Tekstweergave van HWBL_1928-01-06_001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
HET WEEKBLAD
VOOR 2ALTBOMMEL BOMMEL ER EM TIELERWAARP.
IIllMimiMMIIIIWI1III" ' ~^—■ , É»*--, I I llMimiMMIII IWI1III
Vcrschi]nt iederen Vrijdag co wordt per post huis
aan huis bezorgd te Zait-Bommcl, Gamerea,
Nieuwaal, Zuilichem, Bruchcm. Kerkwijk, Rossum
Hurwenen. Waardenburg, Tuil en Haaften.
vAVJsaan
VRIJDAG 6 JANUARI
1928
Advertentien 10 cent per regel. Bi) contract belang¬
rijke korting. Copifcn in te zenden zoo vroeg mogelijk
doch vóór Dondtrdagsavonds aan de DRUKKERIJ
H. KAASJAGER. Koningstraat C -19. Zalt-Bommel.
Een Lagere Tuinbouwschool in de
Bommelerwaard en „Nog v/at"?
V.
Een particuliere instelling dus, met subsidie
van het rijk, zooals ook wij hier op 't oog
hebben, en let wel, dat gebeurt reeds na in
Drente, en is reeds gebeurt in andere streken,
en dat waar vaak de toekomst voor het
tuindersbedrijf niet zoo gunstig is als hier.
De oprichting van zoon school brengt
met zich behalve de koop of bouw der school
het aanschaffen der benoodigde leermiddelen,
en als van zelf sprekend de inrichting van
den tuin, waar practisch onderwijs gegeven
zal worden, en waar voor de beginstudie
aanwezig za! moeten zijn.
Nu we genaderd zijn tot de inrichting van
den tuin zouden we eerst, en in nauw ver¬
band daarmee, willen behandelen het onder¬
schrift: en Nog Wat".
Velen onzer aandachtige lezers zullen zich
waarschijnlijk afgevraagd hebben wat dat
en „Nog Wat" te beduiden had. Het heeft
betrekking op een zaak van meer direct prac¬
tisch belang, het betreft:
„De oprichting van een volledig demon¬
stratie-bedrijf."
Een proeftuin dus, hooren we Telgen
Neen, geen proeftuin ; het gaat hier om de
oprichting van een gewoon zakenbedrijf, een
„Westlandsche Kweekerij", met plat glas,
groenten- tomaten- en druiven-kassen; een
volledig bedrijf met aan 't hoofd een dege¬
lijke practisch en theoretisch ontwikkelde
kweeker; iemand'die ons kan toonen hoe het
moet, en hoe het kan.
De inrichting van een dergelijk bedrijf
vraagt natuurlijk heel wat geld, doch, zake¬
lijk als het benut wordt, brengt het direct
rente op, en is het bedrijf op volle kracht,
dan kan deze rente zeer ruim worden.
Wordt nu een dergelijk bedrijf opgericht
in combinatie met de tuinbouwschool, dan
zou natuurlijk de gewone schooltuin kunnen
vervallen, terwijl de bedrijfsleider tevens als
leerkracht aan de school verbonden kon wor¬
den. Een zeer groot voordeel van deze com¬
binatie zou nog zijn, dat het bedrijf zelf be¬
schikking zou krijgen over goedkoope werk¬
krachten in de leerlingen der school.
Wat deze demonstratie bedrijven aangaat,
Noord-Holland gaat ons hier in voor; de
ongunstige uitkomsten der laatste jaren voor
de koolbouwers, hadden de provinciale sta¬
ten reeds eerder genoodzaakt in den zak te
tasten; er werden zeer veel voorschotten
verstrekt aan noodlijdende boeren voor 't
aanschaffen van meststoffen e.d., en nu ten
slotte blijkt, dat deze voorschotten slecht of
heel niet terug betaald kunnen worden door¬
dat het koolbedrijf aan den grond zit, en dit
met een enkel goed jaar niet los komt, nu
hebben Gedeputeerden van de Provinciale
Staten gelden gevraagd en verkregen tot het
vestigen van twee demonstratiebedrijven;
het een komt in de omgeving van Beverwijk,
het andere in De Streek.
Wat het laatste betreft, hierover lezen wij
in „De Tuinderij', het volgende:
.....Eenzelfde verschijnsel, ook elders op
te merken, vertoond zich in de Streek. Men
ziet om naar meerdere artikelen, om de be¬
drijfsrisico te verminderen en ziet zich tevens
genoodzaakt intensieve cultuur te beoefenen.
De steeds wassende bevolking stelt ook
in de Streek voor moeilijke vraagstukken.
Wel ligt er nog een massa land buiten
het eigenlijke tuinbouwcentrum, thans nog
weide, en zeer wel voor bouwland geschikt,
maar vestigen daar heeft ook bezwaren.
Men begint evenals te Venlo en aan den
Langendijk en Warmenhuizen zijn aandacht
te vestigen op kascultuur.
In de onmiddelijkc omgeving van het sta¬
tion Grootebroek-Bovenkarspel is men bezig
aan den bouw van het Provinciaal Demon¬
stratie-bedrijf. In de eerste dagen hoopte men
tot de benoeming van een bedrijfsleider over
te gaan....
.. .Zoo gaat de Streek een andere richting
uit. De eerste beginselen zijn er van te zien."
Zoo zien we dus, dat door het geheele
land de oprichting van tuiobouwscholen, en
demonstratie-bedrijven wordt ter hand ge¬
nomen.
Wat zijn nu de voordeelen die zoon West¬
landsche Kweekerij voor onze omgeving kan
afwerpen?
We willen vooraf even vaststellen, dat
enkele vooruitstrevende Kweekers op be¬
scheiden schaal getracht hebben het West¬
land na te volgen, en dit hebben kunnen
doen met het oog op de prijzen die de \er-'
schillende kasproducten op andere Veilingen
(Utrecht"den Bosch, Nijmegen) konden op¬
brengen. Indien deze producten op de Bom-
melsche Veiling hadden verkocht moeten
worden, dan had kassenbouw wel achter¬
wege kunnen blijven: te kleine aanvoer...
lage prijzen.
Deze kweekers, die de zaak van onder
af op moesten halen, misten de noodige er¬
varing, hadden ook in hun omgeving geen
voorbeelden waarnaar zij zich richten konden,
zoodat teleurstelling vaak niet uit kon blijven.
Wat zou het voor hun niet een voordeel
hebben kunnen zijn, indien zij zich hadden
kunnen richten naar een goed ingevoerd be¬
drijf.
Maar grooter, van onschatbare waarde
zou het kunnen worden voor onze geheele
omgeving, indien aan belangstellende kwee¬
kers en boeren (en die zijn er vele) kon wor¬
den aangetoond, en met nauwkeurig bijge¬
houden opbrengstcijfers bewezen, dat de glas-
cultuur, mits oordeelkundig gedreven, zeer
rendabel is, wat een voordeel, indien zij door
eigen aanschouwing die cultuur konden vol¬
gen en bij zichzelf in toepassing brengen.
Deze tuin zou de leerschool worden voor
de volwassen; persoonlijke en gezamenlijke
bezoeken zouden elkander opvolgen, en het
spreekwoord „Leerlingen wekken, voorbeel¬
den trekken" zou ook ten dezen opzichte
volkomen bewaarheid worden in „een niet
te keeren uitbreiding der glascultuur".
Het gevolg dezer uitbreiding, we hebben
het reeds eerder opgemerkt, zou zijn stijgende
aanvoer op onze Veiling en daarmee gelijken
tred houdende prijzen, en een reuzen-toekomst
voor de Bommelsche Veiling, en voor
„De Bommelerwaard".
En hiermede meenen wij het voorloopig
te kunnen laten, wellicht komen we later
nog op enkele onderdeelen terug; we zijn
overtuigd voldoende aangetoond te hebben
het nut en het bestaansrecht van een ge¬
combineerde Lagere Tuinbouwschool annex
Westlandsch demonstratie-bedrijf voor onze
omgeving.
Ten slotte dit:
Lezers en lezeressen, tot welken
stand of richting gij behoort, be*
stuurscollegesl kortom gij allen die
onze uiteenzetting hebt gelezen die
met ons overtuigd zijt van het over*
groote nut van een dergelijke in¬
stelling voor onze streek.
Toon ons uwe belangstelling.
Klein of groot, laat u niet weer?
houden, getuig van uwe instemming
door het zenden van een briefje of
kaartje aan den uitgever van dit blad.
Laat het bewijzen van instemming
regenen en het nieuwe jaar 1928 zal
zichgunstighebbeningezet.I zich gunstig hebben ingezet.
Bewijs hiermede, dat ons optimist
i me niet misplaatst was, en het zal ons
:i:oed geven te blijven ijveren voor
de uitbreiding der glascultuur.
— Historische winters. Ieder jaar opnieuw
hoort men de klacht, dat de oude winters
van vroeger niet meer schijnen voor te komen.
Strenge winters blijven den menschen dan
ook lang in het geheugen. Tegenwoordig is
de beruchte van '90 het voorbeeld bij uit¬
nemendheid, als over felle koude wordt ge¬
sproken.
Natuurlijk is het zeer moeilijk met zeker¬
heid te bepalen welke winter wel de streng¬
ste was, maar vrijwel unaniem wordt die
van 17-10 als bijzonder streng beschreven.
Er staat opgeteekend, dat op de drie koudste
dagen 9, 10 en 11 Januari „alles zoo ver¬
stijfde door de strenge koude en vorst, dat
niets, selfs bij 't vuur, ondooit kon blijven".
Ook toen had men een reeks kwakkel¬
winters gehad.
Na een paar dagen ijs omstreeks Allerhei¬
ligen 1739 was de vorst weer afgeloopen,
maar plotseling op 5 Januari^-lO, draaide de
wind naar het Oosten en zette de vorst zóó
streng in, dat op 6 Januari de schaatsen¬
rijden alweer op het ijs stonden.
Iedere dag was weer kouder dan de vorige.
Den lOen Januari was een Zondag, maar de
kerken bleven leeg. Maandag den Hen was
het nóg kouder: vandaar het versje:
Nog kouder wordt de lucht;
nog guurder elke nacht!
De somberste voorspellingen deden de
ronde. Als het nog langer zou blijven vrie¬
zen, zou de dampkring ijs worden en den
menschen het bloed in het lichaam doen stollen.
De muren van de huizen zouden scheuren
en de steden veranderen in puinhopen. Maar
des Woensdag begon het te dooien met volle
maan plus nog een eclips en nu wist een ieder
de oplossing; de dooi kwam van de maan
en de kou van de eclips, want onmiddellijk
begon het weer te vriezen en ofschoon niet
zoo hevig meer als kort te voren, lag het
ijs dèn 22sten Januari in den Amstel zóó dik,
dat de ijsbreker er niet meer door kon.
Vele menschen vroren dood, waaronder
Joost de Veer, een deftig burger van Amster¬
dam, van wien men zei, dat zijn ingewanden
bevroren waren. De 23e, 2-ïe en 25e Februari
waren weer bijna even koud als de reeds
genoemde Januaridagen.
De Zuiderzee lag dicht en werd met wa¬
gens bereden. De Noordzee was bevroren
tot op een halve mijl van de kust. Aan het
strand lagen toen tot twaalf voet hooge dam¬
men, waartusschen massa's wandelaars zich
bewogen, vooral bij Scheveningen, Katwijk
en Zandvoort.
Niet alleen in ons land, maar heel Europa
deed de kou zich voelen.
Den 17en Februari zag men te Milaan
bijna niemand op straat en voor Genua, wat
nog nooit gebeurde, was de zee bevroren.
In Brussel en andere steden werden op de
pleinen groote vuren gebrand.
Met de kou kwamen ook de wolven op¬
dagen. In Polen vielen zij in heele troepen
op de dorpen aan, in Zweden barricadeer¬
den de boeren hunne huizen met palen, om
de roovers buiten hunne erven te houden.
Met de kou hadden ook armoede en ge¬
brek hun intrede gedaan. Alles was duur en
er viel weinig te verdienen. Baanvegen en
met koek en zoopjes staan kon toch niet
iedereen. Soms ontstond er wel eens een
oploop om een grutters- of bakkerswinkel
te plunderen.
Niettegenstaande dat alles bloeide het ijs-
vermaak in volle glorie. Kermissen en hard-
draverijen, koorddansers en goochelaars, dan¬
seis en danseressen op schaatsen waren aan
de orde van den dag. Zelfs de kroeg werd
naar het ijs verplaatst en de kasteleins uit
den omtrek stalden hun waar in tentjes uit;
ook de oliekoekenvrouw van de markten en
bruggen verhuisden naar het ijs.
De Amsterdammers, die hun verblijf aan
den Amstel hadden, noodigden hunne ken¬
nissen uit, alsof het zomer was; de tocht er
heen ging over het ijs.
Zóó schreef Jacob Bicker Raye:
„Den 28sten Januari ben ik, met een koets
van den heer Willem Bus, met drie paarden
bespannen en met ons vieren daarin, over
't ijs op den Amstel naar diens hofstede
Oostermeer gereden."
Deze buitenplaats lag bij Ouderkerk en
Willem Bus was een schatrijk man, die op
de Keizersgracht woonde en den roem had
dat hij „zeer nobel trakteerde", waarom dan
ook zijn vrienden graag met hem uitreden,
zelfs in „den kouden winter".
Eindelijk, den lOden Maart, begon de vorst
af te nemen, maar den 13den reed men met
sleden en wagens nog over de Zuiderzee en
nog eenige weken moesten verloopen eer alle
ijs verdwenen was.
Den 18den Maart werd de weg vrij ge¬
maakt door een ijsbreker, getrokken door
acht paarden, die de vaargeul moest maken
voor de Haarlemmer trekschuit.
Zal 1928 een herhaling worden van 1740?
„Hbld." W. S.
BALANS-OPRUIMING
ZIET ©NZE ETALAGE
FIRMA A. A. HES WATERSTRAAT