Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18770117-001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.

1877. Vier en Dertigste Jaargang. 3018. mm VOOR DB STAD BH Afoonnements-prtls: Per jaar . . f 2.60. Franco per post // 3.—. AdvortcntiVn r Van één tot zes regels 60 Cents. Voor eiken regel meer 10 Cents. EET ARRONBISSEIBHT. De Uitgave: geschiedt eiken Dingsdag- en Vrijdag-Avond. Woensdag 17 January. Verkrijgbaar t bij den Uitgever; bij aüe Boekhandelaren en Postkantoren in dit Bijk. Agenten voor Frankrijk en België G. Ju. Danbe A Go. te Fbankfobt en te Pasms. Keunisgeviag. Burgemeester en Wethouders der Gemeente Tiel. Gezien het besluit ven den heer Staatsraad, Commis 172 saris des Konings, d. d. 30 November 1861, No. 6148-14, Provinciaal blad No. 117. Gelet op art. 19 der wet van den I9dcn Augustus 1661, Staatsblad No. 72. Brengen bij deze aan de ingezetenen in herinnering de verpligting tot het doen van aangifte Ier inschrijving voor de nationale militie in du volgende maand Januarij. Boelen voorts mede: dat jaarlüks voor de militie moeten worden ingeschreven alle mannelijke ingezetenen , die op den Isten Janaarjj van het jaar hnn 19de jaar waren ingetreden; dat hij die eerst na het intreden van zijn 19de jaar, doch voor het volbrengen van zijn 20ite ingezeten wordt, verpllgt is, zoodra dit plaats heeft, zich ter inschrijving aan te geven ; dat voor ingezeten wordt gehouden : lo. hij, wiens vader, ot, is deze overleden, wiens moe 172 der, of, zijn beiden overleden, wiens voogd ingezeten ia volgens de wet van den 23sten Jalij 1850 (Staatsblad no. 44); 2o. hij, die, geen ouders of voogd hebbende, gedu 172 rende de laatste achttien maanden in Nederland verblijf hield; 3o. hij, van wiens ouders do langstlevende ingezeten was, al is zijn voogd geen ingezeten , mits hij binnen hel Kijk verblijf houdt. Wordende voor ingezeten niet gehouden de vreemde- iing, behoorende lot eenen Staat, waar de Nederlander niet aan de verpligta krijgsdienst is onderworpen, of waar ten aanzien der dienstpligtigheid bet beginsel van weder- keerigbcid ie aangenomen. Dat voor de militie niet wordt ingeschreven: lo. de in een vreemd Kijk achtergebleven zoon van een ingezeten, die geen Nederlander is; 2c. de in een vreemd Rijk verblijf houdende onder- looze zoon van een vreemdeling, al is zijn voogd inge 172 zeten ; 3o. de zoon van een Nederlander, die ter zake van ’a lands dienet in 'e Kijka overzeesche bezittingen of kolo 172 niën woont. Dat de inschrijving geschiedt: lo. van een ongehuwde in de gemeente, waar de vader, of, is deze overleden, de moeder, of, zyn beiden overleden, de voogd woont; 2o. van een gehuwde en van een weduwnaar in de ge 172 meente waar hij woont j Feuilleton, Judith Steru. 1874. Novelle van PAUL HEXSE. 12). Nu ging ik aan de tafel staan, proefde de beide wijnen, die zoet en vurig waren, en stiet ook met Mevrouw Judith aan, toen de Docter voorstelde uit dezo tweelingflesschen op de ge 172 zondheid van haar beide zoontjes te drinken. Hij wist, dat zij zulk eene uitnoodigïng niet afsloeg, ofschoon zij anders niet van wijn hield. Deze zoete dranken vond zij echter voortreffelijk, en haar voorhoofd begon min of meer op te klaren. Wij hadden ons ten laatste geheel in een beha- gelijken toestand geplaatst, de Docter sleepte uit kisten en kasten zeldzame zaken bijeen, souvenirs van zijn reizen, photographien van statuen, schil 172 derijen en menschee, altijd weder iets nieuws en merkwaardigs. Daarbij werden de spitstoeloopende glaasjes leeg en weêr gevuld en daar wij alle vensters open gemaakt hadden, hield de binnen- stroomende avondlucht het vertrek koel en ver- frischte zij ook onze gemoedsstemming. Op eens echter hoorden wij een zonderlingen klank van een schel door ’t huis galmen. De Docter rees op. Vervloekt 1 bromde hij in zich zei ven. Waarom ook juist thans! — ’t Is mijn pa tien ten bel, zeide hij zich tot Mevrouw Judith wendend. Maar als ’t niet iets zeer drin 172 gends is — van daag ten minste wenschie ik het eens zoo goed te hebben, als eenig ander mensch, die niet alleen voor den hoest en den lijfpijn zijner medemenschen op de wereld is! Hij ging naar eene opening in den muur, die zooals wij nu zagen, het mondstuk van een roe 172 per was en riep er iets in. Terstond daarop kwam uit de cel van den portier beneden het antwoord. Beide waren voor ons onverstaanbaar. ’t Is, als speelde de duivel er onder ! riep Lij met alle teekenen van hevige ergernis. Moet nu juist die gekke oude Generaals weduwe naar mij 3o. van hem , die geen vader, moeder of voogd beeft of door dezen is achtergelaten, of wiens voogd btuten 's lands gevestigd ii, ïn de gemeente, waar hij woont; 4o. van den bniten 's lands wonenden zoon van een Nederlander , die Ier zake van 'a landa dienst in een vreemd land woont, in da gemeente, wanr zijn vader ol voogd hel laatst in Nederland gewoond heeft; dat de aangifte ter inschrijving moet geschieden ter Gemeenle-Secretarie bij Burgemeester en "Wethouders, tusschen den laten en Sleten Januarij; dat bij ongesteldheid , afwezigheid , of onstenlenis de vader , of, is deze overleden , de moeder, of zijn beiden overleden, de voogd tot-het doen der aangifte is verpligt. Dat eindelijk op het niet nakomen van vorenstaande voorschriften de gestrenge strafbepalingen zullen worden toegepast. En zal dere ten minste tweemalen worden afgekondigd en aangeplakt waar zulks te doen gebruikelyk is. Tiel , den 9 December 1876. Burgemeester en Wethouders voornoemd, (Get.) B. HASSELMAN. De Secretaris , (Get.) J. KINK. Buitenland. EÏZXg'OlO.M.ca.. Het feit dat bij den iaatsten storm ook weder tsi van telegraafdraden vernield zijn, hetgeen groote stoornis in den dienst heeft teweeg gebragt, geeft de Times aanleiding er weder eens op te wijzen hoe wenschelijk bet is, dat de telegraaf 172 draden even als de gas- en waterleidingen onder den grond worden gelegd. Zij bepleit dit uit het oogpunt van veiligheid, spaarzaamheid, werkzaam 172 heid en schoonheidsgevoel. —- Wegens den hoogen stand der rivieren en voornamelyk van de Theems hebben verschillende plaatsen, vooral Windsor veel te lijden. Het wekt veel ontevredenheid dat er niets wordt gedaan om de zoo dikwijls voorkomende overstroomiugen van de Theems te voorkomen. Eene deputatie uit de burgerij heeft zich te dien opzigte tot lord Bea- consfield gewend, maar die heeft geweigerd haar sturen, die al sedert geruimen tijd gelooft op *t uiterste te liggen en misschien ons allen overleeft. En ik durf het bij haar niet te verkerven ; haar ben ik al mijn praktijk onder de Leipeiger Christen 172 wereld verschuldigd! Maar als ge nu reeds met ons buiten waart geweest P Dat is het juist. Haar knecht heeft eerst be 172 neden in de straat gespioneerd en licht in dit vertrek opgemerkt, ’t Is niet mogelijk — zegt mij de portier, mij te laten loochenen. Haal haar de duivel — maar vergeef mij, lieve nicht, als ik mij zoo ongemanierd uitdrek. Moge God Hare Excellentie nog honderd ja ren lerens schenken — als ik maar deze laatstp vier en twintig uren - Halt! viel hij zich zelven plotseling in de rede. Zoo gaat het, zoo kom ik het best uit de klem. Zoudt gij mij willen veroorlooven, waarde nicht, mij maar voor een klein kwartier uurs van ’t rijtuig te bedienen, dat beneden op ons wacht ? Eene vigilante is van daag wegens het feest niet te vangen ; ze zijn allen naar buiten. Maar in vijf minuten beu ik bij mijn ouden plaaggeest, vijf minuten om haar de pols te voelen, haar tong te bekijken en het noodige onnoodige op een receptpapiertje te krabbelen — vijf minuten voor de tem grid — om kort te gaan een kwartier, waarvoor u een ge 172 plaagde weldoener der menscbheid eeuwig danken zal. Ik zag, dat een schaduw over ’t sckoone gezicht vloog. Hij scheen echter het toestaan van rijn verzoek, zoo als vaststaande, te meenen en hare goedheid was zoo beproefd , dat hij, zonder een direct antwoord af te wachten, zijn hoed greep en de deur uitstormde. Terstond daarop hoorden wij bereden de huis 172 deur opengaan en het rijtuig wegrollen. En nu alleen met haar — een geheel kwar 172 tier uurs 1 Geen woord kon ik spreken, zoo sterk klopte mij het hart. Ik had een peer uit het mandje genomen, die begon ik nu te schillen, zoo behoedzaam, als gold het een kunststuk klaar te maken. En waarlijk, ik weet nog heel goed, wat te ontvangen; zij moest zich tot de wykbesturen wenden, iOi^ltaolxlziTXca.. Te Berlijn werd onlangs een zeer bevreemdend geval van bloedvergiftiging bekend, Door een vader van een aan keelziekte lydend kind werd zelven telkens de keel van den patiënt met lapis infernalis aangestreken. Bij een dier bewerkingen nu verschrikte het kind, hetzij door k.et gekitte], hetzij door plotse 172 linge pijn, dermate, dat het de tanden kramp 172 achtig digt klemde en de vader, die niet spoedig genoeg zijn hand kon terugtrekken, daardoor werd gebeten. Daar de hand slechts weinig wae verwond, werd daarop aanvankelijk geen acht gegeven, tot zij begon te zwellen, waarbij de geneesheer ver 172 klaarde dat er bloedvergiftiging aanwezig was en de hand aanstonds moest worden afgezet, Firevrfc T^Cflj J3C.. Drie dorpen, Saint-Médard, Saint Philibert en Saint Surs, zijn in den afgeloopen week, in wei 172 nige uren in den asch gelegd. De oorzaken van genoemde drie branden zijn onbekend ; aan kwaad 172 willigheid wordt in het minst niet gedacht. Groot is de schade die door het vuur is aangerigt en slechts weinig was verzekerd. Gelukkig zijn geen menschenlevens bij deze rampen te betreuren. Bijzonder worden geprezen de heeren Belle, pastoor van St. Philibert, om zijn beleid, en een algemeen geacht geneesheer van Clermont, die het leven van den kranken pastoor van St. Surs met moeite gered heeft. 3B©3.@ië. Alweder is een finantieel bedrog ontdekt. Men schrijft namelijk uit Hoei aan het Journal de Liège: Onze stad heeft zijn T'Kindt op kleine schaal, De kassier van het agentschap der Nationale Bank, ik daarbij dacht: als gij de schil er aftrekt, zon 172 der het dunne strookje te breken, dan gaat dit kwartier uurs voorbij als honderd andere, Als het afbreekt — dan gebeurt er iets, wat ge niet vermoedt, wat u zeer ongelukkig of zeer gelukkig maakt. — Wat ? daarvan kon ik mij geen begrip vormen. Ik vestigde myn blik onafgewend op de kleine vrucht in mijn handen — ik had mij om de heele wereld niet vertrouwd, de vrouw mij tegenover aan te kijken. — Welke oogen zij intus- schen opzette, of zij mij aankeek, of zelfs waar 172 aan zij dacht — ik wist bet niet. Ik voelde alleen , dat ik het niet lang zoo kon uithouden , mijne handen beefden hoe langer hoe meer — en thans stond zij plotseling op —• daar ging het mes in de schil en sneed die door en sneed mij tegelijker tijd in de hand, zoo zeer had mij hare snelle beweging verschrikt. Wat hebt ge daar uitgevoerd? hoorde ik haar zeggen — nog altijd kon ik haar niet aankij 172 ken — ; gij hebt u in de band gesneden, het bloedt immers heel gevaarlijk, — en nu juist, terwijl wij den Docter niet hier hebben, die u verbinden kon — mijn God, ik geloof zelfs, een slagader is gekwetst. — ’t Is niets, zei ik, ik was onhandig. Kijk maar, het bloed houdt al op te vloeien. Ik drukte mün zakdoek er tegen. Maar het stroomde er onder door. Laat me probeeren, of ik niet een soort verband kan leggen, zeide ze snel. Ik ben zeer handig in zulke dingen. Nu vouwde zij haren fijnen doek tot een smalle strook samen , en werkelijk, het gelukte haar, de gekwetste plaats aan den duim zoo stevig te om- snoeren, dat het bloed gestuit werd. Met een soort van wellust doorstond ik de pijn, die het toehalen van den knoop mij veroorzaakte. Kunt gij het zoo vast verdragen ? vroeg zij. Het doet geen zeer! stamelde ik en keek haar daarbij een oogenblik aan. Haar gezicht was een weinig rood geworden, een lichte zucht hief haar zekere Felix Martinis, oud 26 jaren, geboren te Hoei, speelde sedert eenigen tijd ter beurze. Geen eigen fortuin hebbende en slechts eene nederige jaarwedde van 1500 fr. genietende, wilde hij zich in eenige maanden rijk maken , en hij gat zich over aan speculation, welke niet gelukten, en eindelijk putte hij met volle handen uit de kas van het agentschap der Nationale Bank. De ontvreemdingen door hem gepleegd beloopen de aanzienlijke som van 143,000 fr., waarvan hij nog slechts gedeprecieerde titels ter waarde van 27,000 fr. kan vertoonen. De diefstallen zouden gepleegd zijn gedurende het jaar 1876 ; de aanzienlijkste ontvreemding, beloopende 50,000 fr. werd gepleegd op 22 De 172 cember laatstleden. — Behalve door finantieel verval, lijdt het land meer dan ooit door zedelijke wanorde. Ge 172 durende het jaar 1876 zijn in de hoofdstad niet minder dan 28 echtscheidingen uitgesproken en een vijfde gedeelte der geboorten, gedurende hetzelfde jaar aangegeven , zijn onwettige I T^LSlozo-Cl. Men schrijft uit St. Petersburg aan de Politi- eche Corresponded: Onze binnenlandsche toe 172 stand is schier onhoudbaar geworden. De handel staat geheel stil, de industrie lijdt onberekenbare verliezen en het maatschappelijk verkeer kwijnt onder de verlammende onzekerheid. Zulk een toe 172 stand kan niet lang duren, en niet alleen is de oorlogzuchtige geestdrift geheel uitgebluscht, maar in alle kringen is men overtuigd, dat de tegen 172 woordige crisis zich spoedig en in radicalen zin, op een of andere wijze, moet oplossen, indien men Kusland niet voor een reeks van jaren won 172 den wil toebrengen, die uit een economisch en sociaal oogpunt beschouwd, zeer ernstig zullen wezen. Generaal Ignatieff zou instructiën ontvangen hebben om bij zijn collega's aan te houden op een spoedige beslissing en de Turksche Ministers boezem omhoog, zij trok terstond hare hand te 172 rug, waarin ik het bloed had voelen kloppen. Gij zijt zeer onvoorzichtig ! was alles, wat zij antwoordde. Toen ging zij van mij af en voor een der open vensters staan. Ik wilde eerst aan de tafel blijven zitten en nam zelfs een boek in de hand, maar de letters dansten voor mijn oogen. Eer ik bet recht wist, wat ik deed, stond ik naast haar aan 't venster. Hoe de *terrcnbanier van Amerika ontstond. 't Was korten tijd voor de onafhankelijkheids 172 verklaring , dat Benjamin Franklin in eene, in Cambridge belegde vergadering voorstelde, als zinnebeeldige uitdrukking des volks in de vlag de koninklijke kleuren te blijven voeren — de krui 172 sen van St. A ndreas en St. George, en daarby gevoegd de bekende dertien afwisselend roode en witte streepen. In deze afwisseling van rood en wit wilde Franklin uitdrukken : het volk van Ame 172 rika , dat de koninklijke macht eert, doch met vereenigde kracht worstelen zal tegen overbeer- sching. Deze banier werd het eerst den 2n Ja 172 nuari 1776 geplant in het bivouak der kolonisten nabij Cambridge. Het denkbeeld, de kruisen te vervangen door sterren, is afkomstig van zekeren burger Eos , in Philadelphia, die jaren achtereen volgens zijue opvatting de meeste vlaggen der re 172 publiek vervaardigde en verkocht. Het eerste officieel besluit omtrent deze vlag werd genomen op 14 Juni 1777 , toen het congres besloot, dat de vlag der Vcreen'gde Staten bestaan zou uit 13 afwisselend roode en witte streepen , met een blanw veld, waarop 13 witte sterren, voorstellende de 13 Staten der Unie. In het jaar 1818 vond het congres noodzakelijk de 7 nieuwe Staten, waar 172 mede de Unie vermeerderd was, ook toe te voe 172 gen aan de sterren in zijn standaard. Tevens werd toen ook het besluit genomen in het vervolg voor eiken Staat die zich aansloot een nieuwe ster te voeren in de banier der Vereenigde Staten. {Zondagsblad van het A'. v. d. D.)