Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18590107-001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
18S9.
ZESTIENDE
JAARGANG.
785.
Eidecl),
Sta4>@
BrrattMee^mstttsh
ABONNEMEHTS-PRIJS
;
Per
jaar
.
.
ƒ
3.60.
Franco
per
post
-
3.00.
ADVERTEiNTlEN
:
Van
één
tot
zes
regels
60
cents.
Voor
eiken
regel
meer
10
cents.
Zegelrcgt
voor
iedere
plaatsing
35
cents.
m
VRIJDAG
7
JANUARIJ.
BLAD.
DE
UITGAVE
:
geschiedt
eiken
Vrijdag
morgen.
VERKRIJGBAAR:
Bij
den
Uitgever;
bij
alle
Boekhan
172
delaren
en
Postkantoren
in
dit
Rijk.
A
F
S4
4B
TK
BB
I
<5
I
S
#5.
Burgemeester
en
Wethouders
van
Tiel,
Geven
hiermede
aan
de
ingezetenen
kennis
dat
de
dag
der
opening
van
het
Rijks-telegraaf-kantoor
alhier
,
is
bepaald
op
den
vijftienden
Jan
na
rij
aanstaande.
Ticl
,
den
S
Januarij
1859.
Burgemeester
en
Wethouders
voornoemd
,
(get.J!
B.
A.
REUCIILIN.
De
Secretaris,
(get.)
J.
RINK.
STAATKUNDIGE
VERTOOGEïN.
Dat
de
redevoering
van
den
heer
van
Dam
van
Issblt
over
de
Ossenrtreclrfsche
processie
niet
welgevallig
zou
zijn
aan
de
»Prlester-
partij",
liet
zich
gereedelijk
verwachten.
Voor
niets,
toch,
is
die
partij
zon
bevreesd
als
voor
de
waarheid,
en
toen,
dus,
de
Afge
172
vaardigde
van
Gelderland
eene
zoo
juiste
beschrijving
gaf
van
het
Ultramontanistnus,
dat
niets
gemeens
heeft
met
de
overtuiging
van
hen,
die,
gemoedelijk
en
ter
goeder
trouw,
tot
de
R.
K.
gezindte
behooren,
toen
was
het
te
voorzien,
dat
bij
door
de
woordvoerders
van
die
partij
niet
zon
worden
gespaard.
De
IV.
ƒƒ.
Tijd
heeft
in
twee
opvolgende
Nos,
van
$0
en
31
De
172
cember,-zes
kolommen
toegewijd
aan
de
redevoering
van
den
heer
fan
Dait.
Die
beide
artikelen
zijn
geestig
en
met
veel
talent
geschre
172
ven.
De
zaken
worden
wel
zoo
wat
verdraaid
en
de
woorden
uit
hun
verhand
gerukt:
maar
dat
mag
men
niet
kwalijk
nemen;
ilat
6e/ioort
fot
de
school.
Bet
geheel
is
bijzonder
geschikt
om
den
Re
172
denaar
bij
de
lezers
van
den
Tijd
in
een
ongunstig
daglicht
te
stel
172
len
en
om
te
doen
gelooveu
,
dat
hij,
onder
den
schijn
van
verdraag
172
zaamheid
,
eigenlijk
de
onverdraagzaamste
man
van
de
wereld
is.
De
schrijver
heeft
BON
op
zijn
werk.
Wij
voelen
ons
niet
geroepen
om
onzen
Afgevaardigde
te
verdedigen
tegen
de
aanvallen
van
den
N.
H.
Tijd.
De
blaam,
die
dat
dagblad
op
hem
werpt,
zal
hem,
bij
velen
in
den
lande,
tot
lofspraak
ver
172
strekken.
Wij
willen,
slechts,
in
bet
algemeen
belang,
een
paar
uit
172
drukkingen
uit
het
Nu.
van
den
30
Dec
opnemen
en
toelichten,
onzer
172
zijds
opheldering
en
tcregtwIjzing
verzoekende
,
indien
wij
ons
mogten
vergissen
in
onze
opvatting
of
in
de
toepassing
van
hetgene
wij
voor
waar
houden.
De
schrijver
in
den
Tijd
verwijt
aan
den
heer
van
Das
:
«dat
hij
wel
een
definitie
geeft
van
het
Ultramontanismus,
maar
dat
hij
vergeet
te
zeggen
,
niet
dat
er
Ultramontanen
zijn
,
waar
mie
ze
zijn
en
of
zij
velen
zijn.
Hij
betwijfelt
den
moed
van
den
spreker
,
om
er
een
bij
name
te
noemen
en
hij
houdt
het
daarvoor
,
dat
hij
daarbij
zou
vrcezen
in
de
handen
der
Justitie
Ie
vallen
en
dat
hij,
ten
andere,
liever
de
Katholieken
verdacht
maakt,
die
hij
met
ver
172
giftige
wapenen
bestrijdt".
Ook
wij
hebben
in
ons
Dagblad
,
bij
herhaling
,
van
de
Ultramon-
tanen
gesproken:
ook
wij
hebben
Koomsche
en
Onroomsche
Medebur
172
gers
tegen
dc
pogingen
van
die
mannen
gewaarschuwd
;
«een
thema
in
het
oneindige
gevarieerd
en
daardoor
wel
wat
eentounig
geworden",
zoo
als
de
Tijd
zegt,
maar
dat
wij
niet
los
zullen
laten,
zoo
lang
er
nog
zoo
velen
zijn
,
die
het
oog
sluiten
voor
het
gevaar,
waar
172
mede
die
ijveraars
ons
bedreigen.
Over
die
Sommatie,
«over
die
stoutmoedige
uittarting
van
den
Tijd,
om
ultramontanen
in
ons
land
aan
te
wijzen",
zijn
wij
ten
hoogste
verbaasd
geweest,
ja
,
zelfs
eenigzins
pcrplckst,
zoo
als
dat
gewoonlijk
gaat
bij
al
te
grootc
brutaliteit
van
de
tegenpartij.
Indien
wij
ons
niet
vergissen
behoort
de
Hoofd-lledactenr
van
den
N.
tl.
Tijd
tot
de
orde
der
Jesuiteneen
van
zijne
bekwame
mede-
Redahteuren
teekent
zijne
schriften
met
de
letters
A.
M.
D.
G.
en
geeft,
alzoo,
te
kennen
,
dat
hij
zijne
onmiskenbare
talenten
ten
dienste
heeft
gesteld
van
de
Orde
:
het
Seminarium
te
Culeniborg
is,
n.
f.
geheel
in
handen
van
de
zonen
van
Ir.vvmis:
te
Warmond
en
Hagevetd
zijn
de
Professoren
en
Leeraren
,
groolcndeels,
zoo
niet
allen
,
leden
van
dc
Broederschap
:
in
verschillende
groolc
steden
van
ons
vaderland
zijn
tempels
verrezen,
die
bekend
staan
onder
den
naam
van
dc
«Jesuïten-Kerken",
en
bij
al
die
bekende
en
alge-
gemccn
erkende
feiten,
zegt
de
Tijd:
«wijst
ons
ultramontanen
aan,
op
dat
wij
het
er
niet
voorhouden
mogen
,
dat
gij
,
kampt
tegen
de
hersenschimmen
ecner
verschrikte
verbeelding".
Bedriegen
wij
ons
niet,
-
en
daarover
hebben
wij
inlichting
en
,
zoo
noodig,
teregtwijzing
gevraagd
—
«dan
is
de
handhaving
van
hel
onbeperkt
gezag
ran
den
Paus.
in
alle
wereldlijke
en
geestelijke
zaken,
en
de
onbepaalde
gehoorzaamheid
aan
het
opperhoofd
van
de
kerk",
de
grondslag
waarop
Patms
111,
in
1540,
de
Broederschap
vestigde
,
naar
de
voorstellen
van
LoYot.a,
Zonder
dus
in
het
allerminst
te
vreezen,
dat
wij
daardoor
in
de
han
172
den
der
Justitie
zullen
vallen,
verklaren
wij
het
daarvoor
te
houden,
«dat
allen
hier
te
lande
—
en
het
aantal.
helaas
I
is
groot
—
die
zich
aan
de
Broederschap
van
Jezus
verbonden
hebben,
door
den
aard
hunner
afgelegdc
belofte,
Ullramontanen
zijn.
Over
«die
onbepaalde
gehoorzaamheid
aan
den
Paus”
en
over
de
vraag,
wie
het
opperste
gezag
over
de
berk
in
handen
heeft,
de
Ge.
neraal
der
orde
of
dc
Heilige
Vader
der
geloovigen,
willen
wij
nu
niet
twisten.
Wij
eindigen
met
denwenseh,
dat
de
Minister
van
Justitie
een
opregt
voorstander
moge
blijven
van
de
christelijke
liefde,
maar
dat
hij
te
172
vens
overtuigd
moge
zijn,
dat
«liefderijke
vermaningen
en
verstan
172
dige
behingen”
niet
voldoende
zijn
om
de
«uiterste
partijen”,
die
hij
verpligt
is
te
bewaken,
te
houden
binnen
de
grenzen
van
de
gehoor
172
zaamheid
aan
orde
en
wet.
Wij
hebben
met
groot
genoegen
uit
liet
Bijblad
gezien,
dat
dc
beide
Afgevaardigden
ter
Eerste
Kamer,
die
in
onze
streken
hunne
woonplaats
hebben
,
de
belangen
van
de
beneden
districten
niet
heb
172
ben
uit
het
oog
verloren
,
bij
de
beraadslagingen
over
het
Ve.
Hoofd
172
stuk
der
Staatsbcgrooting.
De
heer
van
Aïlva
van
Pai.landt
heeft
met
nadruk
gewezen
op
de
hooge
noodzakelijkheid
van
het
doen
ver
172
vangen
van
de
overlaten
te
Dalem
door
sluizen
en
hij
heeft
den
erniligen
wenseh
uitgesproken,
dat
men
niet
zou
wachten
naar
eenen
niéuwen
watervloed,
om
zich
van
het
grooie
out
dier
sluizen
tc
overtuigen.
Hij
heeft
voorts
het
noodlottig
arrest
van
den
Hoogen
Raad,
van
19
Febr.
1858,
over
de
aard
haling,
ter
sprake
gebragt
:
hij
heelt
op
de
treurige
gevolgen
van
dat
arrest
gewezen
en
op
wet
172
telijke
voorziening
aangedrongen
,
cm
de
nadcelige
resultaten
van
dat
arrest,
voor
de
Dijlts-
en
Polderbesturen
op
tc
heffen.
Hij
is
daarbij
ondersteund
door
den
heer
van
Daw
,
die
daarenboven,
het
rekwest
van
het
Distrikts-Polderbestuur
van
Culemborg
heeft
ter
sprake
gebragt
en
met
dat
Bestuur,
hel
noodzakelijke
heeft
betoogd
van
dc
oprigting
van
een
krachtig
stoomgemaal
naast
de
sluizen
van
SleenenlioeU.
Wij
mogen
ons,
over
die
verschillende
punten,
verheugen
in
een
bevredigend
and
woord
van
den
Minister
van
llinrrenlandsehe
zaken
en
wij
meenen
ons
te
mogen
vleïjen
,
bij
het
bekende
karakter
van
den
heer
tan
Tets
,
dat
zijne
beloften
niet
ijdel
zullen
wezen.
De
beraadslagingen
over
het
XI
Hoofdstuk
der
staatsbcgrooting
,
(Koloniën
.)
die
in
de
Eerste
Kamer
zijn
gehouden
,
komen
ons
voor
van
zeer
gewigtigen
aard
te
zijn
geweest.
Dc
redevoeringen,
die
door
verschillende
leden
zijn
gehouden
over
hoogst
belangrijke
onderwerpen
,
onze
volkplantingen
betreffende
en
die
in
verband
stonden
met
onzen
handel
en
met
onze
nijverheid
,
hebben
aan
den
Minister
de
gelegenheid
verschaft
om
dc
gemoederen,
gerust
te
stellen
over
de
toekomst
van
onze
O.
t,
bezittingen
,
voor
zoo
verre
die
toekomst
kan
worden
verzekerd,
«dooreen
wijs
en
voor-
zigtig
bestuur”.
Wij
hebben
de
redevoering
van
den
lieer
Rochussen
met
aandacht
gelezen
en
herlezen
en
het
komt
ons
voor,
dat
hij
uitnemend
goed
gesproken
heeft
en
dat
hij
de
geopperde
bezwaren
zegevierend
heeft
wcderlegd.
Ook
wij
belmoren
onder
diegenen
,
die
groote
vreezc
koesteren
voor
die,
zoogenaamde,
«vrienden
van
Java
cn
van
de
Javanen",
en
die
alles
kwaads
duchten
van
hunne
verhevene
verbeteringsplannen,
die
ons
altijd
«aan
het
slagten
van
de
hen
met
dc
gouden
eijeren”
doen
denken.
De
redevoering
van
den
Minister
van
Koloniën,
op
den
29
Dcc.jl.
gehouden,
is
bemoedigend,
omdat
daaruit
ten
duidelijkste
blijkt,
dat
hij
niet
genegen
is
zich
door
die
Utopisten
te
laten
afbrengen
van
het
regtc
spoor.
Wij
wenschcn
den
heer
Kocrdssen
,
bij
voortduring,
moed
cn
krachten,
om
zijne
mocijelijkc,
maar
roemrijke
taak,
tot
heil
des
vaderlands
te
kunnen
volbrengen.
STADS-
EN
AP,ROND1SSEMEATS-NIEUWS-
'i’IEL.
Gedurende
het
jaar
1858
zijn
alhier
geboren
in
huwelijk:
van
liet
mannelijk
geslacht
124,
van
het
vrouwelijke
geslacht
136
,
buiten
huwelijk
van
het
mannel.
ges!.
5,
van
het
vrouwel.
gesl.
6;
overleden:
mnnnel.
gesl.
72,
vrouwel.
gesl.
78;
leven!,
aangeg.
mannel.
gesl.
8,
vrouwel.
gesl.
13;
voltrokken
huwelijken
55.
Dc
bevolking
bedroeg
op
31
Dec.
1853
6931
personen,
als
mann.
3351
en
vrouw.
3530.
—
Volgens
de
wet
van
den
28sten
December
1858
,
(StaatsM.
No.
122)
tot
herziening
van
de
tabel,
bedoeld
in
art.
89
der
wet
van
den
4dcn
Julij
1850
(Staatsblad
No.
37),
is
het
hoofdkiesdistrict
Tiel
,
titans
zamengesteld
uit
de
navolgende
gemeenten
;
Tiel,
Wade.