Tekstweergave van GRAD_1916-01-06_002

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Stenografie Pitman is een machtig wapen in den strijd om het bestaan. PITMANSCHOOL. Erkend bij Kon. Besluit Stbl. No. 10, 1905. Kweekschool voor Kantoorpersoneel. Deze inrichting is de eenige hier ter stede die hare candidaten KOSTELOOS op KANTOOR PLAATSEN. De recommandatie die de PITMANSCHOLEN van hare geplaatste leerlingen ondervindt is dan ook ZEER groot. Onderricht wordt gegeven in de volgende vakken: Stenografie Pitman; Machine-schrijven; Handelscorrespondentie; Boekhouden; verder gehecle opleiding voor den handel. Aanmelding van nieuwe candidaten dagelijks aan de school Kerkstraat 59 's-BOSCH en Heuvelstraat 19 TILBURG. De school is geopend van 10 v.m. tot 10 n.m. SPREEKUUR IEDEREN WERKDAG. CONDITIÈN ZEER BILLIJK. Directeur der Pïtmanscholen P. A. M. A. DRIESEN. STEEDS VOORHANDEN: Bekende eerste kwaliteit H. A. Huender, Zalt-Bommel. ^ ZATERDAG 8 JANUARI begint ^&g ONZE OPRUIMING a Contant. Magazijn „DE VLIJT". J. H.Van Berghem&Zn. WAARDENBURG. Firma J. H. & J. C. VAN BERGHEM. Handel in en voorradig alle BOUWMATERIALEN, Riool- en Schoorsteenbuizen. Vloer-, Oven- en Wandtegels, Vuursteenen en Vuurklei, Pannen en Vorsten, Rietvorsten, Kalk, Tras en Portland-Cement. Scherp concurreerende prijzen. V . ' i F i r m a A . V A N D E R L I N D E NN. V. 'i Firma A. VAN DER LINDEN ZALTBOMMEL. BERICHT DE ONTVANGST DER 1° Murwe LIJNKOEKEN van diverse Fabrieken. BOEKBINDERIJ J. PEKELHARING Interc. Telcf. 36. ZALT-BOMMEL. Predikbeurten. Zondag 9 januari 1916. ZALTBOMMEL. Ned. Herv. Kerk. Voorm. 10 uur Ds. Knipscheer. Bevestiging kerkeraadsleden, 's Avonds half 7 Ds. Pantekoek. Evangelisatielokaal. Voorm. 10 uur de heer W. C. Lodder. 's Avonds ö uur dezelfde. BRUCHEM. Nam. 2 uur Ds. Werther van Hedel. KERKWIJK. Geen dienst. GAMEREN. Voorm. half tien en 's avonds half zeven Ds. Van Ingen. NIEUW AAL. Nam. 2 uur Ds. Van Ingen van Gameren. ZUILICHEM. Geen dienst. BRAKEL. Voorm. half 10 Ds. Anker. POUDEROIJEN. Voorm. 10 uur Ds. Pantekoek van Zaltbommel. AALST. Nam. 2 uur Ds. Verloop van Ne- derhemert. NEDERHEMERT. Voorm. 10 uur N. Z. Ds. Verloop. Zuidzijde. Geen dienst. HEDEL. Voorm. half 10 Ds. Werther. 's Avonds. Geen dienst. KERKDRIEL. Voormiddags 10 en's avonds 6 uur Ds. Ingelse. ROSSUM. Voormiddags 10 en 's avonds 6 uur Ds. Eijkman. HUR WENEN. Voormiddags. Geen dienst. 's Avonds 6 uur Ds. Fonteijn. HEEREWAARDEN. Voorm. 10 uur Ds. Fonteijn. Mercurius Vuurmakers per doosje 25 stuks 5 cent. S p a a r z a a in. Gevaarloos. M.T. KLEIJ. Zaak te Koop. Op een der beste standen in Den Haag wordt wegens hooge leeftijd der eigenaar te koop geboden een reeds jaren bestaande Zaak in Koloniale-, Grutterswaren en aanverwante artikelen, welk een ruim burgerbestaan ople¬ vert en voor uitbreiding vatbaar is. Huur van het ruim huis en over- nemingssom zeer billijk. Br. fr. No. 30, bur. dezer Cour. Mevrouw BUIJSING DAMSTÉte Waardenburg vraagt met Februari of later eene Keukenmeid, P. G., die goed koken en werken kan. Mevrouw MOOLENBURGH Gasthuisstraat, Zalt-Bommel, vraagt tegen 1 Februari een flinke DIENSTBODE als Noodhulp of voor vast en een net DAGMEISJE tot half April, beiden van goede getuigen voorzien. Mej. PEKELHARING te Zalt- Bommel vraagt tegen half Januari aanstaande een net DAGMEISJE. Engelsch Zout. Bloem van Zwavel, Beendermeel. Poeder tegen Engelsche ziekte bij varkens. H. A. Huender. Zalt-Bommel. BOK BIER van af heden verkrijgbaar. P. HOLEWIJN. BIERBOTTELARIJ. van Varkensvleesch. Rollade Magere Lappen Doorregen Lappen Vette Lappen Carbonade Versch Vet Spek 55 55 45 40 50 40 Doorregen Spek 45 Gezout. of gerookt vet spek 40 >» ., ,. mager „ 45 Reuzel 40 Kluiven 15 Gehakt 45 ö. DINGEMANS. Gamersche straat. Kapok Crin végétal Zeegras pond. steeds groote voorraad alleen in PRIMA KWALITEIT voorhanden bij JIJ. Zalt-Bommel. Klappa en Palmira Plantenboter. B. U. K. Plantenvet MARGARINE met CADEAUX ■ 25 cent per half ponds pak. M. T. KLEIJ. ONTVANGEN wi Abrikozen, g Perziken, 2'Blauwe Rozijnen, l. BROEKMAN Gz. Hoofd eau de Cologne 15, 25 en 35 cent. vernietigd HOOFDONREIN tot zelfs de onzichtbaarste kiemen. M. T. KLEIJ. D. van HEMMEN ROSSUM. BONDSRIJWIELHERSTELLER. LEVERING VAN HEEREN-.DAMESRIJWIELEN Rijwiellantaarns, -Olie, Carbid. Vulkachels, -Haarden, Ledikanten, Wiegen enz. Prijscourant en tcekening op aanvraag HUISHOUDELIJKE ARTIKELEN. Zebra Kachelglans 5 cent per doosje. Zeemleerdoek 20 cent. Vaat- en stofdoeken 12$ cent. Panlapjes 12j cent. M. T. KLEIJ. Stoomdruk J. PEKELHARING. DE SCHAT VAN SANI. Naar het Duitsck van P. Rosegger. Saiii was schilder, maar ik zal het niet over zijne schilderijen hebben. Sani was een gierigaard, en ik zal spreken over zijn geld. Hij verdiende heel veel geld, zijne beschilderde doeken werden letter¬ lijk tegen goud opgewogen. Maar ik stel in kunstwerken geen belang; rijksdaalders boezemen mij belang¬ stelling in. De meester moet ook van de laatste meer hebben gehouden van de eerste, anders had hij zijne schilderstukken niet verkocht. Want hij had al dat geld niet noodig. Hij was van zeer eenvoudige afkomst en had voor zich zelf weinig behoef¬ ten. Hij was niet getrouwd, hetgeen op zichzelf eene opleiding tot gierig¬ heid kan zijn. Wie voor zijn gezin al maar geld heeft uit te geven, is niet in de gelegenheid zich de gierig¬ heid tot een aanwensel te maken Sani leefde fatsoenlijk en kwam netjes voor den dag. Daar was niet op aan te merken. Wie hem op straat tegenkwam, bespeurde niet veel van zijn ondeugd. Ook zag niemand hem te midden zijner geldzakken zitten en met dorre vingeren in zijne mun¬ ten grabbelen. Hij bezat evenmin dorre vingers als geldzakken. Zijn vermogen stond in tal van spaar¬ bankboekjes opgeschreven, en deze bewaarde hij in een ijzeren kistje onder zijne waschtafel. Nu mag dat gerust verklapt worden. Naast zijne bezigheid als ku nstenaar had de meester het meeste pleizier in sparen, en in gedachte, wat hij al zoo voor zijn goede geld kon krijgen. In de eerste tijden stelde hij zich voor, hoe hij nu, als hij wilde, wel tien jaren kon luilakken en rond- boemelen, en toch genoeg hebben om te leven. Weldra was er zooveel, dat hij over reizen kon gaan denken, en hij trok in gedachten voor de tweede maal naar Italië; want eens was hij er werkelijk geweest. Deze keer kon hij tot Sicilië gaan, en over Spanje en Frankrijk terug. Later was hij reeds in staat een villa te laten zetten, dichtbij de stad, die eiken dag na de uren op het atelier ge¬ makkelijk was te bereiken. Enkele jaren daarna was hij zoover, dat hij een groot landgoed kon koopen met tuinen, akkers, bosschen, weiianden, waar hij zou rondgaan om toe te zien, of het werkvolk voortmaakt, en of de vruchten goed groeien, en zwijnen en kippen vet worden voor den feestdisch. Dat alles en nog allerlei andere dingen kon hij heb¬ ben, als hij wilde. Hij kon zich om te zeggen als de eigenaar van al die dingen beschouwen. Maar hij kon mogelijk nog beter, en daarom liet hij het geld kalm op de spaar¬ bank. Steeds overvloediger werd de toevoer en rijker de omvang, en op zekeren dag was hij eigenaar van een kasteel. Een groot slot met prachtig aangelegde tuinen, boerde¬ rijen, bosschen, eigen jacht — kon hij hebben, als hij wilde En omdat hij het hou hebben, was het evengoed alsof hij het werkelijk bezat. Die gedachten aan zijne bezittingen had¬ den zich in zijn hoofd vastgehecht als een spinnewep, waarin mugjes hangen en spinnen rondscharrelen. Hij schilderde nog ijverig, maar niet meer zoo goed als vroeger. Zijn hart was bij zijne bezitingen, 's Nachts sliep hij onrustig; de zorg voor zijn vermogen en de bezorgdheid dat het toch niet verminderen zou, kwelde hem met angstige droomen, in plaats van de lieflijke van weleer. Steeds moest hij al de goederen en fabrieken besturen, die toch eigenlijk alleen in de spaarbankboekjes bestonden. Toen zeide Sani tot zichzelf: Dat gaat zoo niet langer, meester Sani. Zoo word jij een gevangene, een slaaf. Dat moet weer anders worden ! En hij bevrijdde zich met jeugdige kracht. Hij ging er op uit, nam het geld uit de spaarbank, en gaf het weg. Waar hij behoefte en gebrek zag, daar gaf hij, maar ongenoemd. Hij wilde het niet voor de menschen weten, dat hij zóó rijk was geweest. Op eene wandeling kwam hij langs eene afgebrande, nog smeu¬ lende woning. Hij deed of hij zocht in de asch, haalde er een blikken doosjeuit en zeide tot de jammerende menschen: „Dat zal van u zijn, het was zeker in huis en is niet mee verbrand". In de doos was zooveel geld, dat zij hun huis weder konden opbouwen. Een andere keer voegde hij zich bij een troep Zigeuners, en vroeg aan een bruin meisje hem te willen waarzeggen. Zij las in zijn vlakke hand, en zeide: „U staat een groote som geld te wachten". „Daar is het al", sprak hij lachend en liet uit zijn mouw het rolletje dat hij daar verstopt had, naar onder glijden. „Pak aan ! Je hebt het mij voorspeld, nu mag je het als je eigendom be¬ schouwen". Bij een onderwijzer legde hij 'savonds als Sinterklaas geld in de vensterbank, om daarna weg te loopen alsof hij gestolen had. Aan een jongen vroeg hij te drin¬ ken. Toen deze water gehaald en Sani gedronken had, gaf hij de kroes terug met de woorden: „Een vol¬ gende keer moet je de beker beter schoonmaken, kijk eens wat er op den bodem ligt!" Er lag een gouden tientje. In de courant stond, dat een arme vrouw op weg naar de markt al haar geld verloren had. Sani „vond" het en liet haar het bedrag toeko¬ men. Intusschen had de vrouw zelf haar geld al gevonden, en wist niet wien dit verkeerd gevondene moest worden teruggezonden. Nog altijd brandt haar het onrechtvaardig ver¬ kregen geld in de hand. Zoo raakte hij zijn geld op ge¬ schikte wijze kwijt. Ten slotte bezat hij nog honderd gulden. Die gaf hij niet weg, die hield hij. En hij had pleizier in zijn bezit. Nu begon hij opnieuw te sparen en te verzamelen. Het ging in 't klein en dat gaf hem genoegen; dat was gemakkelijker te overzien. Alles was weder zoo eenvoudig als toen hij zijn loopbaan begon, en ongeveer zooveel verdiende als hij voor zijn onderhoud noodig had. Hij verblijdde zich weer over eiken gulden, over elk klein cijfer. Zijne droomen wa¬ ren weg evenals de ingebeelde zor¬ gen, die bijna even werkelijk zijn als de echte. Een pak was van zijn hart ge¬ nomen, hij voelde zich weer jong. Met vernieuwde toewijding legde hij zich op zijne kunst toe. Zijne levenswijze was hoogst eenvoudig, en menigwerf, als hij ergens lust in had, dacht hij: Neen, het is niet noodig; dan heb ik er meer aan, het geld bij het andere te voegen.. Op rustige avonden nam hij zijn geldkistje en zijn spaarbankboekje, en verheugde zich in zijn bezit, hoe klein ook. Maar de idylle zou niet van blijvenden duur zijn. Zijne sfuk- ken brachten geld op; zelfs die, welke niet verkocht werden, op ten¬ toonstellingen of door kopieën. Reeds bezat hij weer groote som¬ men, en de berekeningen werden meer ingewikkeld. Villa's en kastee- len, die hij koopen kon, baarden hem geene zorgen, hij dacht daar¬ aan niet weer; zijne fantasie was met de jaren minder levendig ge¬ worden. Droomen als vroeger had hij ook niet meer, omreden dat hij weinig sliep. Terwijl hij wakker lag dacht hij aan zijn vermogen, of het niet meer rente kon opbrengen ? Zou het bij een groote crisis niet geheel verloren kunnen gaan ? Ook van den kant der ontvangers dreigde mogelijk gevaar. Hij had in den laatsten belasting afschuwelijk ge¬ vonden en een en ander verzwegen. Als dat eens uitkwam ! De straf was niet licht! Zou hij zijn geld ver¬ stoppen waar niemand iets van wist? Dan werd het na zijn dood ook niet gevonden. Dat zou toch jammer zijn ! Maar wie zou van hem erven ? Ze lachen je nog uit, als je bijna armoedig hebt geleefd en zooveel geld bezeten. Dan houden ze je nog na, dat je een gierigaard was! Dergelijke gedachten verontrustten hem de helft van den nacht. En eens, toen het al licht begon te worden, en de geldzorgcn hem hadden belet in te slapen, sprong hij boos uit zijn bed, liep naar de kast, haalde er de boekjes uit en wilde ze in de kachel werpen, die nog aan was. Maar de boekjes wilden niet uit zijn hand. Alsof hij kramp in zijne vingers had, zoo stijf hielden ze vast, en tegelijkertijd dacht hij: in de courant staat, dat er gelden worden inge¬ zameld voor een sanatorium voor longzieke vrouwen. Daar moet dat beroerde geld maar heen! Maar den volgenden morgen borg hij de be¬ wijzen van zijn vermogen weer zorgvuldig in de waschtafel. Zij waren zulke lieve huisvrienden voor hem geworden, de eenige die hij had. Gezellig verkeer, blijdschap over zijn roem als kunstenaar waren hem geheel vreemd geworden, sinds hij zijn geld zoo had lief gekregen. 5/o/ volgt. ALLES MOET BETAALD WORDEN. Mevrouw: „Ik begrijp niet, meisje dat je bij mij 100 gulden loon wil hebben, nu je in je vorigen dienst altijd negentig hebt gehad. Je moest daar toch ook al het werk doen." Dienstmeisje: „Dat is wel waar me¬ vrouw, maar daar waren geen kinderen, en u vergt dat ik van de kinderen zal houden, dat moet toch extra betaald worden." ANNEXEERDER. Zeeofficier: „Mejuffrouw, zoude u me willen foestaan mijne vlag te hijschen op het eilandje van uw hart." Jongmeisje; „Het spijt me wel u iets te moeten weigeren doch mijn hart staat reeds onder het protecraat van mijnheer Doorsteen, lid van de reederij Polman & Co.