Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18440301-001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
N". 5. TIELSCH 1844. STADS- EN W EEK- Dïl Weekblad wordt eiken Vrtjilag-mnrgcn uit 172 gegeven bij A, VAN LOON, cn i.i verkrijgbaar bij *Ho Uockliandelaren en Poslkar.loren ïn ilit ft ijk. f)e prijs is f 0, 66 voor drie maanden binttrn de Stud, en ƒ 0,75 franco voor alle Buitensteden t V rijdag ARRONDISSElimS- B L A D. AD VERTENTIEN gelieve mm ongezegeld sbö den Vilgevcr in ie teiiden; de prïje van 4én tot «» regels ii 60 Venten , vonr elke regel meer 10 centen , LiiiaJve het zegehegt a ïb cents voor elke plaatsing. d Jjaort. Sïgcmmic St it a t c t en fclj ay, ens- PUBLICITEIT. Een hr erlijk woord voor den onderdrukten ! een hatelijk voord voor den onderdrukker! liet vurig verlangen voor den vriend van licht ; de vreesselijke schrik voor den vijand van regt. Eenige hoop voor den ongelukkige», wiens slem gesmoord wordt; ge 172 durige angst voor hem wiens geweten niet zwijgt. De onbekrompene man acht de middelen hoog, neemt de gelegenheden waar, die hem aangeboden worden om licht en wijsheid te verspreiden: de kleingees 172 tige vreest waar niet te vrezen is, dumpt wal licht zoude kunnen verspreiden, ziel mei minachting van ter zijde neer op eene magi die hij niel onder de oogen durft zien, en huivert omdat hij zijne klein 172 heid gevoelt. Het denk breid Publiciteit vooronderstelt een Pu- bliek, dat is, eene verzameling of verceniging van personen onder geregelde wetten levende en bezield met gevoel voor waarheid , regt en deugd. Het aan 172 lal komt hier in geene aanmerking; er is een groot en een klein Pvblieh, Het woord Publiciteit voor 172 onderstelt ook gekeimhoitding. Alles kan niet aan allen bekend zijn. Vele gebeurtenissen, drijfveeren, plannen, worden publiek , maar nog meerdere zijn mei den sluijer des geheims bedekt. I:n veel is er ook , hetgeen heter verzwegen dan gepubliceerd wordt. Het groote publiek is nog niet rijp om de personen van de zaken af le scheiden: het vraagt minder naar de waarheid cn gehalte der denkbeelden en stellin 172 gen , dan naar de namen der personen, welke die denkbeelden opperen. De vooroordeelen, partij 172 zucht, eigenliefde en vooringenomenheid blazen het dikwerf de ooren vol en laten geen plaals over voor bezadigd onderzoek : in plaals van te vragen , wat gezegd wordt, vraagt men, wie het zegt; men is nieuwsgierig naar de namen der personen, om daar* uil en daarna de zaak te bcoordeclen. Op deze waarheid is dan ook wijselijk de gewoonte gebouwd van alle Bedacliën van geschriften, die voor het groote Publiek bestemd zijn, hetzij Tijdschriften, hetzij Dagbladen; zij publiceren hunne namen niet: evenmin als dat groot aantal van anonymen schrij* vers : doch niet omdat zij vrezen bekend te worden, maar alleen omdat zij vrezen de goede zaak der waarheid te benadeelen. Zoo als dit onwedersprekelijke waarheden zijn , even zoo is het niet te ontkennen dat er veel verborgen en geheim is, hetgeen wel verdiende of behoorde publiek gemaakt te worden. Dit verdienden al die stille deugden, die verborgene weldaden, die ge 172 heime , maar edele drijfveren, cn opofferingen die voor den mensch en burger zoo vereerend zijn, die bij al het nederdrukkende van het dagelijksche ego 172 ïsme , onzen zin tot het hoogere opvoeren en aan onzen wil nieuwe veerkracht geven ten goede. Dit verdienden die afzonderlijke en op zich zelve slaande pogingen, die slechts publiek behoeven gemaakt te worden, om weerklank en sympathie te vinden bij al wat helder denkt cn zuiver gevoelt. Dit ver 172 dienden de gedragingen der Rodolphen, die als eene stille, maar wakende voorzienigheid rondgaande, toonen hoeveel zegen en geluk één man rondom zich verspreiden kan en hoeveel kwaad en ongeluk hij. kan afweren.