Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18690814-001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
2.55,
4.29,
7.14,
12.IB,
2.20,
5.10,
11.10,
2.58,
4.58,
12.51,
2
40
5.40.
1,17.
1.57,
4.15,
5.25,
5.40,
7.53,
6.10,
8.4,
0,40.
4.56,
9.15.
4.56.
2.46,
S.46,
8,—
6.40,
8,40.
1.23,
5.30.
4.43,
.25,
1.20,
5.25,
1869.
Zes
en
Twintigste
Jaargang.
i.
9.50
.0,50
9.50
8,—
8,75
4.50
9.50
:o,—
8)“
.0,50
1,-
,3^5
1,40
flO,—
*11,50
*10,—
*
9,—
*
7,—
*
5,50
*10,—
*10,50
*
9,—
*11,50
*12,—
*14,—
*—,—
cruimd.
Jarige
iamelijk
goed
sla
voren.
Kool-
tl,
dat
tot
ïori-
iels
hoogcr;
to.
eel
handel;
Go-
225
;
Taganrog
les
cont.
zonder
itz.
f
230
;
1'e-
rering
merkelijk
I
f
212
,
213
,
:
Oct.
&
75;.
s
9
rat
per
Oct.
illiger;
op
6/tv.
m
Dec.
f
394
a
onveranderd;
op
en
Dec.
f
34
;
14.
n-
van
tarwe
was
ïinne
tegen
50
langzaam
op-
30
a
50
cents
handel.
.vaarvoor
goede
i
naar
kwaliteit
niet
ter
markt,
i
naar
kwaliteit
toeril,
die
tot
erkucht:
Wur-
vijn
f
13.
Je-
ehouden;
Meel
2
lading
Tarwe
ikomen
;
6
dito
31.3;
32.6.
it.—Oct.
54f
;
op
Ang.
161i,
1251
;
Sept
de
maand
Q9;
l
—
.
lihjnzaad
Nov.
6.25f
;
Maart
5.23
;
f.
Lijnolie
da-
Waal.
te
lid,
Scheepvaart,
t
het
water:
r
.
9
d.
)
>
.10
d.
|
3
I;
val
0.04
el.
van
Loon.
ram
msm
comm
VOOR
DE
STAD
EN
Abonnements
prijs
:
Per
jaar
.
.
ƒ
3,60.’
Franco
per
post
-
3,50,
Mvertentiën
i
Van
één
tot
zes
regels
60
Cents.
Voor
eiken
regel
meer
10
Cents.
HET
ARRONDISSEMENT.
Zaturdag
14
Augustus.
De
Uitgave
:
geschiedt
eiken
Dingsdag-
en
Vrijdag-Avond.
Verkrijgbaar
hij
den
Uitgever;
hij
alle
Boekhandelaren
en
Postkantoren
in
dit
Eijk.
AFKONDIGING.
Burgemeester
en
Wethouders
van
T
i
e
1:
Gezien
art.
35
der
Wet
van
31
Mei
1810.
Gelet
op
het
Koninklijk
besluit
van
17
October
1800
,
(Staatsblad
No.
23).
Brengen
bij
deze
ter
kennis
van
een
ieder,
welke
zich
sedert
1
Mei
dezes
dienstjaars,
tot
verkrijging
van
een
patent
heeft
aangegeven,
dat
de
patent-
bladen,
van
Donderdag
den
12
Augustus
tot
en
met
Donderdag
den
19
Aug.
aanstaande,
(met
uit
172
zondering
van
den
Zondag),
van
des
voormtddags
9
tot
des
namiddags
ten
2
uur,
ter
Plaatselijke
Se
172
cretarie
,
kunnen
afgehaald
worden.
Dat
na
verloop
van
het
voorschreven
tijdperk,
al
de
onafgehaalde
patentbladen,
in
handen
van
den
Deurwaarder
der
directe
belastingen
zullen
wor
172
den
gesteld
,
ten
einde
door
hem
aan
de
huizen
van
de
belanghebbenden
te
worden
bezorgd,
die
voor
de
bezorging
van
ieder
patent
tien
cents
zal
genieten.
En
is
hiervan
afkondiging
geschied
waar
het
behoort.
Tiel,
den
11
Augustus
1869.
Burgemeester
en
Wethouders
voornoemd
,
(Get.)
W.
P.
C.
VAN
LtDTH
DE
JEUDE,
Wetb.
L.
B.
De
Secretaris,
(Get.)
J.
KINK.
Staatkundige^
Vertoogen.
Wat
ts
er
te
denken
van
het:
„weg
met
den
oorlog
?”
(Ingezonden.)
In
de
Nieuwe
TielscJte
Courant
van
den
4
Au
172
gustus
1869,
No.
1339,
komt
een
opstel
voor
onder
den
titel
#weg
met
den
oorlog,”
Ieder
stemt
gaarne
in
met
den
geuiten
wensch:
*weg
met
den
oorlog”,
maar
ieder
gevoelt
levendig
dat
die
wensch
voor
geen
gereeds
verwezenlijking
vatbaar
is.
De
wensch
werd
reeds
voor
eeuwen
herwaarts
geslaakt.
//Er
is
geen
heil
in
den
krijg”,
zeide
men
,
"den
vrede
smeeken
wij
allen
evenzeer
ai'.”
Daarbij
bleef
het
dus,
en
de
wensch
werd
onder
de
vrome
wen-
schen
opgeteekend.
Ook
zal
gewis
de
verlangde
bijdrage
van
f
3.50
aan
het
Vredesverbond,
daarin
geene
verandering
brengen.
Het
eenige,
hetgeen
op
dit
oogenblik
te
doen
staat,
is
gelegen
in
de
opsporing
van
de
bron
van
het
kwaad
en
in
de
aanwijzing
van
het
middel,
dat
tot
leniging
daar
172
van
kan
strekken.
Dan
eerst,
wanneer
men
de
bron
van
het
kwaad
zal
hebben
opgespoord
,
kan
men
uitzien
naar
het
geneesmiddel,
hetgeen
tot
bestrijding
van
het
kwaad
aangewend
kan
worden.
Vraagt
men
zich
nu
af,
van
waar
dreigt
het
ge
172
vaar
dat
de
oorlogsvlam
zal
losbarsten
,
dan
is
het
gereede
antwoord
r
van
Frankrijks
zijde.
Het
werd
wel
door
den
keizer
der
Franschen
bij
den
aanvang
der
regering
gezegd
,
»het
keizerrijk
is
de
vrede”,
maar
de
daad
beantwoordde
niet
aan
het
woord.
De
Krimoorlog,
de
Italiaansche
oorlog,
de
Mexicaanscbe
oorlog,
volgden
elkanderen
op
om
het
geuito
woord
te
logenstraffen.
Tot
welken
toe
172
stand
zijn
wij
thans
geraakt?
Tot
geen
anderen
dan
dezen
,
dat
Frankrijks
legermagt
tot
eene
nog
ongekende
hoogte
is
opgevoerd
en
dat
het
Fransche
leger
strijdvaardig
is
om.
den
eersten
dag
den
beste
te
velde
te
trekken.
Daarvoor
is
brandstof
genoeg
verzameld,
want
de
Fransche
eer
is
in
den
laatsten
tijd
diep
getroffen
geworden.
Frankrijk
beschouwt
ïich
steeds
als
geroepen
om
liet
overwigt
in
dit
werelddeel
uit
te
oefenen
en
de
zaak
der
bescha
172
ving
en
der
ontwikkeling
van
het
menschdom,
des
noods
met
de
wapens
in
de
hand,
voor
te
staan,
^oo
heette
het
althans
bij
de
bevrijdingsoorlog
van
Italië,
en
zoo
werd
nog
onlangs
in
het
kamp
van
Chalons
de
stelling
door
den
keizer
uitgesproken,
dat
de
oorlogen
tot
middelen
moeten
dienen
om
tot
die
gewensebte
uitkomst
te
geraken.
Nu
is
het
voor
niemand
een
geheim
gebleven,
dat
het
overwigt
van
Frankrijk,
dat
onder
den
eersten
Napoleon
zich
in
eene
wereldheerschappij
dreigde
op
te
lossen
,
aanmerkelijk
verzwakt
is
geworden
door
den
zege,
door
Pruissen
in
de
velden
van
Sa-
dowa
bevochten.
Hierdoor
is
het
Fransche
eerge
172
voel
gekreukt
geworden
en
daarvan
kan
de
keizer
partij
trekken
om
zijne
legerscharen
tegen
de
Prnis-
sischc
aan
te
voeren.
Daarvoor
is
alles
voorbereid
geworden.
Oostenrijk
en
Italië
zijn,
zoo
al
niet
tot
medewerking,
althans
tot
het
lijdelijk
aanzien
van
den
strijd
gewonnen,
en
niets
zou
het
gereede
ver
172
voer
van
de
Fransche
legermagt
naar
het
naburige
België
en
Nederland
beletten,
nadat
doorloopende
treinen
van
de
oevers
der
Zuiderzee,
der
Maas
en
der
Schelde
tot
in
Zwitserland
toe,
aan
Frankrijk
verzekerd
zijn.
Wij
dringen
niet
verder
door
in
de
beschrijving
van
deze
gesteldheid,
want
wij
achten
het
voor
elk,
ook
bij
deze
oppervlakkige
aanduiding,
duidelijk
genoeg
dat
de
bron
van
het
kwaad
in
Frankrijk
schuilt.
Mogt
bet
den
keizer
der
Franschen
behagen
bet
sein
tot
ontwapening
in
zijn
land
te
geven
,
het
zou
gewis
dadelijk
door
de
andere
staten
worden
opgevolgd.
De
vrede
van
Europa
ware
verzekerd,
Waarom
zou
hij
het
niet
doen
,
daar
toch
niemand
het
denkbeeld
zal
opvatten
van
Frankrijk
aan
te
vallen!
Alleen
daarom,
om
het
overwigt
dat
Frankrijk
verloor,
in
volle
kracht
te
herstellen,
en
dat
is
voor
de
keizer
172
lijke
dynastie
van
een
genoeg
gewigt;
want,
neemt
den
stralengloed
weg,
die
om
het
vorstelijk
stam
172
huis
schittert,
wat
blijft
er
dan
over
van
een
gezag,
dat
op
de
weifelende
volksmeening
gevestigd
is
?
Het
is
dus
niet
moeijelijk
de
bron
van
het
kwaad
op
te
sporen,
maar
moeijelijker
is
het
tot
de
aan
172
wijzing
van
het
middel
te
komen
,
dat
tot
leniging
zoo
niet
tot
wegneming
van
het
kwaad
kan
strek
172
ken.
Het
middel,
dit
gevoelt
ieder,
is
gelegen
in
de
vestiging
van
het
denkbeeld
in
het
hart
van
het
Fransche
volk,
dat
het
moet
afzien
van
het
hand
172
haven
of
herwinnen
van
het
overwigt,
dat
de
Fransche
natie
wenscht
over
het
werelddeel
uit
te
oefenen,
en
dat
in
de
overleveringen
van
de
heer-
schende
dynastie
opgesloten
ligt.
De
Fransche
natie
is
diep
doordrongen
van
het
besef,
dat
de
oorlog
niets
anders
oplevert
dan
eene
j
reeks
van
jammer
en
ellende
en
dat
zij
dien
zoo
172
veel
mogelijk
ontwijken
moet.
Maar
zij
is
zoo
teergevoelig
op
dat
zoogenaamde
punt
van
eer,
dat
met
haar
overwigt
in
verband
staat
,
dat
,
zoo-
dra
daarop
wordt
aangedrongen,
zij
in
vuur
en
vlam
geraakt
om
daarvoor
te
velde
te
trekken.
Zonder
172
linge
begripsverwarring,
zal
men
zeggen,
dat
men
zooveel
gewicht
hecht
aan
een
denkbeeldig
iets,
zoodat
men
zich
daarvoor
zoovele
opofferingen
ge
172
troosten
wil.
Dit
neemt
niet
weg
,
dat
het
bestaat,
en
dat
het
in
rekening
moet
worden
gebragt
bij
eene
juiste
waardeering
der
gesteldheid.
Men
mag
echter
gerust
verwachten
dat
de
jongste
grondwets
172
verandering
niet
zonder
invloed
zal
blijven
op
de
verbetering
van
de
juiste
opvatting
van
dit
vraag
172
stuk.
Die
verandering
heett
geene
andere
strek
172
king
dan
om
een
einde
te
maken
aan
het
personeel
bewind
des
keizers,
en
om
de
deur
te
openen
voor
de
regering
van
het
land
door
het
land,
voor
het
172
geen
men
noemt
het
selfgovernment.
De
natie
is
eindelijk
tot
zelfbewustheid
gekomen,
en
heeft
be
172
grepen
dat
zij
niet
langer
haar
lot
behoorde
te
laten
afhangen
van
de
inzigten
en
bepalingen
van
den
Opperbestuurder,
maar
dat
zij
zelve
de
ver
172
zorging
van
hare
belangen
moet
op
zich
nemen,
Hoe
men
het
nu
ook
moge
keeren
en
wenden,
en
hoe
fijn
men
ook
moge
redeneren
over
den
aard
en
het
wezen
van
do
ministeriële
verantwoordelijk
172
heid
,
het
komt
ten
slotte
hierop
neder,
dat
de
natie
door
middel
van
hare
vertegenwoordigers
be
172
slist
over
hare
belangen
en
dus
ook
over
het
ge-
wigtig
punt:
of
zij
zich
zal
blootstellen
aan
het
wagen
van
een
krijg,
waarvan
de
jammeren
niet
te
overzien
en
de
uitkomsten
niet
te
berekenen
zijn.
Men
mag
gerust
verwachten,
dat
door
de
wisseling
der
denkbeelden
het
gezond
verstand
over
de
drillen
zegevieren
zal
en
de
handhaving
van
den
vrede
geen
ijdel
woord
meer
zal
zijn.
Is
eenmaal
dat
denkbeeld
algemeen
doorgedrongen
,
en
heeft
het
in
de
vertegenwoordiging
der
natie
hare
uiting
gevonden,
het
is
natuurlijk
dat
daaruit
voortvloeit
de
ontwapening,
daar
de
wapening
bij
het
afzien
van
het
krijgvoeren
slechts
noodelooze
uitgaven
teweegbrengt.
Men
mag
dus
de
grondwetsherziening
,
welke
Frank
172
rijk
ondergaat,
als
het
middel
beschouwen
om
tot
de
erkentenis
te
komen
van
die
waarheid:
geen
heil
is
er
in
den
krijg,
de
geheele
natie
smeekt
om
den
vrede.
Het
regtsgevoel,
dat
tot
heden
toe
in
het
volk
uitgedoofd
was,
moet
tot
herleving
en
het
daardoor
voor
ieder
duidelijk
worden,
dat
elke
staat,
van
welken
geringen
omvang
ook
,
even
172
zeer
het
regt
heeft
om
op
eerbiediging
van
zijn
bestaan
aan
te
dringen.
Het
is
in
lijnregten
strijd
met
het
nuttigheidsbeginsel,
volgens
hetwelk
de
vorming
van
groote
staten
,
waarin
de
kleine
ver
172
smolten
worden,
in
het
algemeen
belang
eene
wen-
schelijke
zaak
is,
In
dien
zin
werd
dan
ook
door
een
voormalig
Fransch
minister
van
buitenlandsche
za
172
ken
gezegd,
dat
het
in
den
loop
der
wereldsche
zaken
gelegen
is,
dat
de
kleine
staten
allengskens
door
de
groote
verzwolgen
worden,
en
in
dien
zin
werd
reeds
door
den
eersten
Franschen
keizer
ge
172
handeld
,
die
Nederland
met
zijn
rijk
vereenigde
als
zijnde
eene
aanslibbing
van
Frankrijks
grooto
rivieren.
Geen
ander
beginsel
dan
dat
der
nuttig
172
heid
volgde
de
Pruisische
monarch,
die
het
in
Duitschland’s
belang
noodig
keurde
dat
een
groote
Duitsche
staat
gevormd
werd
uit
de
aanhechting
van
Hanover,
Hessen,
Nassau
en
Frankfort
aan
Pruissen,
De
aanwending
van
die
nuttighcidslecr
kan
wel
gezegd
worden
hier
nog
iets
te
wenschen
over
te
laten
,
maar
hetgeen
hier
vooral
afkeurens
172
waard
is
bestaat
hierin,
dal
het
regtsbeginsel
daaronder
bezweken
is
,
en
dat,
indien
dit
niet
tot
herlevendiging
komt
,
de
toekomst
van
Europa
van
vreesselijke
verstoringen
zwanger
gaat.
Laten
wij
dus
hopen
,
dat
het
middel
om
daartoe
te
geraken
zich
openbaart
in
het
geopend
uitzigt,
dat
door
de
Fransche
natie
tot
het
opvatten
van
haar
eigen
taak
te
roepen
,
tot
het
besef
geraakt,
dat
het
hoofdpunt
is
,
dat
ieder
in
zijne
regten
geëerbiedigd
moet
worden,
hetgeen
gewis
het
beste
verzekerings-
middel
voor
het
bestaan
der
kleine
staten
oplevert,
Algetneene
Nieuwstijdingen.
ENGELAND.
Iu
het
Engelsche
graafschap
Lei
172
cestershire
is
men
eene
vrceselijke
misdaad
op
het
spoor
gekomen.
Het
was
in
den
omtrek
bekend,
dat
een
boer,
Henry
Black
genaamd
,
die
te
Sheeps-
hed
nabij
Longborough,
eene
boerderij
bezat,
te
zijnen
huize
een
krankzinnigen
bloedverwant
ver
172
pleegde
,
John
Bagley
Wijlde
genaamd.
Dezer
da
172
gen
kwam
het
ter
oore
van
de
bevoegde
autoriteit,
dat
die
krankzinnige
slecht
behandeld
en
gevangen
gehouden
werd.
Onmiddelijk
werd
daarop
een
ge-
regtelijk
onderzoek
ingesteld
en
vond
men
in
de
woonkamer
een
krankzinnigen
grijsaard,
74
jaren
oud
,
met
ketens
aan
handen
en
voeten
en
op
die
wijze
bevestigd
aan
een
zwaren
stoel,
die
mede
door
een
ketting
aan
den
muur
was
vastgeklonken.
Op
dezen
stoel
moest
de
ongelukkige
den
geheelen
dag
verblijven
,
terwijl
hij
des
nachts
met
gelijke
gruw
172
zaamheid
behandeld
werd.
Aan
het
voeteneinde
aan
het
bed
waren
ijzeren
ringen
aangebragt,
waardoor
de
voeten
van
den
ongelukkige
werden
bevestigd,
terwijl
zijne
handen
met
ketens
aan
den
muur
wer-