
forten
van
Luik
nam
.
Oe
kleine
schaar
werd
den
keizer
voorgesteld
.
Onze
Scheidgen
werd
luitenant
,
ontving
'
t
ijzeren
kruis
iste
klasse
,
terwijl
hem
ais
bijzondere
erkenning
door
den
keizer
een
gouden
armband
werd
geschonken
,
dien
deze
steeds
zelf
gedragen
had
.
Benige
maanden
later
werd
de
luitenant
In
Frankrijk
zwaar
gewond
en
na
eenigcn
tijd
als
dlenst-invalids
ontslagen
.
De
keizer
vernam
zulks
,
schreef
hem
eigen
-
handig
een
brief
waarin
o
.
a
.
werd
ge
-
zegd,^dat
waaneer
Scheidgen
soms
in
moeilijke
omstandigheden
zou
verkeeien
,
hij
zich
steeds
tot
den
hem
zeer
toege
-
negen
keizer
mocht
wenden
.
Op
zekeren
dag
ontving
Scheidgen
bezoek
van
een
zekeren
Preusz
,
die
als
soldaat
in
het
regiment
van
den
luitenant
had
gediend
.
Deze
Preusz
was
ceo
weinig
bekwaam
soldaat
,
maar
des
te
bekwamer
koopman
.
Toen
dan
ook
Scheidgen
hem
van
den
keizerlijken
brief
vertelde
,
riep
Preusz
uit
;
Maar
man
,
wanneer
je
wil
,
wordt
je
millionnair
.
Scheidgen
was
verwonderd
,
maar
Preusz
had
reeds
een
plan
gereed
en
dicteerde
een
brief
aan
den
zeer
toege
-
negen
keizer
.
Hi
|
'
meldde
daarin
,
dat
hij
met
een
compagnon
een
firma
had
op
gezet
,
'
n
levensmiddelcnzaak
,
en
dat
hij
zich
,
aangemoedigd
door
den
esrvoUen
brief
van
den
keizer
,
veroorloofde
„
Maar
sauwalijka
wss
ik
dertien
ja;»r
oud
,
of
aij
kwsm
te
sterven
en
liet
oe
»
alleen
aehter
,
terwijl
onze
buren
en
familieleden
ook
terDauwarnood
eea
stuk
brood
voor
zichzelf
hadden
en
ons
niet
konden
helpen
,
We
trokken
toen
,
ieder
op
eigen
gelegenheid
,
de
wereld
in
,
en
spoedig
was
ik
als
schaapherdersjongen
ergens
geplaatst
.
Maar
door
^
irmoede
moest
mijn
broer
na
een
paar
jaar
sijn
schapen
verkoopen
en
mij
ontslaan
,
zoo
-
dat
ik
weer
zonder
dak
was
.
Nu
begon
er
een
leven
voor
mij
van
zwerven
en
zoeken
,
en
—
de
oude
man
zweeg
een
oogenblik
en
een
traan
glinsterde
in
zijn
eog
—
en
daarbij
kwam
het
onge
-
luk
,
dat
ik
dikwijls
in
slecht
gezelechap
verkeerde
.
„
Naar
de
kerk
ging
ik
niat
meer
en
op
zekeren
dag
«
wierf
ik
Isngsdenweg
zondftr
iets
te
hsbben
,
waarmede
ik
mijn
middagmaal
kon
doen
,
en
mfj
vergeefs
«
fvrsgende
,
hoe
ik
wat
zou
kunnen
ver
-
dienen
,
toen
ik
mijn
naam
hoorde
roepen
,
„
Het
was
een
jongen
uit
ons
dorp
,
dien
ik
ia
een
paar
jaar
niet
had
gezien
en
die
mij
vroeg
of
ik
met
hem
mee
-
ging
.
We
praatten
over
een
en
ander
en
gingen
een
herberg
binnen
.
Ik
zei
,
dat
ik
gsea
geld
had
,
maar
hij
begoï
zich
tot
hem
te
wenden
,
om
hem
bij
de
autoriteiten
aan
te
bevelen
.
Antwoord
bieef
niet
uit
.
De
keizer
schreef
,
da
»
hij
;
ijn
dappcreu
soldaat
niet
vergeten
was
en
hem
aan
alle
civiele
en
roliiigire
autoriteiten
aanbeval
.
Briefpapier
,
lEet
den
firmanaam
Scheidgen
en
Co
bcdiukt
,
werd
aangeschaft
,
een
kantoor
gehuurd
.
Dan
trokken
do
beide
firmanfen
nasr
den
minister
van
Oorlog
geneiasl
F
ikei.hyr
.
Tamelijk
norsch
werd
hun
door
ten
adjudant
geantwoord
,
dat
de
gentiaal
geen
tijd
had
.
Thans
nam
Preusz
,
want
hi
]
voerde
het
woord
,
hei
keizerlijke
schrijven
en
overhandigde
dit
den
adjudant
.
De
uit
-
werking
was
verrassend
.
De
adjudans
vcrblctkte
en
verdween
en
in
mioder
dsn
twee
minuten
verscheen
de
generaal
zelf
en
noodigde
de
firmanten
binnen
te
komen
.
Preusz
zette
de
zaak
uiieen
m
vroeg
om
orders
voor
het
leger
.
Ds
generaal
liet
onmiddoUijk
den
be
-
treffenden
referent
komen
,
die
den
brief
las
en
op
zijn
knleca
knikte
.
Natuurlijk
konden
zij
ongetwijfeld
een
groote
hoe
-
veelheid
levensmiddelen
gebruiken
:
ge
-
condenseerde
melk
,
blscuif
,
meel
,
booner
,
rijst
,
bevroren
vleesch
,
vel
,
aiics
pet
wagon
.
De
firma
ontving
een
opdracht
,
die
in
de
honderden
mlllioenen
iiep
.
Scheidgen
hoorde
zwijgend
ioe
.
Het
duizelde
hem
.
Preusz
verkiaatdt
dsarrH
'
tegen
,
dat
de
firma
dit
alles
kon
leveren
;
alleen
aan
kapitaal
hadden
zij
zoo
goed
als
niets
ter
beschikking
.
Hij
verzocht
daarom
den
minister
om
een
voorschot
,
die
hem
een
som
van
250
mülioen
mark
waarborgde
.
De
levcnsmiddeicDzaak
kon
marcheeren
.
Seheidgen
en
Co
.
gingen
naar
Neder
-
land
,
kochten
daar
,
leverden
,
kregen
nieuwe
opdrachten
en
Scheidgen
was
millionnair
.
Na
een
half
jaar
bood
Preusz
hem
een
afkoopsom
van
10
mlllioen
mark
.
Schddgcn
ging
hierop
in
,
zoodat
Preusz
alleen
de
zaak
bezat
.
Hij
is
thans
een
der
grootste
IcvensmiddelenhandelareH
in
Duitsehiand
en
muiti
millionnair
.
Ds
brief
van
den
keizer
hangt
ingelijst
boven
zijn
schrijftafel
.
Trein-idflle
.
Als
m^n
vroeger
,
in
den
goeien
,
ouwen
tijd
een
heer
met
een
bontkraag
zag
,
dan
was
het
een
bejaard
heer
,
en
men
kon
er
vast
van
op
san
.
cial
hes
'
o
aristocraat
of
'
n
edelman
was
.
was
mtn
hem
trouwens
kon
aanzien
.
Trgrrwot
-
-
dig
loopcn
Jan
en
alleman
mn
eer
.
b
rn
-
kraag
om
,
waarvoor
een
konijr
;
of
kar
slachtoffer
geworden
is
Als
gitfe-|.fc.!pi
n
steken
soms
geblcckntusde
jonpcr.ecr
-
achtige
hoofden
boven
de
kaittkrsgen
uit
.
Zoo'n
type
stapte
op
een
morgen
te
Utrecht
een
coupé
van
den
frcir
t^nt
Rotterdam
binnen
.
Met
veel
zwiei
,
gnfite
en
gewicht
-
doenerij
trok
de
jonge
han
-
delsreiziger
zijn
jas
uit
,
die
ook
van
binnen
met
konijnen
vel
geboerd
was
en
hing
het
kleedlngstuk
aan
den
hs;a
boven
op
de
jas
van
een
goed
p-zps^r
rrsn
te
lachen
en
zei
alias
te
zuitea
OaialMc
.
Hij
bestelde
bier
,
brood
en
vl^psch
—
ik
deed
mij
oatnuriyk
flink
te
goed
—
hij
haalde
eindelijk
een
groote
hgnd
vol
rijkedaalders
uit
lijn
zak
,
waarvan
hij
mij
eenige
liet
zien
.
„
Hoe
komt
ge
daaraan
?"
vroeg
ik
hem
.
„
Verdiend
,"
zei
hij
.
„
Waarmee
?"
„
Ga
mee
,
ik
zal
u
'
t
vak
ook
leeren
."
„
En
hij
leerde
mij
het
vak
;
ik
werd
een
smokkelaar
.
„
Menig
vrachtje
had
ik
al
over
de
greaseo
gebracht
en
menig
goudttakje
daarmee
verdiend
,
toen
ik
op
zekeren
dag
,
met
een
zwaar
pak
op
mijn
rug
door
een
bosch
gaande
,
opeens
een
gress
-
waehter
voor
mij
lag
«
taan
.
Wat
ts
doen
?
Tlnehten
?
„
Maar
het
was
te
laat
,
de
man
pakte
mij
bij
de
keel
om
mij
op
den
grond
te
goeien
en
te
binden
;
daar
keerde
ik
mij
om
en
gaf
een
steek
met
mijn
mes
,,,.
Met
doorboord
hart
lag
hi
^
voor
mijn
voeten
,
„
Ik
,
vluehtte
,
een
dag
en
een
nacht
liep
ik
aan
een
stuk
door
,
in
'
t
wilde
weg
,
BU
links
dan
rechte
,
van
f
e
«
era
plaats
naar
de
andere
,
totdat
ik
«
icdelijk
een
afgeUf
en
dsrp
in
Limbtirg
geveaden