Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18911230-001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
rs feraeekcrlng- »Je( , un be- ruikeltjk Is; ier Utrechtache en te boven zijn >or rekening at Ij. ï, te twintig «ui- - II »pij, rdiger H. j. te Tiel. T> Druten. Tuil, rs. ii Doorn. k. right. vlus. 5=53 I# ii !$ ii 1 1-, Em- i voor*- n & % lr- i'ür>e 8 i (i 1891. Acht en Veertigste Jaargang. 3669. ■VOOZ5 Z3E ST^.1D E3ST ZZZT Ataonnements-prijs: Per jaer f 2.(iO. Franco per post ... - 3.—. Advertentiën : Van 6én tot zes regels (10 Cents. Voor eiken regel meer 10 Cents, Woensdag 30 December. De Uitgave: geschiedt eiken Dinsdag 172 en Vi'ijdag-A vond. Verkrijgbaar: den Uitgever; bij alle Boekhandelaren en Postkantoren in dit Rijk. vorden uitgegeven. Buitenland. EHa.arelaua.ca.. De mist te Londen was den ïerstmis, zoo zegt the Pall Mali o; voor dag Gazette , toen de op hun T erger dan op Kerstdag 1879, lenschen het spoor bijster raakten icsn stoep. Te 9 uren was een tastbare uiatcrnis over alles uitgespreid Het geleek een der plagen van Bgypteland. Ik mest naar het postkantoor, zegt de ver- aggever, en ik besloot mijn weg te nemen straten waar elke duim gronds mij ekend was. In gewone omstandigheden zou. dat loopje 40 minuten tijd gekost heb- in. Maar thans deed ik er 3 maal zoo mg over. Hoewel door en door bekend met lokaliteit als een Imisduif of een Indi- ansehe roodhuid , geraakte ik totaal ver- (raahl. Te zeggen dat men geen hand voor ■iigen kon zien, is misschien wat overdreven, binnen een rayon van enkele voeten , men toch niets meer onderscheiden. Het opmerkelijk , hoe bij het gewaar wor- en op dien korten afstand van personen , Ijluigen en flikkerende lantaarnlichten, deze plotselinger dan gewoonlijk op mij sehe- ',,en af te komen. Ik had telkens neiging om terug te deinzen of te schrikken, vooral ih mij een omnibus plotseling in den weg h*am en ik dan bemerkte van het trottoir iimr 't middenpad te zijn afgedwaald. Daar : o koetsiers evenmin iets konden zien, moest : ien daaruit afleiden, dat do paarden in- dnctmatig hun weg vervolgden. In de chier ondoordringbare schemering (men moest il nu on dan aan den bevrozen muur vast- louden , om naar den weg to tasten), was iet onbeschrijfelijk phantastisch het gewie- nel, geflikker en dof rumoer te zien en te iooren van de glanslooze lichten, de schorre beten, de vloeken, de verwarring, de wal 172 mende fakkels, lantaarns en rijtuiglampeu. zijn verscheiden ongelukken gebeurd, heer, die Ctapkam Common meende over te steken, liep in een vijver en ver 172 dronk. In de dokken vielen zeven personen, door den mist misleid , en verdronken , en oek te Woodworth liep een man in het wa 172 ter en werd levenloos opgehaald. De beamb 172 ten van de dokken waren den goheelen dag in de weer met te dreggen. Aan het station ym den North London Railway stapte een tot heden onbekend heer van het perron en werd door een aankomenden trein overreden. Wegens den NIEUW' De postdienst over het kanaal ondervond Ti iTTQnin hflV vertraging, doordien de treinen uit Londen JJLAnüJJA-Lr zal nez alle te laat aankwamen. De boot naar Calais olgend nummer dezer courant bleef veel langer onderweg, en in den Kerst- plaats van VRIJDAGAVOND > postdienst, wat in Engeland dezelfde betee- kenis heeft als bij ons te lande het verzenden van pakjes met St. Nicolaas, ontstond een zeer groote vertraging. De werklieden van Northumberland hebben Zaterdag met 8720 tegen 2689 stem 172 men zich verklaard tegen de invoering van den aehturïgen arbeidsdag voor jongelieden onder 18 jaren. Dxa.lteiola.la.i3.cl. Sombere berichten brengt de Voss. Zeit. voor ’t einde van dit jaar, In Duitschland wordt zeer geklaagd over „slechte tijden.“ De fabrikanten en winkeliers herinneren zich niet dat de omzet tegen de Kerstdagen ooit zoo slap is geweest als dit jaar. Daarbij hooge belastingen en dure levensmiddelen. In de Stads-spaarbank te Berlijn , waar in het 2de kwartaal van 1889 1 millioen mark minder werd opgevraagd dan ingébracht en het gunstig verschil in 1890 nog 390,000 mark bedroeg, is dit in 1891 tot slechts 40,000 mark gedaald en in de volgende kwartalen , waarvan de cijfers nog niet zijn bekend gemaakt, zullen zij zeker niet gun 172 stiger luiden. Het getal faillissementen is in de eerste elf maanden in Duitschland gestegen tot 6515, tegen 5354 in 1890 en gemiddeld 4938 van 1880 1890. In November alleen staakten 661 kantoren hunne betalingen. Ook de beursbelastingen toonen grooten achteruitgang. Het effectenzegel bracht tot December nog geen 4 millioen mark op, tegen 5.7 in 1890 en 9.7 in 1889. De be 172 lasting op den omzet daalde van ruim 13 millioen in de twee vorige jaren tot beneden de 11 millioen in 1891. Vooral in Novem 172 ber is de daling gevoelig geweest, als ge 172 volg van het wantrouwen door de bekende faillissementen van speculanten. Hoe dolzinnig het beurvspel gedreven wordt, bljjkt o. a. uit de vervolging van een be 172 diende bij een hypotheekverzekeringbank , die op een salaris van 1200 mark aange 172 steld, in 2$ jaar 380,000 mark zich bedrie- gelijk had toegeëigend , grootendeels tot dek 172 king van tijdaffaires, welke in dien korten tijd over de som van 20 millioen mark lie 172 pen. Een ander jonkman , die op 1 April 1889 een bankierszaak bad begonnen met 24000 mark geleend geld en 59000 mark van zijn compagnon, ging in Februari 1891 failliet, met een tekort van 227,000 mark, nadat hij in nog geen 2 jaar 43 millioen aan beursspel had omgezet en vele depositos had zoek gemaakt. Hij werd tot 6 jaar ge 172 vangenisstraf veroordeeld. 17 , i*ai3.1x.x»lJ lt. De Parijsche politie heeft eindelijk den pleger van den dubbelen moord op den Boule- Er ïen Feuilleton. i De vloed des levens. Vertelling uit het leven in Amerika. Naar het Duitsch van ER^ST OTTO HOPP. AP* JK’ had haar z j t<,ht van de borstwering lts 3ÜSI voor de feiten ÉSSe $mmrn Ciij zag omgang J a i ..aar een placht te bezoeken , over haar verder lot te beschikken ? Hart tegen hart en wil tegen wil! Zij was geen kind meer. Hier achtten allen den heer Wagener als een vlijtig , fat 172 soenlijk man , de predikant sprak in prijzende bewoordingen van hem , en hij had eene be 172 scheidens maar zekere betrekking, voor 't geval hij verder zijn plicht betrachtte. Zij haalde diep adem als wilde zij haar hart van alle folterende gedachten bevrijden , en zei met zachte, doch duidelijk hoorbare stem : „Ja, Fred, ik neem uw aan 172 zoek aan." Hunne lippen zochten en vonden elkaar, hij sloot haar juichend in zijne armen , ter 172 wijl hij herhaalde: Gertie mijn éénige, mijn alles ! Mijne lieve goede Gertie 1“ Zij maakte zich eindelijk van hem los. „Fred,“ zei zij, „laat ons nu een oogenblik verstandig spreken. Gij moogt je tegen de Rubberfords nog niet verraden , met geen gebaar, geene zinspeling; gij moogt ook niemand anders iets zeggen. Ik geloof dat Sussie en Lizzie boos zouden worden, daar eene van haar op een aanzoek van n rekent. Ik zou waarschijnlijk terstond hun huis moe 172 ten verlaten. Wij zullen geduldig wachten, totdat de zomer ton einde spoedt. Een paar dagen voor hun vertrek zal ik aan groot 172 vader schrijven, dat ik Newport niet meer verlaten wil, dat ik hier een te huis o- e . vonden heb." „Ja," voegde hij er bij en drukte haar op nieuw aan zijne borst, „een to huis en een hart. En op den zelfden dag zal ons een priester vereenigen. Uw grootvader moet voor eene daadzaak staan , wanneer hij hier verschijnt, anders verkrijgen wij zijne toe 172 stemming niet - zoo denk ik na alles wat ik van den ouden heer vernomen. En nu Iaat ons gaan, ik sla een voetpad links in, dat mij eerder naar beneden brengt, gij gaat langs den gewonen weg terug zij hebben ons niet gezien. Maar kom, er is haast bij 1“ De predikant was met het verhaal van zijn pelgrimstocht naar de heilige plaatsen vard du Temple in handen. De in hechte- ! nis genomen 2e luitenant Anastay een jonkman, die veel bij de barones Dellard en haren zoon aan huis kwam heeft bekend, dat hij de moordenaar is. Anastay verweerde zich wanhopig bij zijn gevangenneming. Delphine Houbre, do ernstig gewonde dienstbode der barones, herkende terstond in hem den moordenaar. Zij was als ver 172 stijfd van schrik , toen zij hem zag , en kon geen woord uitbrengen. De moordenaar had, om herkenning te voorkomen, zijn baard laten staan ; verscieidene getuigen herkenden hem daardoor niet, dan nadat hij geschoren was. De politie is door een anonymen brief uit Lyon, waar Anastay het laatst in garnizoen lag, op het spoor van den moordenaar ge 172 bracht, Hij is de zoon van onbemiddelde ouders en verteerde in zijn garnizoensplaats en ook te Parijsveel geld. Weldra zat hij dan ook zoo in de schulden, dat hij geen anderen uitweg wist dan zich op nonaetiviteit te doen stellen. Hij wilde tot eiken prijs geld heb 172 ben om zjjne schuldeischers, die steeds las 172 tiger werden , te voldoen , en kocht, zonder nog te weten wie hij vermoorden en bestelen zou, te Lyon twee messen. Te Parijs ge 172 komen , koos hij mevrouw Dellard tót zijn slachtoffer. Daar hij meende dat zij nog altijd in de rue des Filles-du Calvaire woonde, bezocht hij, om later een alibi te hebben , verscheidene personen in die buurt. Toen hij echter aan bet huis, waar de familie Dellard vroeger woonde , aanbelde , vernam hij dat zij naar den boulevard du Temple verhuisd was. Hij begaf zich onmiddellijk daarheen en pleegde den moord. Daarna begaf hij zich naar een water-closet, waar hij zich van eenige bloedvlekken reinigde en gebruikte zeer kalm het middagmaal bij eene dame, die hem daartoe 's morgens had uit- genoodigd. Deze is zelve aan een groot ge 172 vaar ontsnapt. Toen de moordenaar haar ’s morgens bezocht, vroeg hij naar de wijze waarop ze haar geld beheerde. Ze antwoordde, da 1 ; ze al ha»:- geld bij een bank gedeponeerd had en altijc slechts aes paar honderd francs in huis had. „Als iemand me komt ver 172 moorden, vindt hij dus niet veel geld 11 , voegde zij er lachend bij. In het begin werd de moordenaar altijd aangeduid als iemand, die een portefeuille onder den arm droeg. Het blijkt thans, dat Anastay geen portefeuille bij zich had. Ver 172 moedelijk is deze verkeerde voorstelling ont 172 staan door het feit dat bij eene misdaad te Neuilly , die de justitie juist bezighield , de daders „not gekleede liedeu waren met por 172 tefeuilles onder den arm," Men meende hier met een bende te doen te bobben. Volgens de Figaro verhaalt de herstelde dienstbode Delphine Houbre den op haar gepleegden aanslag aldus : „Toen ik thuis kwam had ik mijne bood- sokapmand en melkkan ia de keuken gezet. in het beloofde land klaar gekomen , toen mevrouw Itubberford vorschend rondkeek. „Mijn God," zei zij, „Gertie ! Waar is toch het meisje ? Ik heb een heel© poos in 't geheel niet op haar gelet. „Waar is zij ge 172 bleven ? Sussie en Lizzie ziet toch eens in ’t rond 1“ „Zij zal de rots opgeklauterd zijn ant 172 woordde de predikant, ,’t is eon mooi ge 172 zicht daar boven , ik zag juffrouw Gertie straks daar heengaan." Sussie en Lizzie begaven zich als twee speurhonden op weg Toen zij de plaats verlaten hadden, kwam mijnheer Wagener naar mevrouw itubberford toe, die natuurlijk dezelfde vraag naar hot uitblijven van Gertie tot hem richtte. Hij antwoordde bijna precies hetzelfde wat de predikant juist gezegd had; dat stelde mevrouw gerust. Inderdaad kwam Gertie na eenige minuten, door Sussie en Lizzie vergezeld, aan en vertelde heel onschuldig, hoe prachtig van de rotshoogte het gezicht op de stad en den oceaan was. Dat zij met sterk rood gekleurd gezicht aankwam, was heel natuurlijk en viel verder niet op, want het voetpad was op eenige plaatsen steil. Do picknick liep na do gebruikelijke vor 172 men af tot algemeen© tevredenheid. De da 172 mes Rubberford hadden voor zich oen rijtuig besteld , dat haar naar huis bracht. Mijnheer Wagener vergezelde haar tot aan den wagen en nam met gewone beleefdheid afscheid. Niemand had van het aan gevolgen rijke rendez-vous boven op do rots iets ge 172 merkt. In de stilte van hun kamertje zaten op den avond twee menschen , die aanhoudend aan elkander dachten en hunne gedachten heen en weer lieten gaan : Gertie Hopkins in de villa der Rubberfords en F red Wagener of Wagenaer in zijn schoolmens- tenthuis. Laatstgenoemde juichte luide ; hij had zijn spel gewonnen I De oude grootvader , pah ! die zou in ’t eerst wat mopperen, maar trerfcio was zijne eenige kleindochter } en ge- Ik trek mijne schoenen uit en ga op mijne pantoffels rustig naar de eetkamer , om , zoo- als altijd , daar de lamp aan te steken. Bin 172 nenkomende , zie ik een heer tegen het raam staan , met een zoo vreemd, verwilderd ge 172 zicht , dat ik denk : Wat is dat voor een vent, dien mevrouw ontvangen heeft ? En hardop zeg ik : Wat is er van mijn 172 heers dienst? Onraiddellijk vliegt hij op mij toe, Ik wil,... zei hij en zondereen woord meer pakt hij me bij den arm , drukt me vast en stoot me van achter een mes in den nek. Ik verweer me met de andere hand en zoo kreeg ik een snee in den vin 172 ger. Ik bleef me verweren en schreeuwen. Toen smijt hij me tegen den grond , den neus op den vloer, en beproeft me den nek door te zagen. Krak, krak, ging het. Maar gelukkig was mijn haar losgeraakt, ik had een gesteven kraag en bovendien een hals 172 doek om en dat was mijn behoud. Toen moet hij de kluts kwijt geraakt en gevlucht zijn. Maar ik deed het venster open en riep: Houd hem , het is een moordenaar, hij heeft me den hals doorgezaagd ! Men had hem zoo gemakkelijk kunnen vatten. Toen ik ze daar op de binnenplaats met hun drieën of vieren zag en ze hem lieten doorgaan , had ik wel kunnen stikken van kwaadheid. 6 Volgens een Lyonsch blad hebben reeds vroeger geneesheeren , die Anastay als oog- lijder onderzochten , voorspeld dat hij krank 172 zinnig zou worden. Nog wordt gemeld , dat hij voor den bur 172 gerlijken , niet voor den militairen rechter zal verschijnen. Zelf moet hij aan zijne be 172 wakers gezegd hebben: „Men guillotineert geen officier. 6 Bolglo. De Koning van België heeft den 600 arbeiders, die aan den wederopbouw van het slot te Laeken en aan de vergrooting van den wintertuin hebben gewerkt, een | schoon Kerstfeest bereid. Al deze lieden wa 172 ren den Sisten op het kasteel genoodigd. Een hofbeambte ontving hen in de oranjerie waar ieder hunner , naar gelang van verdiensten en ouderdom , een geschenk var 5 tot 20 fres. in geld bekwam. Daarna werd hun hier een onthaal verstrekt, In de aan de oranjerie grenzende, juist gereed gekomen eetzaal , waar den lüen Januari a. s. den afgevaardigen door den Koning een feestmaal zal worden aangeboden , werd een kijkje gegund en daarna om halfvier, in den wintertuin de komst des Konings verbeid. Koning Leopold verscheen met zijne gemalin en Prins Clémentine. Zij werden met gejuich begroet. Een uur lang vertoef 172 den de vorstelijke personen te midden van het werkvolk, waarmede zij tijdens den bouw reeds herhaaldelijk hadden kennis gemaakt. Toen het donker werd , straalde voor het eerst de wintertuin in een weelde van elec- trisch licht. Nadat de Koning en de Koningin met heel onterven kon hij haar toch niet. Met 172 tertijd zou dan de verzoening wel komen. Hij zag niets dan schitterende vooruitzich 172 ten , die hem nog in den droom toe 172 lachten ; wiet) behoorde dit marmeren paleis, deze prachtige equipage, die sche 172 pen , landerijen , handelshuizen ? Den rijken Fred Wagener, den erfgenaam van den ouden Hopkins. Hoeden af! Ja, die zat er volop in onder de rijksten werd zijn naam genoemd. Aan Gertie dacht hij minder een lief, goed ding. Gertie echter peinsde er over na, of zij wel goed had gehandeld. Was het de drang naar vrijheid , die haar in Wagoner's armen gevoerd had , of was het werkelijk de liefde? Wanneer zij maar eerst juist wist, wat liefde was ! Kan het ook een bedrog zijn of kan men ook over het gevoel der liefde niet mistasten ? Zij had tot nu toe in 't leven zoo alleen gestaan. De oude grootvader, wiens wereld- en menschenverachting met de jaren was toe 172 genomen , had haar op een eenzaam dorp in kloosterlijke afzondering laten opvoeden. Een 172 maal op een jaar bezocht hjj haar en zag hoe zij lichamelijk opwies; in zijn huis, naar Boston, mocht zij niet komen. Het gevolg van dit opsluitingstelsel bestond daarin , dat Gertie hem niet lief, maar vrees voor hem had. De oude heer met de sterk geteekende wenkbrauwen, het ijzergrauwe haar , en het versteende ijzeren gezicht, die naar goed 172 dunken en tyranniek over haar beschikte, alsof zij eene slavin was, die haar geen troostwoord gaf on geen blijk van liefde voor haar over had , aan hem gevoelde zij zich door geen band geketend. Zij was in alle maatschap 172 pelijke zaken hoogst onervaren en zoo on 172 schuldig als de stille , zoo uiterst zwijgende natuur, die haar omgeven had , waarin hare woonplaats lag. Ja , er was nog eene andere wereld behalve de eenzame en vervelende, waaraan het machtwoord van een tyrannieken ouden man haar had geketend. En nu had zij voor ’t eerst een jongen hunne dochter afscheid hadden genomen wer 172 den de kassen voor de Congo-flora bezocht en bij het heengaan , de werklieden nog verrast door eene gave voor de hunnen. Ieder kreeg eene flesch rooden wijn, zes aigareu en , als eene bijzondere attentie van de Koningin , een doos met bonbons. Zaterdag avond te 7 uur 50 min, is, door verkeerden wisselstand, de sneltrein van Brussel naar Parijs te Warquignies , tusschen Bergen en Quiévrain , op eene zwa 172 re rangeerlocomotiof met 12 beladen kolen 172 wagens gereden, waardoor een vreeselijke schok ontstond, zóódat geen enkel der rij 172 tuigen van den trein is ongedeerd gebleven. De beide locomotieven zijn als in elkaer geschoven , hot personeel van beide is ge 172 wond , zóó ook de hoofdconducteur van den trein , die in den goederenwagen achter den tender gezeten, slechts mot moeite uit de verbrijzelde wagens verlost kon worden. Licht gewond zijn nog een conducteur en 4 of 5 reizigers. Gelukkig waren er slechts een 20tal reizigers in den trein, die allen in de rijtuigen in het midden gezeten waren, welke het minst hebben geleden. nxislaxicl. Het uitdrijven van Joden begint in Rus 172 land weder met nieuwe hevigheid. Door den gouverneur-generaal te Moskou wordt aan de daar gebleven Joden geweigerd hun verblijfpas te verlengen. In de gouverne 172 menten Wilna en Kiew worden zij streng uit de dorpen verwijderd, en in Bessarabië en Podolië worden zij, op grond van daar bestaande verordeningen, verjaagd uit alle plaatsen welke minder dan vijftig wersten van de rijksgrenzen liggen. Door deze maat 172 regelen worden weder tienduizende ongeluk- kigen op straat gezet. Binnenland, Donderdagavond te kwart voor vijven is ten Hove het Kerstfeest ingewijd. In de I Witte danszaal waren niet minder dan 7 ! kerstboomen geplaatst, alle schitterend ver 172 licht en behangen met kostbare geschenken. II. M. de Koningin-Regentes liet deze Kerstfeestviering houden voor H. M. de Ko 172 ningin , voor alle dames van het Huis Harer Majesteiten , voor de hoeren der Hofhouding en voor de kinderen van de leden dor Hof 172 houding , die allen fraaie Kerstgeschenken ontvingen. Het feest van den Kerstboom was te 8 uur afgeloopen. In den nevensalon nam de Koningin aan kinderspelen deel. H. M. de Koningin-Regentes begaf zich Vrijdagnamiddag tegen 2 uur met H. M. de Koningin naar den vijver achter het Huis ten Bosch, alwaar Koningin Wilhelmina zich geruimen tijd met schaatsenrijden vermaakte. De jonge vorstin reed over de spiegel 172 gladde ijsbaan op een paar Friesche schaats* man loeren kennen, die naar hare gunst dong. Zij had geene vrouw moeten zijn , om niet te merken , dat hij haar geheel anders aan 172 keek , dan de beide Rubberfords. Daarbij was hij meer man van de wereld, buigzamer dan de plompe farmerszoon of de ruwe krui 172 denier in het dorp, de eenigen die zij op haar levensweg sedert hare kindsheid ont 172 moet had. Waarom moest zij als eene ge 172 vangene in haren dorpskerker leven , terwijl haar grootvader een prachtig huis met mar 172 meren trappen bezat, wat had zij misdaan , dat men haar zoo angstig ver van de wereld hield? Zij had het op zekeren dag, voor een jaar of wat, gewaagd, tegenover haren grootvader haar hart een klein weinig uit te storten. „Kind 1" zei de oude man, en er gleed een levendige glimlach over zijn gezicht. „Kind ! Gij weet niet waarom gij vraagt! De vloed des levens in de groote stad trekt je aan ! Ja , die vloed des levens heeft je vader verzwolgen en reeds zoo velen weg 172 gesleept gij ziet slechts de eene zijde den bedriegelijk lachenden schijn : aan de an 172 dere niets dan ellende. En de ellende kleeft niet alleen op hen, die niets bezitten en jammerlijk arm zijn , zij heeft ook diegenen aangegrepen , die in koetsen voortrijden en pronkerige huizen bewonen. Maar dat gelooft niemand totdat hij midden in den vloed staat en te vergeefs om hulp roept. Blijf nog maar oen poosje in de eenzaamheid , waar gij niets van die plaag bespeurt. 6 Hij had zich omgekeerd en zag met eene verstandige uitdrukking in de harde trekken naar buiten op de groene boschaadjes. Toen nam hij haastig afscheid en zij werd weder aan hare eenzaamheid overgelaten. Het bloeiende jonge leven kon de zonderlinge oude man niet begrijpen , het waren te sterke tegenstellingen. O , wanneer zij nog eene moeder gehad had 1 Onder zulke gedachten overmande Gertie nu eindelijk de slaap. (Wordt vervolgd.)