Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18690108-001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
7,25, 9, SO. 1809. ZES EN TWINTIGSTE JAARGANG. 1305. ), 6.t3. 8.30. . 9.t. ' 9.84. )Z. 68. ' 9,60 f 9,75 ' 9,75 #11,— ' S.— • 8,50 t 8,60) h 9,— ' 6,75' - 7,— t 4,— t 5,— ' 9,76 ,10,— i 8,— , 8,50 ' 7,25 , 7,50 '10,50 ,11,50 F ll,—1 ,12,— '11,50 ,11.75 ' 1,60/ *—,— op heden klein, igeo langzaam af. i weinig in omge. 'jj gerijf verkocht, bandel; Gnlata , 210; alles con- iditien, Taganrog i alles per 2100 1; Mei f 204, sC 60‘ , Septem- sb. f 330. ;er afgegeeen ; op 12 a 31* a 31J; iderd; op 6/w. f 30*. a 15. 281. t. Panjsohe per ebt. Koningsberg Jenever f 21.50. van granen was iniidend. Rogge Gerst nagenoeg c voer en zwarte '■o. Zaden Inste- irtij f 291; lijn- 29 ; raapkoeken ian Eogelsche ia ijn onveranderd; j,houdend , voor- Patentolie 33.6, onderen , 10.340 irkens. Prijzen: , Kalveren 5,10, O van heden is : , Eng. Gerst 20, lemde dito 7180. :ei tot de prijzen peter op levering ioiie 27 , dito te 1F. 1868. e fleann'. Haver e Waal. a te Tiel, ie Scheepvaart. aat het water a de rivier bij 9 v. 10 d, is 5 v- 1 (1- IJ ) hoven nul. rul. 1. van Loon. Eidsfh, Stairs- en BrranMssements- WEEK- Abonnements-prljs t Per jaar . : f 2.60. Franco per post - 3,00. Advertentlën t Van één tot zes regels 60 Cents. Voor eiken regel meer 10 Cents. Zegelregt voor iedere plaatsing 85 Cents, Staatkundige Yertoogen. Het Grieksch-Turksche geschil. (Ingezonden). Het jaar 1868 mocht niet voorbijgaan, zonder dat zich weder een dier zwarte stippen aan den staatkundigen horizont vertoonde, die wel geschikt was, om onrust te verwekken en de gemoederen in spanning te houden. De Oostersche kwestie, die zich telkens onder verschillende gedaanten voordoet, is weder aan de orde van den dag ! Wat aanleiding gaf tot het geschil, dat op dit oogenblik Griekenland en Turkije verdeeld houdt, behoeven wij niet uitvoerig uit een te zetten. In de hoofdzaak komt het neer op de feitelijke en zedelijke ondersteuning, door de Grieken verleend aan den opstand van Creta tegen het Turksche bewind. Van daar Turkije’s eischen aan de Griek- sche regeering, om daaraan voor goed een einde te maken. Zoo als het altoos gaat, heeft zoowel Tur 172 kije als Griekenland zijne verdedigers en tegenstan 172 ders. ’t Is echter niet te ontkennen, dat verre 172 weg de meesten — vooral de dagbladen — Grie 172 kenland; houding ten dezen streng afkeuren. Aan zijne opruiende staatkunde wordt het ontstaan van ’t geschil geweten: men legt het ten laste gemis van eerbied voor nabuurspliebten jegens Turkije; krenking van het internationaal recht, door den op 172 stand in Creta gestadig aan te wakkeren; zucht om de Muzelmannen uit Europa te verdrijven en een Groot-Grieksch rijk te stichten , waarvan Konstan- tinopel, het oude Byzantium, de hoofdstad zou zijn; ondankbaarheid jegens de beschermende mogend 172 heden {Engeland, Frankrijk en Rusland) die men aanspoort, hun protectoraat te laten varen en hun troetelkind aan zijn lot over te laten , terwijl ein 172 delijk de binnenlandsche toestand van Griekenland met de zwartste kleuren wordt afgeschilderd. Wat het laatste betreft — ’t is maar al te waar, dat het tegenwoordige Griekenland verre bleef beneden ‘t ideaal, (het oude Hellas), dat men bij de vestiging zijner autonomie droomde. Gedurende zijn bijna veertigjarig onafhankelijk bestaan was het aanhou 172 dend aan woelingen en wanorde ten prooi; geen spoor van de fijne geestbeschaving, die eenmaal de Hellenen boven andere volken kenmerkte, is bii zijne bewoners terug te vinden — integendeel barbaarseh- heid en woestheid, en terwijl andere landen in kunsten en wetenschappen — kortom intellectueel vooruitgingen, wordt men hier slechts stilstand gewaar, ’t Is of Lord Byrons beroemd weemoedig lied op Griekenland, waarin hij het in zijne ellen 172 de vergeleek met de schoone trekken van eene ge 172 storvene na den pas volbrachten doodstrijd, ol zijne uitboezeming: Dit is Griekenland! maar 't leeft niet! ach, de ziel ontbreekt er aan! ’t Is zoo koud , zoo aak lig-prachtig : want zijn schoonheid is versteend ; ’t Is de schoonheid , die haar luister aan het wachtend graf ontleent, Naglans des ontvloden geestes, lichtkrans zwevende om den dood ...(*) nog lang eene droevige waarheid moet blijven. Daarbij komt dat het zich oneerlijk gedroeg je 172 gens zijne schuldeischers, die, door hun geld te geven, hadden meêgewerkt om zijne vrijheid te verwerven , wat niet minder heeft ten gevolge ge 172 had, dat het noch achting, noch vertrouwen bij andere volkeren geniet, Men zij echter billijk en vergete niet, dat de Grieksehe natie eeuwen lang onder de harde heerschappij van een barbaarsch volk heeft gezwoegd; daaronder geraakte zij als verlaagd en verbasterd; de onafhankelijkheidsoorlogen maakten de Grieken wreed en woest en zij vonden na den vrede in hunnen Koning Otto geenszins den (*) Naar ten Kale’s vertaling. Vrijdag 8 January. man, geschikt om hen met tact te regeeren. Hij verstond de kunst niet, om de geslagen wonden te heelen, den volksgeest te leiden , door dien te be 172 palen tot industrie, landbouw en binnenlandschen handel en als geschikte middelen daartoe de wegen te verbeteren; zijne onderdanen deelden niet in den algemeenen vooruitgang en zoo verhief Grie 172 kenland zich na zijne vernedering niet waardiglijk tot een geachten Staat. Maar de schuld van zijne inwendige verdeeldheid. van zijne tegenwoordige verwikkelingen mot Turkije moet men niet enkel wijten aan het volk — maar zij komt ook grootendeels op rekening van de diplomaten, die in 1830 (3 February) het protocol tot stand brachten , waarbij wel Griekenland; onafhankelijkheid werd gewaarborgd, maar zijne grenslinie veel te eng werd algebakend,. Samos en Kreta moesten worden uitgesloten ; ze zouden aan den nieuwen staat eene te groote mari 172 tieme beteekenis gegeven hebben ! ook Akarnanie moest aan Turkije verblijven ; dat land grensde te gevaarlijk aan de Ionische eilanden , terwijl Epirus en Thessalie evenmin deel mochten uitmaken van den nieuw gevormden Staat, inweerwil dat zij van ouds tot Hellas behoorden. Om die reden weigerde dan ook Prins Leopold van Coburg (later Koning van Beigie) die eerst de Grieksehe kroon had aangenomen , na het sluiten van den vrede ’t hem aangeboden geschenk. ,Het was pijnlijk” schreef de wijze vorst — «zijne benoeming met de besloten maatregelen (over de grenzen) in één ver 172 band geplaatst te zien, die hem zouden noodzaken als het ware in de betrekking van een delegaat der mogendheden, in zijn eerste bedrijf zijne onderda 172 nen door geweld van vreemde wapenen tot het af 172 staan van gewesten te dwingen , die zich niet zon 172 der tegenstand weder aan het Turksche juk onder 172 werpen zouden , door de overige Grieken niet aan hnn lot overgegeven zouden worden ; zulk een opdragt was stuitend voor zijn gevoel en vernede 172 rend voor zijn karakter I” Er werd nu een staat geschept die «te zwak en te klein, om op zich zei ven te staan en eene eigen roeping te volgen , juist groot en krachtig genoeg zou zijn om van die roeping besef te hebben en zich af te matten in vrucbtelooze pogingen om ze te vervullen.” Een gevolg van de ongelukkige grensregeling was onte 172 vredenheid met het tegenwoordige, onrust, gejaagd 172 heid , streven naar eene betere toekomst, die zich openbaarden in gedurige opstanden. Wij doorleven, //zeggen de Grieken,” eene overgangsperiode, wij zijn nog niet in ons geheel, en kunnen onze taak nog niet aanvaarden. Onze toestand is slechts voorloo- pig en ons eerste streven moet nu zijn , daaruit te geraken en onze geschonden en verbrokkelde natio 172 naliteit tot een te brengen. Dan , als wij eens in het bezit zijn van al onze krachten, zullen wij met frisschen moed aan onze eigene, innerlijke ontwikkeling arbeiden. Er komt nu weder eene conferentie van diplo 172 maten bijeen, wat zal deze nn doen? zoo ’t schijnt, het Oosten tot rust brengen, door de zaken te laten, zoo als ze zijn en daaraan weinig of niets te veranderen. Moet deze de uitkomst zijn, dan wordt niets anders verkregen dan een uitstel van executie. De behoeften en wenschen van de Grieken blijven dezelfde: de morrende ontevredenheid zal voortduren; de rijkelijk aanwezige brandstoffen blijven smeulen , om straks, als de kans goed staat, het Oosten in lichtelaaie vlam te zetten. Dan zal Griekenland waarschijnlijk door het zwaard verkrij 172 gen, wat zij ook in 18ti9 niet langs diplomatieken weg mag verwerven. Algenuene KieuwslijdingeD. ENGELAND. Er is eene beweging ontstaan tegen het regt van eerstgeboorte, zooals dit in En 172 geland wordt toegepast en ten gevolge waarvan de grondeigendom al meer en meer in enkele han- BLAD. De Uitgave : geschiedt eiken Vrijdag morgen. Verkrijgbaar t bij den Uitgever; bij alle Boekhandelaren en Postkantoren in dit Rijk. den overgaat. Bright heeft sinds lang het verkeer 172 de hiervan aangewezen. Thans zal in de volgende zitting van het parlement een voorstel worden ge 172 daan door den heer Lockeling, dat ten doel heeft eenigermate aan het bezwaar te gemoet te komen. Bij sterfgevallen ab intestate zou voortaan niet meer de verdeeling der nalatenschap volgens het regt van eerstgeboorte plaats hebben, maar de gewone wet ook voor bet grondbezit worden gevolgd. — Een zonderlinge opstand is op de Sandwich 172 eilanden uitgebroken: een zeker getal dweepers hebben zich ingebeeld, dat het einde der aarde nabij was, In een wit gewaad, de traditionneele dragt van de geloovigen van het duizendjarig rijk , dragen zij een bijbel als een patroontasch Op den rug, en aldus vermomd waken en bidden zij in afwachting van don plegtigen stond, waarin de he 172 mel zich voor hen zal openen. Maar hun bemoei- jingen met een bovenaardsche wereld hebben die nadeelige zijde, dat zij er door geruïneerd worden en ónmogelijk de voornaamste maatschappelijke ver- pligting kunnen vervullen, waaraan in dit onder- maansche de inwoners van eiken Staat onderworpen zijn : de betaling der belasting. — Door de waterhoozen en de overstroomingen, die omstreeks het midden vau October het mexï- caansche district Alamos, in Sonora, geteisterd hebben , zijn nagenoeg veertig menschen omgeko 172 men , en zijn in de stad Alamos al de huizen , op een twaalftal na , weggespoeld. De schade wordt, alleen wat de vernielde gebouwen betreft, op meer dan een half miliioen piasters geschat. — Van St. Louis, in Senegambie, wordt onder dagteekeniug van den lOden December, aan het Journal Officiel geschreven, dat cholera aldaar groote verwoestingen aanrigt. Reeds 1200 inlanders zijn aan die noodlottige ziekte bezweken. De sterfte, welke op den Isten der genoemde maand nog 150 daags bedroeg, was den 9den echter reeds tot op 40 gedaald. Ten gevolge der genomen voorzorg- maatregelen, was de sterfte onder de inlandsche landmagt betrekkelijk gering. Op Gorée was de ziekte nog niet uitgebroken. DUITSCHLAND. De Oostenrijksche uitvoer van granen zal in de eerstvolgende maanden eene zeer aanzienlijke uitbreiding erlangen. In de laatste week van het afgeloopen jaar werden voor rekening van de Ifaliaansche regering aanzienlijke aan koopen, die voor het einde van Maart moeten worden ge- effectueerd, op Oostenrijksche en inzonderheid op Hongaarscho markten bewerkstelligd. De Ttaliaan- sche regering heeft op zich genomen, om de noo- dige wagens voor het vervoer op den Zuiderspoor- weg van Ofen naar Triest te verschaffen. Ook voor Engeland zijn in den jongsten tijd op de Oosten- tenrijksche markten talrijke inkoopen tot stand ge 172 komen, welke insgelijks voor het einde van Maart moeten geleverd worden. — De vreeselijke storm van 7 Dec. jl. heeft, even als in Saksen , in welks wouden eene schade van 3 miliioen thaler is aangerigt, ook in Beijeren erg huis gehouden. Volgens officiële opgaven heeft hij in het Frankenwald alleen 270,000 roeden , ter waarde van 3 miliioen guldens , omgewaaid. In het Fichteigebergle is het betrekkelijk gunstig afgeloopen, Op sommige plaatsen, b, v. in de Hoferstreek, liggen de stammen twee lagen hoog op elkander. FRANKRIJK, Bij de aubade , welke op de nieuw 172 jaarsdag door de muziekcorpsen van de troepen der bezetting aan het keizerlijk gezin voor liet paleis der Tuiïerien gebragt is, heeft zich de muziek der turco’s weder doen hooren, welke voor een groot gedeelte uit arabische instrumenten bestaat, onder welke trom, de zakpijp en de tambourin eene voor 172 name plaats bekleeden. De voorgedragen airs en me- lodien van de Arabieren van het gebergte, der vlakte en der woestijn hebben door hunne nieuwheid op de parijzenaars naar ’t schijnt, ecu wegslependen in 172 druk uitgeoefend.