Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18870101-001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
1887.
Vier
en
Veertigste
Jaargang.
3191.
VOOR
BE
STAD
EN
Abonnements-prijs:
Per
jaar
f
2.60.
Franco
per
post
...
-
3.—.
Adverlentitin:
Van
één
tot
zes
regels
60
Cents.
Voor
eiken
regel
meer
10
Cents.
HET
ARRONDISSEMENT.
De
Uitgave:
geschiedt
eiken
Dinsdag
172
en
Vrijdag-Avond.
Zaterdag
1
Januari.
"Verkrijgbaar;
Lij
den
Uitgever;
bij
alle
Boekhandelaren
en
Postkantoren
in
dit
Rijk.
Vrede
op
Aarde!
Friede
sei
ihr
erst
Gelatite.
SOHILLEIt,
„Vrede
op
Aarde,
in
de
Menschen
een
welbehagen
t"
De
nagalm
van
dit
ver
172
heven
en
voor
de
menschheid
zoo
ver
172
troostend
lied
weerklinkt
zeker
nog
in
de
ooren
van
velen
en
menigeen
zal,
nu
het
oude
jaar
eindigt
en
een
nieuw
zijn
loop
172
kring
begint,
van
harte
de
heilbede
uiten
:
„Vrede
op
Aarde
!”
„Vrede
op
Aarde
!”
Helaas
!
hoe
verre
zijn
wij
nog
van
dit
ideaal
verwijderd!
Wie
er
zich
van
overtuigen
wil,
die
werpe
slechts
een
blik
in
eigen
en
in
vreemde
kringen
,
overzie
de
gebeurtenissen
in
het
afgeloopen
jaar
in
ons
vaderland
en
in
andere
landen
en
vrage
zich
af,
ot
er
al
een
begin
te
bespeuren
is
van
dien
eeuwigen
vrede,
van
dat
gouden
tijdperk,
het
menschdom
al
zoo
lang
voorgespiegeld,
waarin
het
zwaard
voor
goed
in
de
scheede
zal
rusten
en
straks
tot
een
ploegijzer
kan
omgesmeed
worden
?
Onze
tijd
wordt
ontogenzeggelijk
ge
172
kenmerkt
door
een
ontzaggelijken
voor
172
uitgang
op
allerlei
gebied,
meer
echter
in
materieelen
dan
wel
in
moreelen
zin
;
maar
de
schaduwzijde
van
die
vinding
172
rijkheid
is,
dat
er,
gedreven
door
heb
172
zucht
,
te
veel
ondernomen
,
te
veel
voort
172
gebracht
,
de
evenredigheid
tusschen
pro
172
ductie
en
consumptie
te
veel
overschreden
wordt.
De
gevolgen
van
de
verkeerde
richting
op
het
uitgestrekte
veld
van
den
arbeid
hebben
zich
in
de
laatste
jaren,
maar
vooral
in
het
afgeloopene,
sterk
doen
gevoelen,
hier
in
achteruitgang,
daar
in
volkomen
stilstand
van
zaken.
Er
werd
weinig
of
geen
voordeel
meer
behaald;
vele
fabrikanten
zagen
zich
genoodzaakt
hunne
arbeiders
te
ontslaan
of
hunne
loonen
te
verlagen.
Van
de
eene
zijde
ontstond
hieruit
werkeloosheid
,
van
de
andere
zijde
groote
ontevreden^
Feuilleton.
In
Verzoeking.
—o—
Novelle
uit
het
Duitseh
van
REINHOLD
ORTMANN.
1)
’t
Is
op
een
Zaterdagavond
in
den
winter.
De
gasvlammen
in
de
straatlan
172
tarens
flikkeren
onrustig,
alsof
zij
wilden
uitgaan
en
knetterend
zweept
de
storm
de
zware
regendroppels
tegen
de
muren
der
huizen.
Wien
de
onaangename
noodzakelijk
172
heid
naar
buiten
jaagt,
die
snelt
haastig
voort,
om
een
beschermend
dak
te
bereiken
en
neerslachtig
schudden
zelfs
de
geduldige
paarden
op
de
plaats,
waar
de
vigelautes
staan
,
hunne
druipende
manen.
Langzaam
gaat
een
magere
man
over
het
plein
voor
den
schouwburg,
waarvan
het
asphaltplaveisel
glinstert
en
schittert,
als
de
oppervlakte
van
een
meer.
Hij
heelt
geen
bijzonderen
haast,
zooala
het
schijnt,
de
man
met
de
nietige,
eenigszins
gebogen
gestalte
en
de
armoedige
kleeding.
Hij
be
172
kommert
zich
ook
niet
om
regen
en
wind
,
ofschoon
hij
wel
tot
op
de
huid
toe
door
172
nat
moet
zijn,
en
als
niet
de
koetsiers
der
op
het
plaveisel
voortrollende
rijtuigen
veel
oplettender
waren
dan
hij,
dan
ware
hij
waarschijnlijk
al
lang
onder
de
raderen
geraakt.
Do
andere
menschen
gaan
hem
uit
den
weg,
want
hij
mompelt
somtijds
af
172
gebroken
woorden
in
zichzelven,
en
zij
houden
hem
daarom
voor
beschonken.
Maar
hij
is
zoo
nuchteren,
als
maar
een
van
hen,
en
niet
de
roes
is
het
die
uit
hem
spreekt,
maar
de
wrevel,
de
bitterheid,
de
wanhoop.
Voor
drie
maanden
heeft
de
man
zijn
klein
ambt
van
boekhouder
verloren,
dat
hij
se
172
dert
vijftien
jaren
had
bekleed.
Maar
men
had
hem
niet
laten
vertrekken,
omdat
hij
heid
,
zelfs
staking
van
den
arbeid
onder
de
werkbijen
onzer
maatschappij
en
de
volksmenners
maakten
van
die
treurige
omstandigheden
gretig
gebruik,
om
de
arbeiders
op
te
ruien
tegen
de
gehate
kapitalisten
in
't
bijzonder
,
wien
de
schuld
werd
gegeven
van
den
bestaanden
nood
en
tegen
de
bezittende
klassen
in
't
alge
172
meen.
Daaraan
hebben
Chicago
zijne
moord
toon
eelen
,
Londen
zijne
oproeren
der
proletariërs
en
Charleroi
en
omstreken
de
opstanden
der
mijnwerkers,
die
met
brandstichting
en
plundering
gepaard
gin
172
gen
,
te
danken
en
al
die
bewegingen
moesten
helaas!
in
bloed
gesmoord
wor
172
den.
Niet
een
direct,
maar
toch
een
indirect
gevolg
van
de
opruiingen
tegen
justitie
en
politie
was
het
bekende
oproer
te
Amsterdam,
dat
onzen
lozers
nog
le
172
vendig
voor
den
geest
staat
en
zoovelen
onschuldigen
het
leven
kostte.
Die
bloedige
tooneelep
werpen
een
droe
172
vige
schaduw
op
het
jaar
1886,
ze
zijn
erger
dan
oorlog
:
de
vrede
binnenslands
is
er
door
verstoord;
burgers
stonden
te
172
gen
burgers,
haat
en
nijd
zijn
er
door
opgewekt
en
de
klove
tusschen
de
bezit
172
tende
en
niet
bezittende
standen
aanmer
172
kelijk
door
verwijd
geworden.
Er
hcerscht
bitterheid
in
veler
ziel,
die
zich
niet
slechts
door
woorden,
maar
ook
door
da
172
den
openbaart;
's
menschen
leven
wordt
niet
meer
geacht,
diefstal
aan
geprezen
,
verzet
tegen
de
overheid
op
schijngronden
van
recht
onverholen
gepredikt.
Zijn
dit
dan
de
gevolgen
van
den
hoog
geroemden
vooruitgang
onzer
dagen
,
dit
de
vruchten
van
de
nijverheid,
die
den
volkren
ten
zegen
moest
zijn
en
die
nu
door
geweten-
looze
volksleiders
als
een
vloek
wordt
afgeschilderd
?
Maar
laat
ons
niet
vreezen
voor
de
toe
172
komst
;
integendeel
de
gevaren
van
het
oogenblik
,
die
ook
ons
land
en
zijn
prach
172
tig
Insulinde
bedreigen
,
koelbloedig
onder
de
oogen
zien
;
inmiddels
uitzien
naar
de
middelen
tot
herstel
en
onvermoeid,
zijn
plicht
verzuimd
had,
O
neen,
hij
is
de
lichtvaardigheid
der
onbezonnen
jeugd
immers
reeds
lang
te
boven,
en
niemand
kan
hem
iets
anders
nageven,
dan
dat
hij
al
172
toos
een
vlijtig
en
nauwkeurig
werkman
geweest
is.
Zijne
principalen
hebben
dan
ook
lang
gedraald,
vóór
dat
zij
tot
den
treu-
rigen
maatregel
besloten.
Maar
de
tijden
zijn
moeielijk
en
de
zaken
gaan
voortdurend
slechter,
zoodat
zij
wel
eindelijk
eigen
voor
172
deel
hooger
moesten
stellen,
dan
dat
van
hun
trouwen
medearbeider.
Zij
hebben
hem
wel
is
waar
aanbevelingen
bij
zijn
vertrek
mede
gegeven,
maar
die
hebben
hem
bitter
weinig
gebaat,
want
niet
alleen
zijn
alle
plaatsen
bezet,
maar
er
wachten
ook
hon
172
derden,
die
jonger
en
flinker
zijn
dan
hij,
en
die
veel
meer
geleerd
hebben,
met
smach
172
tend
ongeduld
op
den
eersten
opeuvallen-
den
post.
Week
aan
week
heeft
hij
met
koortsachtigen
haast
de
advertentiën
der
couranten
doorloopeu,
is
hij
met
altoos
die
172
per
zinkenden
moed
van
het
eene
kantoor
naar
het
andere
gewandeld,
tot
dat
hij
ein
172
delijk
vandaag
de
zekerheid
verkregen
heelt,
dat
geen
vooruitzicht
aanwezig
is,
binnen
kort
een
nieuw
bestaan
te
vinden.
Nu
is
het
wel
te
begrijpen,
dat
hij
juist
geen
haast
had
te
huis
te
komen.
Wel
is
waar
de
ver
wijtingen
en
het
gejammer
eener
vrouw
heeft
hij
niet
te
vreezen,
want
de
zijne
slaapt
al
sedert
jaren
verre
buiten
op
het
kerkhof.
Slechts
zijne
beide
kinderen
zijn
het,
die
hem
daar
te
huis
wachten
en
zij
zijn
nog
veel
te
jong,
om
te
begrijpen,
welk
eene
treurige
tijding
hij
hun
brengt;
hun
inzicht
zal
eerst
beginnen,
als
zij
op
zekeren
dag
te
vergeefs
om
het
stuk
brood
vragen
moeten,
dat
hun
honger
stillen
moet.
Maar
hoe
spoedig
zal
hij
daar
zijn,
die
vreeselijke
dag!
Bijna
zou
hij
hem
reeds
nu
vooruit
kunnen
bepalen,
want
de
kleine
som
,
die
bij
als
het
restant
van
zijne
kleine
besparingen
nu
nog
bezit,
reikt
niet
lang
meer
toe,
In
doffen
wanhoop
dwaalt
hij
nu
reeds
sedert
uren,
in
spijt
van
het
slechte
weder,
al
moge
ondank
ook
ona
loon
zijn,
werk
172
zaam
zijn
tot
opheffing
der
lagere
stan
172
den
uit
hun
druk
nooden.
Onze
maatschappij
verkeert
als
in
een
vulka-
niachen
toestand
;
maajr
uit
de
chaos
zal
het
licht
verrijzen
en
l^n
slotte
de
waar
172
heid
zegevieren.
Reeds
nu
zijn
wakkere
mannen
bezig
om
het
volk
voor
te
lichten
en
den
verblinden
de
oogen
te
openen.
Met
vreugde
begroeten
wij
dan
ook
de
uitgave
van
het
Sociail
Weekblad
voor
het
volgend
jaar
en
vleien
ons
dat
deze
onderneming,
ten
behoeve
van
den
ar
172
beidenden
stand
in
het
leven
geroepen,
slagen
en
aan
de
verwachting
zal
beant
172
woorden.
Niet
genoeg'kan
het
herhaald
worden
wat
Schiller
reeds
eene
eeuw
ge
172
leden
zong
:
Arbeid
is
des
burgers
glorie,
Zegen
is
dos
arbeids
Joon
,
Roemt
des
legerhelds
viktorie
,
Roemt
den
Koniug
op
zijn
throon;
Arbeid
schenkt
de
burgerkroon!
Vrede
en
eendracht
heerschten
even
172
min
op
kerkdijk
als
staatkundig
gebied
in
ons
vaderland.
Het
zal
onnoodig
zijn
te
herinneren,
hoe
driest
in
het
begin
van
het
afgeloopen
jaar
een
j
fractie
der
recht-
zinnïgen
te
Amsterdam
is
opgetreden
en
hoe
daaruit
eene
beklagenswaardige
scheu
172
ring
in
de
Protestantsche
Kerk
is
ontstaan.
Ook
is
het
genoeg
bekend,
hoe
door
de
houding
dezer
party
tegenover
de
Grond
172
wetsherziening
aangenomen,
er
geene
eenstemmigheid
is
verkregen
omtrent
dit
zoo
gewichtig
vraagstuk
en
Kamerontbin
172
ding
daarvan
het
gevolg
moest
zijn.
Moge
dit
werk
eindelijk
in
1887
ge
172
lukken
,
maar
daartoe
is
het
noodig,
dat
de
verschillende
partijen
zich
verstaan
en
zich
doordringen
van
de
waarheid
van
wat
reeds
onzen
vaderen
levendig
voor
oogen
stond,
dat
alleen
door
eendracht
een
kleine
staat
machtig
en
sterk
is,
maar
hy
door
tweedracht
te
gronde
gaat.
De
on-
in
de
straten
rond.
Hij
weet
nauwelijks
nog
waar
hij
zich
bevindt
en
het
ie
hem
ook
onverschillig;
zijne
oogen
kleven
met
eene
strakke
uitdrukking
op
het
door
den
regen
natte
plaveisel.
Daar
ziet
hij
op
den
overgang
eener
straat
op
den
rand
eener
kleine
waterkuil
een
langwerpig,
vierhoekig
donker
voorwerp
en
werktuigelijk
bukt
hij
zich
om
het
op
te
rapen.
Het
is
de
eerste
keer
in
zijn
leven
dat
hij
iets
vindt,
en
hij
is
vast
overtuigd,
dat
de
een
of
ander
dit
brieventaschje
als
onbruik
172
baar
op
zij
gegooid
heeft,
Stond
hij
niet
juist
in
den
lichtkring
der
straatlantaarns,
hij
zou
het
misschien
niet
eens
geopend
heb
172
ben
en
ook
nu
is
het
slechts
een
onverschil
172
lige
,
weinig
belangstellende
blik,
dien
bij
er
in
werpt.
Daar
opeens
rilt
hij
als
of
hem
de
koude
koorts
overviel,
zijne
tanden
klapperen
hoor
172
baar
tegen
elkaer.
De
kleine
taseh
is
vol
172
gepropt
met
banknoten
;
achteloos
en
slordig
zijn
ze
bijeen
gevouwen
en
de
uitste
172
kende
punt
der
eene
herkent
hij
terstond
als
de
punt
van
een
biljet
van
honderd
mark.
Terwijl
juist
nog
zijne
knieën
van
koude
rammelden,
stroomt
het
nu
ziedend
heet
over
zijn
gehcele
lichaam;
met
een
fonkelend
oog
kijkt
hij
in
't
rond,
of
hij
ook
door
iemand
wordt
gadegeslagen,
dan
verdwijnt
de
vondst
in
den
borstzak
van
zijn
jas.
Als
een
vervolgde
snelt
hij
vooruit,
slechts
vervuld
met
den
wensch,
zich
zoo
spoedig
mogelijk
uit
deze
straat
te
verwij
172
deren.
Niemand
moet
hem
hier
gezien
heb
ben
1
Eerst
als
hij
weder
tusschen
de
he-
melhooge
huurkazernen
van
dit
kwartier
verder
gaat,
waarin
hij
woont,
vermindert
hij
zijne
haastige
schreden.
Nu
heeft
alle
nood
en
zorg
een
einde,
uu
is
hij
een
wel
172
varend
man,
want
dat
hij
het
taschje
be
172
houden
zal,
schijnt
hem
eene
zaak
toe,
die
vanzelf
spreekt.
Als
hij
maar
wist,
hoe
veel
het
in
hield!
Dat
het
eene
groote
som
zijn
moet,
heelt
hij
al
op
het
eerste
oog
ontdekt,
maar
een
grondig
onderzoek
durft
hij
op
de
publieke
straat
niet
wagen.
Hij
heeft
de
rechter
hand
in
den
borstzak
ge-
dervinding,
die
Nederland
op
het
einde
der
vorige
eeuw
heeft
opgedaan,
strekke
het
tegenwoordig
geslacht
tot
een
waar
172
schuwend
voorbeeld,
Mogen
vrede
en
eendracht
in
de
geheele
wereld
in
het
volgend
jaar
heerschen
en
de
dreigende
wolken
,
die
zich
aan
den
politiek
en
horizon
vertoonen
en
op
oor
172
log
duiden,
afgeweerd
worden.
Zalige
eendracht,
zoete
vrede
!
Blijve
in
dit
gewest,
Blij
v
e
op
aller
bede
,
Blijve
uw
zetel
hier
gevest'.
Moge
ons
nooit,
door
woeste
horden,
't
Zoet
der
rust
ontnomen
worden
;
Nimmer
moog
de
hemeltrans
Lieflijk
thands,
Tintlend
van
des
avonds
glans,
Van
den
roeden
vuurgloed
blaken,
Die
uit
wouden
rijst
en
daken,
(*)
31
December
1886.
(*)
Schiller,
het
Lied
van
de
Klok',
aaar
Mr.
-f.
van
Lcnnep’s
vertaling.
Buitenland,
r’X-S.lXli.X-lJ
J3L.
Uit
eene
statistische
opgave
blijkt
dat
er
tegenwoordig
te
Parijs
ruim
7000
personen
zijn,
die
eene
acte
hebben
als
onderwijzer
ot
onderwijzeres
voor
de
lagere
schooi
en
op
eene
aanstelling
wachten.
In
de
departementen
zijn
er
20,000
cao-
didaten
voor
de
betrekking
van
onderwijzer
of
onderwijzeres.
Als
men
nagaat
dat
er,
gelijk
door
de
bladen
gemeld
wordt,
jaarlijks
gemiddeld
155
candid
aten
eene
betrekking
aan
de
open
172
bare
lagere
school
krijgen,
dan
kan
men
begrijpen
hoeveel
telenrgestelden
er
zijn.
Sedert
de
scholen
zijn
verwereldlijkt,
is
de
begeerte
om
eene
onderwijzersplaats
te
krij
172
gen
buitengewoon
groot
geworden.
Duizen
172
den
jongelingen
en
meisjes,
aldus
wordt
ge
172
klaagd
,
die
in
een
ander
beroep
een
bestaan
hadden
kunnen
vinden
,
hebben
zich
bekwaam
gemaakt
voor
het
onderwijs,
en
zijn
daarin
aangemoedigd
geworden
,
zonder
dat
er
eenig
schoven
en
houdt
de
kostbare
vondst
om
172
klemd
,
als
waren
honderden
vuisten
uitge
172
strekt,
hem
die
te
ontrukken.
In
zijn
hoofd
dwarrelt
en
suist
het
en
in
zijne
sla
172
pen
klopt
als
een
hamer
het
bloed,
alsof
bij
nu
werkelijk
dronken
ware.
Zonder
twij
172
fel
is
het
eene
bedwelming
van
vreugde,
die
hem
overvallen
heeft,
maar
die
vreugde
is
niet
vrij
van
eene
zekere
beklemming,
van
eene
onrust,
die
hem
met
onweerstaan
172
baar
geweld
opnieuw
tot
snelleren
en
steeds
snelleren
gang
aandrijft,
ofschoon
hij
hier
toch
waarlijk
niet
het
geringste
te
vreezen
heeft.
Hij,
die
anders
zoo
kalm
en
nnchte-
ren
is,
zoo
ernstig
en
bedachtzaam
in
woor
172
den
en
handelingen,
hij
bevindt
zich
thans
in
een
staat
van
opgewondenheid,
die
hem,
trots
den
ijskouden
stormwind,
het
zweet
op
het
voorhoofd
jaagt.
Voor
eene
heldere
gedachte
is
hij
niet
vatbaar,
in
zijne
ooren
klinkt
het
nog
altoos
als
een
waarschuwende
stem:
„Voorzichtig!
voorzichtig
dat
je
rijk
172
dom
geene
verdenking
opwekke!"
Zoo
komt
hij
eindelijk
ademloos
en
met
donkerrood
gezicht
in
zijn
huis
aan.
Een
dampende
schotel
vol
aardappelen
staat
op
de
tafel.
Zijn
oudste
twaalfjarig
meisje
heeft
ze
gekookt
en
heeft
een
beetje
vleesch
en
zout
heel
netjes
daarnaast
gezet,
want
het
avondeten
moet
voor
den
vader
te
gelijker
172
tijd
tot
middageten
dienen,
waarvoor
hij
zich
in
deze
dagen
van
wanhopig
zoeken
geen
tijd
gegund
had.
De
kleine
zesjarige
krullebol
van
een
jongen
zit
met
van
begeer
172
te
glinsterende
oogen
voor
al
die
heerlijkhe
172
den
en
wacht
met
verlangen
naar
het
oogen
172
blik
,
dat
vader
ook
hem
zijn
aandeel
daarvan
zal
laten
toekomen.
Maar
die
denkt
vandaag
niet
aan
eten
en
driuken.
Hij
slin
172
gert
zijnen
door
den
regen
geheel
bedorven
hoed
naar
een
hoek
en
toen
hei
kleine
meisje
toespringt
om
die
op
te
rapen,
roept
hij
haar
toe:
„Laat
liggen,
Marie,
ik
zet
hem
toch
niet
meer
op
I”
Daarna
beveelt
hij
de
kinderen,
zich
aan
de
tafel
te
plaatsen
en
met
het
eten
te
be
172
ginnen
,
terwijl
hij
in
den
meest
verwijder
172
den
hoek
der
kamer
gaat
en
hun
den
rug
vooruitzicht
op
eene
plaatsing
bestaat.
En
nog
komt
er
geen
einde
aan
den
aanwas
van
candidaten,
die
hunne
beste
jaren
door-
brengon
,
eerst
in
geduldig
,
daarna
in
onge
172
duldig
wachten,
om
te
eindigen
in
moede
172
loosheid.
Het
Journal
des
Débats
vooral
klaagt
over
dien
ongelnkkigen
toestand
en
schrijft
veel
daarvan
op
rekening
van
de
besturen
en
ook
van
de
onderwijzers
en
inspecteurs,
die
vreezende
dat
er
na
do
verwereldlijking
der
school
gebrek
zou
komen
aan
caudidaten,
ieder
die
maar
eenigen
aanleg
had,
aan
172
spoorden
om
zich
bekwaam
te
maken
voor
het
onderwijs
en
al
zoo
athielden
van
het
kiezen
van
een
ander
beroep.
3Bol|tlo.
De
internationale
trein
,
in
België
bekend
onder
den
naam
van
„Indischen
mailtreiu”,
'5
"Woensdag
ochtend
bij
Namen
gederail
172
leerd
,
ten
gevolge
van
de
gebrekkige
slui
172
ting
van
een
wissel.
De
eerste
goederen
172
wagen
,
waarin
de
hoofd
conducteur
en
een
tweede
conducteur
gezeten
waren
,
is
om
ge
172
slagen
;
beiden
zijn
gekwetst,
maar
hebben
zich
gelukkig
bunnen
vrijwaren
van
aan
172
raking
met
de
brandende
kachel,
die
in
den
waggon
stond.
De
remmer,
die
op
den
wagen
zat,
is
veel
zwaarder
gewond.
Ove
172
rigens
bepalen
zich
de
persoonlijke
onge
172
lukken
tot
lichte
kwetsuren,
De
schade
aan
het
materiaal
is
echter
zeer
groot.
De
pas
172
sagiers
zijn
al’en
overgegaan
in
do
-^et
ont
172
spoorde
wagens
,
waarna
do
trein
,
na
ruim
een
uur
oponthoud,
zijn
weg
naar
Brussel
vervolgen
kon.
3Du.itaolal.cii3.cl.
Sinds
ongeveer
eene
week
loopt
te
Berlijn
een
gerucht,
hetwelk
in
weerwil
der
daarop
gevolgde
tegenspraak
nog
maar
niet
uit
de
wereld
is,
en
zelfs
met
hardnekkigheid
wordt
volgehouden.
Acht
dagen
geleden
ging
het
namelijk
als
een
loopend
vuur
door
de
stad,
dat
de
luitenant-kolonel
ViUaume
,
Duitsch
militair
attaché
te
St.
Petersburg,
door
den
Czaar
in
een
aanval
van
woede
was
doodgeschoten.
Zij
ue
familie
te
Potsdam
verklaarde,
niets
er
van
te
weten
,
en
zijne
zuster
verhaalde
aan
een
jong
journalist,
die
toekeert,
om
nu
eindelijk
zijn
schat
te
tel
172
len.
Langzaam
slechts
en
als
het
ware
mot
weerzin
glijden
de
bonte
biljetten
door
de
sidderende
vingers.
Er
zijn
hieronder
pa
172
pieren
van
hooge
waarde.
Hij
grijpt
zich
aan
het
voorhoofd,
want
het
ligt
hem
op
eens
loodzwaar
in
het
hoofd
en
het
schemert
hem
voor
de
oogen.
Hij
telt
de
eenvoudige
cijfers
niet
meer
op,
maar
hij
weet
toch
dat
het
een
heel
vermogen
is,
dat
hij
daar
in
handen
houdt,
vijf
duizend
mark
of
daarbo
172
ven.
Het
Is
voor
zijne
omstandigheden
een
ontzaggelijk
groote
som
en
hij
beeft
bij
de
gedachte,
dat
ze
hem
weder
ontrukt
zou
kunnen
worden.
Gretig
raapt
hij
de
bank
172
noten
bijeen.
„Vader,
wat
doet
gij
daar
toch
?”
vraagt
het
kleine
meisje
,
dat
naderbij
gekomen
ia
en
naar
kindertrant
over
zijn
schouders
gebokeu
heeft.
Maar
hij
rijst
overeind
ais
in
ijlen
schrik
en
stoot
de
kleine
met
eene
toornige
beweging
terug.
„Wat
hebt
gij
te
loeren,
jij
dom
ding
I”
schreeuwt
hij
haar
toe,
„vermeet
je
niet,
iemand
iets
er
van
te
vertellen
1"
En
met
een
dreigend
gebaar
tegen
het
bang
geworden
kind
gaat
hij
aan
de
tafel
zitten
om
zijn
deel
v^n
den
eenvoudigen
maaltijd
te
verteren.
Maar
de
eerste
beet
blijft
hem
in
de
keel
steken.
Het
is
of
hem
een
vuist
daar
beetpakte
en
hij
bespeurt
een
onaangenaam,
drukkend
gevoel
in
de
borst.
Dicht
bij
elkaer
gekropen
als
ver
172
schrikte
vogeltjes,
zitten
tegenover
hem
de
beide
kinderen,
en
voor
hunnen
vragenden,
verbaasden
blik
moet
hij
onwillekeurig
de
oogen
neerslaan.
Het
pijnlijke
van
dezen
toestand
wordt
hem
onverdraaglijk.
Hij
werpt
hot
mes
op
de
tafel
en
beveelt
hun
naar
bed
te
gaan.
Een
kwartier
uurs
nog
blijft
hij
in
zwijgend
gepeins
roerloos
zitten,
daarop
blaast
hij
het
licht
uit
en
gaat
met
zware
voetstappen
eveneens
naar
de
kamer,
om
zich
op
zijne
legerstede
te
werpen,
(
Wordt
vervolgd.)