Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18870101-001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
1887. Vier en Veertigste Jaargang. 3191. VOOR BE STAD EN Abonnements-prijs: Per jaar f 2.60. Franco per post ... - 3.—. Adverlentitin: Van één tot zes regels 60 Cents. Voor eiken regel meer 10 Cents. HET ARRONDISSEMENT. De Uitgave: geschiedt eiken Dinsdag 172 en Vrijdag-Avond. Zaterdag 1 Januari. "Verkrijgbaar; Lij den Uitgever; bij alle Boekhandelaren en Postkantoren in dit Rijk. Vrede op Aarde! Friede sei ihr erst Gelatite. SOHILLEIt, „Vrede op Aarde, in de Menschen een welbehagen t" De nagalm van dit ver 172 heven en voor de menschheid zoo ver 172 troostend lied weerklinkt zeker nog in de ooren van velen en menigeen zal, nu het oude jaar eindigt en een nieuw zijn loop 172 kring begint, van harte de heilbede uiten : „Vrede op Aarde !” „Vrede op Aarde !” Helaas ! hoe verre zijn wij nog van dit ideaal verwijderd! Wie er zich van overtuigen wil, die werpe slechts een blik in eigen en in vreemde kringen , overzie de gebeurtenissen in het afgeloopen jaar in ons vaderland en in andere landen en vrage zich af, ot er al een begin te bespeuren is van dien eeuwigen vrede, van dat gouden tijdperk, het menschdom al zoo lang voorgespiegeld, waarin het zwaard voor goed in de scheede zal rusten en straks tot een ploegijzer kan omgesmeed worden ? Onze tijd wordt ontogenzeggelijk ge 172 kenmerkt door een ontzaggelijken voor 172 uitgang op allerlei gebied, meer echter in materieelen dan wel in moreelen zin ; maar de schaduwzijde van die vinding 172 rijkheid is, dat er, gedreven door heb 172 zucht , te veel ondernomen , te veel voort 172 gebracht , de evenredigheid tusschen pro 172 ductie en consumptie te veel overschreden wordt. De gevolgen van de verkeerde richting op het uitgestrekte veld van den arbeid hebben zich in de laatste jaren, maar vooral in het afgeloopene, sterk doen gevoelen, hier in achteruitgang, daar in volkomen stilstand van zaken. Er werd weinig of geen voordeel meer behaald; vele fabrikanten zagen zich genoodzaakt hunne arbeiders te ontslaan of hunne loonen te verlagen. Van de eene zijde ontstond hieruit werkeloosheid , van de andere zijde groote ontevreden^ Feuilleton. In Verzoeking. —o— Novelle uit het Duitseh van REINHOLD ORTMANN. 1) ’t Is op een Zaterdagavond in den winter. De gasvlammen in de straatlan 172 tarens flikkeren onrustig, alsof zij wilden uitgaan en knetterend zweept de storm de zware regendroppels tegen de muren der huizen. Wien de onaangename noodzakelijk 172 heid naar buiten jaagt, die snelt haastig voort, om een beschermend dak te bereiken en neerslachtig schudden zelfs de geduldige paarden op de plaats, waar de vigelautes staan , hunne druipende manen. Langzaam gaat een magere man over het plein voor den schouwburg, waarvan het asphaltplaveisel glinstert en schittert, als de oppervlakte van een meer. Hij heelt geen bijzonderen haast, zooala het schijnt, de man met de nietige, eenigszins gebogen gestalte en de armoedige kleeding. Hij be 172 kommert zich ook niet om regen en wind , ofschoon hij wel tot op de huid toe door 172 nat moet zijn, en als niet de koetsiers der op het plaveisel voortrollende rijtuigen veel oplettender waren dan hij, dan ware hij waarschijnlijk al lang onder de raderen geraakt. Do andere menschen gaan hem uit den weg, want hij mompelt somtijds af 172 gebroken woorden in zichzelven, en zij houden hem daarom voor beschonken. Maar hij is zoo nuchteren, als maar een van hen, en niet de roes is het die uit hem spreekt, maar de wrevel, de bitterheid, de wanhoop. Voor drie maanden heeft de man zijn klein ambt van boekhouder verloren, dat hij se 172 dert vijftien jaren had bekleed. Maar men had hem niet laten vertrekken, omdat hij heid , zelfs staking van den arbeid onder de werkbijen onzer maatschappij en de volksmenners maakten van die treurige omstandigheden gretig gebruik, om de arbeiders op te ruien tegen de gehate kapitalisten in 't bijzonder , wien de schuld werd gegeven van den bestaanden nood en tegen de bezittende klassen in 't alge 172 meen. Daaraan hebben Chicago zijne moord toon eelen , Londen zijne oproeren der proletariërs en Charleroi en omstreken de opstanden der mijnwerkers, die met brandstichting en plundering gepaard gin 172 gen , te danken en al die bewegingen moesten helaas! in bloed gesmoord wor 172 den. Niet een direct, maar toch een indirect gevolg van de opruiingen tegen justitie en politie was het bekende oproer te Amsterdam, dat onzen lozers nog le 172 vendig voor den geest staat en zoovelen onschuldigen het leven kostte. Die bloedige tooneelep werpen een droe 172 vige schaduw op het jaar 1886, ze zijn erger dan oorlog : de vrede binnenslands is er door verstoord; burgers stonden te 172 gen burgers, haat en nijd zijn er door opgewekt en de klove tusschen de bezit 172 tende en niet bezittende standen aanmer 172 kelijk door verwijd geworden. Er hcerscht bitterheid in veler ziel, die zich niet slechts door woorden, maar ook door da 172 den openbaart; 's menschen leven wordt niet meer geacht, diefstal aan geprezen , verzet tegen de overheid op schijngronden van recht onverholen gepredikt. Zijn dit dan de gevolgen van den hoog geroemden vooruitgang onzer dagen , dit de vruchten van de nijverheid, die den volkren ten zegen moest zijn en die nu door geweten- looze volksleiders als een vloek wordt afgeschilderd ? Maar laat ons niet vreezen voor de toe 172 komst ; integendeel de gevaren van het oogenblik , die ook ons land en zijn prach 172 tig Insulinde bedreigen , koelbloedig onder de oogen zien ; inmiddels uitzien naar de middelen tot herstel en onvermoeid, zijn plicht verzuimd had, O neen, hij is de lichtvaardigheid der onbezonnen jeugd immers reeds lang te boven, en niemand kan hem iets anders nageven, dan dat hij al 172 toos een vlijtig en nauwkeurig werkman geweest is. Zijne principalen hebben dan ook lang gedraald, vóór dat zij tot den treu- rigen maatregel besloten. Maar de tijden zijn moeielijk en de zaken gaan voortdurend slechter, zoodat zij wel eindelijk eigen voor 172 deel hooger moesten stellen, dan dat van hun trouwen medearbeider. Zij hebben hem wel is waar aanbevelingen bij zijn vertrek mede gegeven, maar die hebben hem bitter weinig gebaat, want niet alleen zijn alle plaatsen bezet, maar er wachten ook hon 172 derden, die jonger en flinker zijn dan hij, en die veel meer geleerd hebben, met smach 172 tend ongeduld op den eersten opeuvallen- den post. Week aan week heeft hij met koortsachtigen haast de advertentiën der couranten doorloopeu, is hij met altoos die 172 per zinkenden moed van het eene kantoor naar het andere gewandeld, tot dat hij ein 172 delijk vandaag de zekerheid verkregen heelt, dat geen vooruitzicht aanwezig is, binnen kort een nieuw bestaan te vinden. Nu is het wel te begrijpen, dat hij juist geen haast had te huis te komen. Wel is waar de ver wijtingen en het gejammer eener vrouw heeft hij niet te vreezen, want de zijne slaapt al sedert jaren verre buiten op het kerkhof. Slechts zijne beide kinderen zijn het, die hem daar te huis wachten en zij zijn nog veel te jong, om te begrijpen, welk eene treurige tijding hij hun brengt; hun inzicht zal eerst beginnen, als zij op zekeren dag te vergeefs om het stuk brood vragen moeten, dat hun honger stillen moet. Maar hoe spoedig zal hij daar zijn, die vreeselijke dag! Bijna zou hij hem reeds nu vooruit kunnen bepalen, want de kleine som , die bij als het restant van zijne kleine besparingen nu nog bezit, reikt niet lang meer toe, In doffen wanhoop dwaalt hij nu reeds sedert uren, in spijt van het slechte weder, al moge ondank ook ona loon zijn, werk 172 zaam zijn tot opheffing der lagere stan 172 den uit hun druk nooden. Onze maatschappij verkeert als in een vulka- niachen toestand ; maajr uit de chaos zal het licht verrijzen en l^n slotte de waar 172 heid zegevieren. Reeds nu zijn wakkere mannen bezig om het volk voor te lichten en den verblinden de oogen te openen. Met vreugde begroeten wij dan ook de uitgave van het Sociail Weekblad voor het volgend jaar en vleien ons dat deze onderneming, ten behoeve van den ar 172 beidenden stand in het leven geroepen, slagen en aan de verwachting zal beant 172 woorden. Niet genoeg'kan het herhaald worden wat Schiller reeds eene eeuw ge 172 leden zong : Arbeid is des burgers glorie, Zegen is dos arbeids Joon , Roemt des legerhelds viktorie , Roemt den Koniug op zijn throon; Arbeid schenkt de burgerkroon! Vrede en eendracht heerschten even 172 min op kerkdijk als staatkundig gebied in ons vaderland. Het zal onnoodig zijn te herinneren, hoe driest in het begin van het afgeloopen jaar een j fractie der recht- zinnïgen te Amsterdam is opgetreden en hoe daaruit eene beklagenswaardige scheu 172 ring in de Protestantsche Kerk is ontstaan. Ook is het genoeg bekend, hoe door de houding dezer party tegenover de Grond 172 wetsherziening aangenomen, er geene eenstemmigheid is verkregen omtrent dit zoo gewichtig vraagstuk en Kamerontbin 172 ding daarvan het gevolg moest zijn. Moge dit werk eindelijk in 1887 ge 172 lukken , maar daartoe is het noodig, dat de verschillende partijen zich verstaan en zich doordringen van de waarheid van wat reeds onzen vaderen levendig voor oogen stond, dat alleen door eendracht een kleine staat machtig en sterk is, maar hy door tweedracht te gronde gaat. De on- in de straten rond. Hij weet nauwelijks nog waar hij zich bevindt en het ie hem ook onverschillig; zijne oogen kleven met eene strakke uitdrukking op het door den regen natte plaveisel. Daar ziet hij op den overgang eener straat op den rand eener kleine waterkuil een langwerpig, vierhoekig donker voorwerp en werktuigelijk bukt hij zich om het op te rapen. Het is de eerste keer in zijn leven dat hij iets vindt, en hij is vast overtuigd, dat de een of ander dit brieventaschje als onbruik 172 baar op zij gegooid heeft, Stond hij niet juist in den lichtkring der straatlantaarns, hij zou het misschien niet eens geopend heb 172 ben en ook nu is het slechts een onverschil 172 lige , weinig belangstellende blik, dien bij er in werpt. Daar opeens rilt hij als of hem de koude koorts overviel, zijne tanden klapperen hoor 172 baar tegen elkaer. De kleine taseh is vol 172 gepropt met banknoten ; achteloos en slordig zijn ze bijeen gevouwen en de uitste 172 kende punt der eene herkent hij terstond als de punt van een biljet van honderd mark. Terwijl juist nog zijne knieën van koude rammelden, stroomt het nu ziedend heet over zijn gehcele lichaam; met een fonkelend oog kijkt hij in 't rond, of hij ook door iemand wordt gadegeslagen, dan verdwijnt de vondst in den borstzak van zijn jas. Als een vervolgde snelt hij vooruit, slechts vervuld met den wensch, zich zoo spoedig mogelijk uit deze straat te verwij 172 deren. Niemand moet hem hier gezien heb ben 1 Eerst als hij weder tusschen de he- melhooge huurkazernen van dit kwartier verder gaat, waarin hij woont, vermindert hij zijne haastige schreden. Nu heeft alle nood en zorg een einde, uu is hij een wel 172 varend man, want dat hij het taschje be 172 houden zal, schijnt hem eene zaak toe, die vanzelf spreekt. Als hij maar wist, hoe veel het in hield! Dat het eene groote som zijn moet, heelt hij al op het eerste oog ontdekt, maar een grondig onderzoek durft hij op de publieke straat niet wagen. Hij heeft de rechter hand in den borstzak ge- dervinding, die Nederland op het einde der vorige eeuw heeft opgedaan, strekke het tegenwoordig geslacht tot een waar 172 schuwend voorbeeld, Mogen vrede en eendracht in de geheele wereld in het volgend jaar heerschen en de dreigende wolken , die zich aan den politiek en horizon vertoonen en op oor 172 log duiden, afgeweerd worden. Zalige eendracht, zoete vrede ! Blijve in dit gewest, Blij v e op aller bede , Blijve uw zetel hier gevest'. Moge ons nooit, door woeste horden, 't Zoet der rust ontnomen worden ; Nimmer moog de hemeltrans Lieflijk thands, Tintlend van des avonds glans, Van den roeden vuurgloed blaken, Die uit wouden rijst en daken, (*) 31 December 1886. (*) Schiller, het Lied van de Klok', aaar Mr. -f. van Lcnnep’s vertaling. Buitenland, r’X-S.lXli.X-lJ J3L. Uit eene statistische opgave blijkt dat er tegenwoordig te Parijs ruim 7000 personen zijn, die eene acte hebben als onderwijzer ot onderwijzeres voor de lagere schooi en op eene aanstelling wachten. In de departementen zijn er 20,000 cao- didaten voor de betrekking van onderwijzer of onderwijzeres. Als men nagaat dat er, gelijk door de bladen gemeld wordt, jaarlijks gemiddeld 155 candid aten eene betrekking aan de open 172 bare lagere school krijgen, dan kan men begrijpen hoeveel telenrgestelden er zijn. Sedert de scholen zijn verwereldlijkt, is de begeerte om eene onderwijzersplaats te krij 172 gen buitengewoon groot geworden. Duizen 172 den jongelingen en meisjes, aldus wordt ge 172 klaagd , die in een ander beroep een bestaan hadden kunnen vinden , hebben zich bekwaam gemaakt voor het onderwijs, en zijn daarin aangemoedigd geworden , zonder dat er eenig schoven en houdt de kostbare vondst om 172 klemd , als waren honderden vuisten uitge 172 strekt, hem die te ontrukken. In zijn hoofd dwarrelt en suist het en in zijne sla 172 pen klopt als een hamer het bloed, alsof bij nu werkelijk dronken ware. Zonder twij 172 fel is het eene bedwelming van vreugde, die hem overvallen heeft, maar die vreugde is niet vrij van eene zekere beklemming, van eene onrust, die hem met onweerstaan 172 baar geweld opnieuw tot snelleren en steeds snelleren gang aandrijft, ofschoon hij hier toch waarlijk niet het geringste te vreezen heeft. Hij, die anders zoo kalm en nnchte- ren is, zoo ernstig en bedachtzaam in woor 172 den en handelingen, hij bevindt zich thans in een staat van opgewondenheid, die hem, trots den ijskouden stormwind, het zweet op het voorhoofd jaagt. Voor eene heldere gedachte is hij niet vatbaar, in zijne ooren klinkt het nog altoos als een waarschuwende stem: „Voorzichtig! voorzichtig dat je rijk 172 dom geene verdenking opwekke!" Zoo komt hij eindelijk ademloos en met donkerrood gezicht in zijn huis aan. Een dampende schotel vol aardappelen staat op de tafel. Zijn oudste twaalfjarig meisje heeft ze gekookt en heeft een beetje vleesch en zout heel netjes daarnaast gezet, want het avondeten moet voor den vader te gelijker 172 tijd tot middageten dienen, waarvoor hij zich in deze dagen van wanhopig zoeken geen tijd gegund had. De kleine zesjarige krullebol van een jongen zit met van begeer 172 te glinsterende oogen voor al die heerlijkhe 172 den en wacht met verlangen naar het oogen 172 blik , dat vader ook hem zijn aandeel daarvan zal laten toekomen. Maar die denkt vandaag niet aan eten en driuken. Hij slin 172 gert zijnen door den regen geheel bedorven hoed naar een hoek en toen hei kleine meisje toespringt om die op te rapen, roept hij haar toe: „Laat liggen, Marie, ik zet hem toch niet meer op I” Daarna beveelt hij de kinderen, zich aan de tafel te plaatsen en met het eten te be 172 ginnen , terwijl hij in den meest verwijder 172 den hoek der kamer gaat en hun den rug vooruitzicht op eene plaatsing bestaat. En nog komt er geen einde aan den aanwas van candidaten, die hunne beste jaren door- brengon , eerst in geduldig , daarna in onge 172 duldig wachten, om te eindigen in moede 172 loosheid. Het Journal des Débats vooral klaagt over dien ongelnkkigen toestand en schrijft veel daarvan op rekening van de besturen en ook van de onderwijzers en inspecteurs, die vreezende dat er na do verwereldlijking der school gebrek zou komen aan caudidaten, ieder die maar eenigen aanleg had, aan 172 spoorden om zich bekwaam te maken voor het onderwijs en al zoo athielden van het kiezen van een ander beroep. 3Bol|tlo. De internationale trein , in België bekend onder den naam van „Indischen mailtreiu”, '5 "Woensdag ochtend bij Namen gederail 172 leerd , ten gevolge van de gebrekkige slui 172 ting van een wissel. De eerste goederen 172 wagen , waarin de hoofd conducteur en een tweede conducteur gezeten waren , is om ge 172 slagen ; beiden zijn gekwetst, maar hebben zich gelukkig bunnen vrijwaren van aan 172 raking met de brandende kachel, die in den waggon stond. De remmer, die op den wagen zat, is veel zwaarder gewond. Ove 172 rigens bepalen zich de persoonlijke onge 172 lukken tot lichte kwetsuren, De schade aan het materiaal is echter zeer groot. De pas 172 sagiers zijn al’en overgegaan in do -^et ont 172 spoorde wagens , waarna do trein , na ruim een uur oponthoud, zijn weg naar Brussel vervolgen kon. 3Du.itaolal.cii3.cl. Sinds ongeveer eene week loopt te Berlijn een gerucht, hetwelk in weerwil der daarop gevolgde tegenspraak nog maar niet uit de wereld is, en zelfs met hardnekkigheid wordt volgehouden. Acht dagen geleden ging het namelijk als een loopend vuur door de stad, dat de luitenant-kolonel ViUaume , Duitsch militair attaché te St. Petersburg, door den Czaar in een aanval van woede was doodgeschoten. Zij ue familie te Potsdam verklaarde, niets er van te weten , en zijne zuster verhaalde aan een jong journalist, die toekeert, om nu eindelijk zijn schat te tel 172 len. Langzaam slechts en als het ware mot weerzin glijden de bonte biljetten door de sidderende vingers. Er zijn hieronder pa 172 pieren van hooge waarde. Hij grijpt zich aan het voorhoofd, want het ligt hem op eens loodzwaar in het hoofd en het schemert hem voor de oogen. Hij telt de eenvoudige cijfers niet meer op, maar hij weet toch dat het een heel vermogen is, dat hij daar in handen houdt, vijf duizend mark of daarbo 172 ven. Het Is voor zijne omstandigheden een ontzaggelijk groote som en hij beeft bij de gedachte, dat ze hem weder ontrukt zou kunnen worden. Gretig raapt hij de bank 172 noten bijeen. „Vader, wat doet gij daar toch ?” vraagt het kleine meisje , dat naderbij gekomen ia en naar kindertrant over zijn schouders gebokeu heeft. Maar hij rijst overeind ais in ijlen schrik en stoot de kleine met eene toornige beweging terug. „Wat hebt gij te loeren, jij dom ding I” schreeuwt hij haar toe, „vermeet je niet, iemand iets er van te vertellen 1" En met een dreigend gebaar tegen het bang geworden kind gaat hij aan de tafel zitten om zijn deel v^n den eenvoudigen maaltijd te verteren. Maar de eerste beet blijft hem in de keel steken. Het is of hem een vuist daar beetpakte en hij bespeurt een onaangenaam, drukkend gevoel in de borst. Dicht bij elkaer gekropen als ver 172 schrikte vogeltjes, zitten tegenover hem de beide kinderen, en voor hunnen vragenden, verbaasden blik moet hij onwillekeurig de oogen neerslaan. Het pijnlijke van dezen toestand wordt hem onverdraaglijk. Hij werpt hot mes op de tafel en beveelt hun naar bed te gaan. Een kwartier uurs nog blijft hij in zwijgend gepeins roerloos zitten, daarop blaast hij het licht uit en gaat met zware voetstappen eveneens naar de kamer, om zich op zijne legerstede te werpen, ( Wordt vervolgd.)