Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18941212-001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
i Zeep len Uil s Toiletzeep, maakt >lank en staat onder r. v. HAMEL ROOS iVz. O et. per stuk bij J. F. KIJLiB. „het Klaverblad,” Hem. u-lijke Hoest HucUlioest. mding van het ge- cere hulp door den bij deze kinderziek- 'vonden een echt verkrijgbaar :Cons van fl, 2. m geele, flacons van die van roode aeons van 65 cent, pan witte capsulen 'op nevenstaand fa- 1 bij Cr. W. Caron ; tede bjj W. Dubois; J. Beijer; te Zalt- van der Vegte; te de Waal; te Culen- isen; te Geldermalsen )orn: te Leeuwen bij Tricht bij de Wed. 1894. Een en Vijftigste Jaargang. 3976. T "XTOOZR IDE ST^x.E EKT ETEI? AbonnBmeiits-prijs: Per jaar f ‘2.60. Franco per post ... - 3.—. Advertenti'ën: Van één tot zes regels 60 Cents. Voor eiken regel meer 10 Cents. Woensdag-12 December. De Uitgave: geschiedt ellcen Dinsdag 172 en Yrijdag-Avond. Verkrijgbaar: bij den TJitgevcr; bij alle Boekhandelaren en Postkantoren in dit Rijk. Buitenland. ZD-u-lts clila,n. d.. De correspondent van het Handelsblad seint wat de Duitsche keizer tot den presi 172 dent van den Rijksdag gezegd heeft over de ergerlijke demonstratie der sociaal-democra- ten in de eerste zitting. Z. M. beschouwde deze demonstratie niet als tegen zijn persoon gericht, maar wel tegen * op 172 hot het keizerschap en den Rijksdag. „Dit kwaliteit NWIJN IMK te Beusichem. its. per flesch flt. per flesch. esschei] franco naaste hen worden berekend k of kunnen franco i. r bij II. van den Hen Trigt Fz. Buren. (12—52) » * e joekhandel ?AN I LOON tlJ GBAAR 1895. t Postiljon. Iljntegen. 8 o. i.ij:) o. KDAilS : nar co 11 u. 9 en 2.30 uur. i Agent A. J. 1ZAK8 I rij z e n. Dcc. Tarwe op art 1895 f137 , leve- 136 veinig veranderd; Maart i; Mei 1895 flöl, 102, ld. kralen f-.— a —, 1.25, Hillegommer zand ache titoelematters f-, of zaaiers f2.— a , Jammen f3.— a 4.—, 3.20, Pruisische Ham dito roode f 2.35 a 2.50, - a 3.50. en. Handel willig. )ec. Moutwijn f 5.50, i. proef f 11.—. 5. Ter veemarkt zijn en 100. Schapen en ilveren 15. Varkens i 4.4, Schapen en Lam- alveren 3.4 a 5.2, Var' ;r rivier de Wa»*- al in de Haven te ?. 11 9 6 d. Scheepvaart: , t water langs de s a Dec. 3.24 3.16 3.10 M. A.P- treden der sociaal-democrateii maakte aannemen van het Umsturzontwerp noodzake 172 lijk 11 , zeide hij. De socialisten hebben al het mogelijke gedaan tot bevordering van dit antirevolu 172 tionaire wetsvoorstel. Zij achten het waar 172 schijnlijk dat het nu aangenomen zal worden, al is het terecht weinig populair en nl veroor- deelen de meeste dagbladen het ook scherp. De regeering krijgt, als het aangenomen wordt, beschikking over een geducht wapen. Er kunnen heel wat staatkundige ketters als misdadigers behandeld worden, indien de Staat hen vervolgen wil. Of dit wijs is, betwijfelen wij zeer. Vervolging maakt velen eensgezind, die weldra als honden en katten samen gaan vechten als men hen vrij laat. Dan gaan ze onder den kreet gelijkheid en broederschap elkander te lijf, wat beter is dan dat de Staat het doet. De weerzinwekkende betooging der sociaal 172 democraten tegen den Keizer het sym 172 bool en de samenbindende kracht van het vereende rijk heeft in Dnitschland grooie verbittering gewekt. De Kölnisehe Zeitung wil dat dadelijk een wetsvoorstel worde in 172 gediend, hetwelk den Rijksdag de macht geeft zulke betoogingen te onderdrukken en te straffen. Voor de jury te Borlijn stond Zaterdag jl. terecht de metselaar Th'iede, beschuldigd van den moord op eene pleegzuster, die in de maand April jl. ook buiten Berlijn zoo groot opzien baarde. Hij ontkende die daad gepleegd te hebben, maar hij bekende zich schuldig aan den even na dien moord en in do nabijheid daarvan gepleogdeu oneer 172 baren aanval op eene werkvrouw. Behalve voor die twee misdrijven stond hij nog terecht wegens een diefstal, eene valsehheid in ge 172 schriften en eene mishandeling. De zaak is grootendeela met- gesloten deu 172 ren behandeld en geëindigd met 's mans ver- oordeeling tot acht jaren tuchthuis. Het bestuur van den Landbouwersbond heeft een wetsontwerp doon opmaken , het 172 welk in plaats van het bekende vooratel- Kanitz bij den Rijksdag zal worden inge 172 diend. Het bevat de volgende bepalingen: le. De in- en verkoop van buitenlandsche granen en meelfabrikaten , bestemd ten ver- bruike binnen liet Duitsche Tolgebied, ge 172 schiedt uitsluitend voor rekening des rijks. 2e. Do verkoopprijzen voor het graan wor 172 den vastgesteld naar de gemiddelde prijzen der laatste 40 jaren onder geëvonredigde bijpassing voor de verschillende duurder pro- duceerende gedeelten des rijks. De prijzen der meelfabrikaten worden geregeld naar de werkelijke hoeveelheid uit graan verkregen meel. 3e. Het rijk Iaat minstens gedeel- Feuilleton. te vau het gemiddelde der in de laatste tien jaren ingevoerde granen opslaan in depóts. Buitendien wordt de regeering gemachtigd , voor bijzondere behoeften (misgewas, oor 172 logstijd , enz.) buitengewone voorraden op te doen. 4e. Meelfabrikaten worden niet in rijksdépöts opgenomen. 5e. Uit de jaarlijks verkregen overschotten van den invoer van rijksgraan wordt een naar de tegenwoordige tolbepalingen en feitelijken invoer berekend bedrag in 's rijks kas gestort, voorts een reservefonds gevormd binnen een wettelijk aangegeven bedrag , ten einde het voor het rijk mogelijk te maken, in jaren van hooge buitenlandsche prijzen het buitenlandsche graan aan de verbruikers af te leveren voor den hierboven in sub no. 2 vermelden prijs. De renten van het fonds vloeien in ’s rijks kas. De beschikking over het dan nog over 172 blijvende saldo blijft aan eeno bijzondere wet voorbehouden. 6e. Voor het geval dat bui 172 tenlandsche prijzen in wanverhouding staan met de hierboven onder no. 2 vermelde ge 172 middelde prijzen, wordt de Bondsraad ge 172 machtigd , oen verbod op den uitvoer van graan en meelfabrikaten uit te vaardigen. Do „groote Franschman de man , wiens naam onafscheidelijk is verbonden aan een der grootscho werken van deze eeuw : het Suez-kanaal, maar voor wien het Pannrna- kanaal zulk eene groote vernedering ople 172 verde, Ferdinand de Lesseps, is Vrijdag overleden. Ferdinand de Lesseps werd den 19 Nov. 1805 te Versailles geboren. Hij opende zijn loopbaan als attaché bij het Fransche consu 172 laat te Lissabon in 1825. Ka twee jaroti daar vertoefd te hebben, keerde hij naar Parijs terug , waar hij geplaatst werd bij de handelsafdeeling van het ministerie van Bui 172 tenlandsche Zaken. In 1828 werd hij be 172 noemd tot attache bij het consulaat te Tunis en in 1833 werd hij bevorderd tot consul te Kaïro, Daar bleef bij tot 1838. Later ver 172 toefde de Lesseps als Fransch consul e enige jaren te Rotterdam, te Malaga en te Bar 172 celona , totdat hij in 1848 tot vertegenwoor 172 diger der Frausche republiek te Madrid werd aangesteld. In 1849 werd de Lesseps met eene bij 172 zondere opdracht naar Rome gezonden. Het doel dezer zending was vriendschappelijke betrekkingen aan te knoopen met de voor- loopige regeering, welke te Rome was ge 172 vestigd. Deze poging mislukte echter vol 172 komen. De Lesseps nam toen zijn ontslag uit den staatsdienst en begaf zich in 1854 naar Kaïro, waar hij het plan tot doorgra 172 ving van de landengte van Suez ontwierp. Een eigenaardige Parijsche straatin- dustrie wordt met den ondergang bedreigd door eene gerechtehjko beslissing. Een aan 172 tal personen verdienden tot dusver hun brood met het opzamelen van restjes van sigaren, die op straat waren weggeworpen. Deze werden dan gesorteerd, de cigaretten uit elkander gehaald en zoo aan de armo lie 172 den, die zich niet de weelde van oenverseh rookertje konden veroorloven, verkocht. Er bestond een volledige beurs waar deze han 172 del werd gedreven en waar vele koopers en verkoopers op straat te zamen kwa 172 men. Niet weinig verbaasd was dan ook een dezer „tabakshandelaars" toen hij bij het verkoopen van een peperhuisje met fijn ge- hakten sigaarafval werd bekeurd door een politieagent. Voor den rechter verklaarde de man niet beter te weten of zijn handel, dien hij reeds vijftig jaar dreef, was geoor 172 loofd. De rechtbank oordeelde echter anders en veroordeelde den handelaar verzach 172 tende omstandigheden in aanmerking nemen 172 de tot betaling van 100 fr. boete. Het schijnt dat de vervolging van het bedrijf minder het gevolg is van het staatsmonopo 172 lie van den tabaksverkoop, dan van de be 172 moeiingen der Académie des Medicines, die herhaaldelijk gewezen heeft op het nadeel voor de gezondheid aan het kanwen van sigarenoverblijfselen verbonden. Italië. Een correspondentie der Italiaansche Tri 172 bune deelt zonderlinge dingen mede over de misdaden, aanrandingen enz. op Sardinië, die, volgens den schrijver er van, daar te lande aan de orde van den dag zijn. Een groot aantal booswichten zijn ond-mi- litairen, ja zelfs soldaten met verlof; verder levert de bevolking van sommige dorpjes , van Griekschen oorsprong een belangrijk con 172 tingent. De voorouders dier Grieken oefen 172 den , naar het schijnt, reeds hetzelfde werk uit aan de oevers van den Tiber. Geregeld antwoordt men dengene, die vraagt hoe deze of die rijke man aan zijn geld gekomen is: Door roof. Van de toestanden op Sardinië , verhaalt de correspondent de twee volgende anecdoten: „Een jong en schrander onder-prefect werd onlangs door de centrale administratie naar een in kwaden reuk staand district gezonden om er een weinig orde te brengen. Onder meer werd hem opgedragen een lijst samen te stellen van personen, te zonden naar „domiciilio coatto", gedwongen verblijfplaats. Na onderzoek antwoordde de onderprefect: „Om mijn plicht nauwgezet te vervullen, zou ik moeten beginnen met aan het hoofd van de lijst te plaatsen den Afgevaardigde X!“ De volgende anecdote is nog kenschetsen- dcr. Een diefstal met gewapender hand, de traditioneele grassazione, was onlangs ten nadeele van een rijk grondeigenaar begaan. Al diens zilverwerk werd medegenomen en onderzoekingen bleven vruchteloos. Eenigen tijd daarna gaf een ander rijk grondbezitter een feestmaal waarop ook de onder-prefect genoodigd was. De tafel was rijkelijk bela 172 den met zilveren schotels enz. en werktuige 172 lijk onderzocht de ambtenaar zijn bord van meer nabij. Hoe groot was nu zijne verba 172 zing , toen hij ontdekte, dat het zilveren ser 172 vies , dat nu de initialen droeg van zijn gastheer, hetzelfde was, dat diens buurman, den anderen grondbezitter , was ontstolen ! Te Rome is Zaterdag bericht ontvan 172 gen, dat opnieuw op Sardinië een rooverij op groote schaal is gepleegd. Ditmaal is het stadje Sans Perato door een bende van twaalf bandieten overvallen. Drie hunner drongen het huis van zekeren Lussu binnen en terwijl dezen hier alles wat waarde had bijeenzochten, vielen de overige movers an- dere huizen aan, voortdurend van hunne ge 172 weren gebruik makende. Enkele onvervaarde burgers begonnen echter hun geweervuur te beantwoorden, waardoor de bende ten slotte genoodzaakt was, zij het dan ook met een grooten buit, den aftocht te blazen. Ölxina, exx Tstpan. De overwinningen van Japan zijn te Tokio met groote geestdrift gevierd. 151 bij Port-Arthur gewonde Japanners zijn te Hirosima aangekomen. Het eerste legerkorps zou tot Koeranten opgerukt zijn en weldra Poetsjau aanvallen. De tweede armee zal binnenkort op Peking lostrekken, De Japansche regeering onder 172 handelt over de aanwerving van 8000 dra 172 gers ten dienste van het leger. Uit Port Arthur komt de bevestiging van het plegen der wreedheden, waaraan echter niet de Japansche soldaten naar hunne be 172 schonken koelies, die de Chineescke tappe 172 rijen geplunderd hadden, zich schuldig maak 172 ten. Maarschalk Ojama stelde, naar aan 172 leiding van een dringend bevel zijner re 172 geering, een gestreng onderzoek in; ettelij 172 ke koelies werden gearresteerd. Uit Seoel wordt gemeld, dat de Japansche gezant het paleis des Konings bezocht, waar hij den Koning met zijne ministers bijeen vond. De gezant drong op een gesprek met den Koning alleen aan, waarin hij voor de 172 zen zijne klachten en wenschen scherp for 172 muleerde. De Koning beloofde beterschap. Den volgenden dag kwamen de ministers den Japanschen gezant bezoeken, waarbij zij schuld erkenden, vergiffenis verzochten en mede beterschap beloofden. De gezant ver 172 klaarde hierin te berusten, waarmede het incident is afgeloopen en de goede betrek 172 kingen tusschen Japan en het Koreaausche Hof hersteld zijn. Kaar de Times uit Sjanghai verneemt, doet de nieuwe onderkoning van Nanking de tegenwoordige ambtenaren voor anderen de plaats ruimen en versterkt hij de rivier; hij schijnt dezen winter eenen aanval der Japan 172 ners te verwachten. De moorden in Armenie. De correspondent van de Daily News te Konstantinopel seint, dat een priester uit berichten uit Van heeft opgemaakt, dat het aantal slachtoffers 2000 is en de geregelde troepen de moordenaars zijn. In enkele van hare artikelen over de on 172 geregeldheden geeft de Voss. Ztg. een soort dagboek over de gebeurtenissen. Wij ver 172 melden daaruit het volgende gedeelte : „22 Aug. Andakh wordt weder belegerd. De bewoners van Geli, Ischehadzer on Schmal vertrekken naar Frei-Khar. Grgo met zijne aanhangers versterkte zijne stelling en ver 172 dedigde die heldhaftig zes dagen lang, vech 172 tende met sabels en steenen. In de plaats van de mannen treden vrouwen ; tot woede gedreven in den strijd. Daar de stelling on 172 houdbaar wordt, besluit Grgo de verdediging van Andakh aan de vrouwen over te laten en gaat met zijn troepen voedsel en ammu 172 nitie zoeken. „23 Aug. De vrouwen verdedigden hare stelling 24 uur tegen de belegeraars, doch moesten ten slotte voor het grootere aantal wijken. Nauwelijks verlieten zij het kamp, toen zij bemerkten , dat zij aan alle zijden waren ingesloten, Haar toestand was ver 172 schrikkelijk ; velen droegen bare zuigelingen op den rug , terwijl de oudere kinderen met hunne moeders in het gevecht stonden. De vrouw van Grgo klom op een rots en riep: „Zusters, ge hebt te kiezen tusschen twee dingen. Of ge zult in handen der Turken vallen en echtgenooten , tehuis en den hei 172 ligen godsdienst vergetende, den Mohamme- daauschen godsdienst moeten omhelzen en onteerd worden, of ge zult mijn voorbeeld moeten volgen." Bij deze woorden sprong zij , met haar zuigeling in de armen , van de rots in een afgrond. Haar voorbeeld werd gevolgd door alle vrouwen en de kin 172 deren volgden als lammeren het voorbeeld der moeders. Spoedig was de bodem van het ravijn zoover met lijken bedekt, dat de laatste vrouwen ongedeerd neerkwamen. De vijand werd met afgrijzen vervuld bij dit schouwspel. Ongeveer vijftig vrouwen wer 172 den gevangen genomen , terwijl een honderd 172 tal kinderen hetzelfde lot ondergingen. De vrouwen verdroegen de grootste folteringen, doch wilden Grgo en zijn dapperen niet ver 172 raden. De heldin die het eerst van de rots sprong, heette Sehakhe, haar naam ver 172 dient in geheel Europa bekend te worden." Deze berichten komen uit Armenische bron. Een vast karakter. ui. 8). zoolang we eergisteren laat ik het je gauw vertellen nog alleen zijn: ik heb haar gezien. Mijne nieuwsgierigheid was groot. Ik moest met eigen oogeu het wonderschepsel aanschouwen, dat mijn anders zoo verstandigon zoon het hoofd heelomaai ' op hol heeft gebracht." De beide dames zaten naast elkaar op de canapé, de oude rechts, de jonge links, dicht bijeen in een vertrouwelijk en interessant gesprek. Beider wangen waren hoogrood gekleurd. De oude dame hield de hand der jonge vast en drukte van tijd tot tijd de kleine ronde vingers. Deze lagen slap en moedeloos in de hand der oude vrouw, De dames hadden juist koffie gedronken; de kopjes en een half brood stonden nog op de eenvoudig gedekte tafel. Het vertrek was gezellig, maar eenigszins ouderwetsch gemeu- belcerd; mevrouw Buchberg hield niet van al die nieuworwetsche, licht breekbare „tie 172 relantijntjes." Zij vond dat men op die nieuworwetsche stoelen en sofa’s ongemak 172 kelijk zat. Op haar breede , mot een anti- makasaer voorziene canapé, kon men in 172 derdaad een gemakkelijk plaatsje vinden. Elke stoel on elke tafel in het vertrek was versierd met een haakwerkje en overigens wemelde het als het ware van niet altijd smaakvolle, moeite en geduld in rijke mate vorderende handwerkjes. „U heeft haar alzoo gezien, tante," her 172 haalde het jonge rooisje aan de zijde van mevrouw Buchberg met zachte, treurige stem. Zij was van verre aan de oude dame ver 172 want en noemdo haar daarom tante. Mevrouw Buchberg speelde zoowat moeder over het jonge, reeds lang moederlooze meisje, niet zoozeer omdat Anna van de familie, als wel wijl zij van goede afkomst en rijk was. Al 172 thans de oude dame had verscheidene verwan 172 ten die haar nader stonden, waartegen zij echter heel koel en vreemd was, en deze waren haast allen arme duivels. Geld heeft, j paarlen. Dat zijn echter nevenzaken. Over nooit had ik hem geloofd. Een bruid zoekt jij dat mooi P Ik niet. Maar daarover valt niet te twisten , de smaken zgn in dat op- men toch gewoonlijk in den huiselijken kring zicht zeer verschillend. Zij heeft zeer mooie aan de zijde eener zorgzame moeder; daar oogen groote, prachtvolle donkere oogen vindt men de meisjes, welke geschikt zijn dat moet ik zeggen. Zij weet dat zelve ook voor goede huisvrouwen. Waar echter heeft heel goed. Ge moest maar eens zien hoe zg de oogen wijd opent en iemand strak en uit 172 dagend aankijkt, alsof zij wilde zeggen : „heb ik geen mooie oogen ?“ „Heeft zij ook mooie tanden ?“ vorschte Anua met zachter en moedeloozer stem verder. „Ja, Wit en regelmatig als een snoer naar het schijnt, ook een zekeren invloed op de meerdere warmte waarmee familiebetrek 172 kingen worden aangehouden; bij mevrouw Buchberg was dit boslist het geval. Zij dweepte met hare kleine nicht Anua, Deze was een recht hupsch, jong schepseltje, blond, gezet met een flinke kleur, wel wat onbe 172 duidende gelaatstrekken en oogen zonder uit 172 drukking. Doch over het geheel maakte Anna met haar blond haar , de volle gestalte en de kleurige wangen den iudruk van een lief meisje. Jammer dat ze leehjke tanden, een ietwat breeden mond en een onaangename stem had. Als zij sprak ot lachte was zy lang niet zoo aardig om te zien als wanneer zij zweeg. „Wist zij, dat u het was, tante?" vroeg zij na oen oogenblik van stilte. „Zij vermoedde er natuurlijk niets van," antwoordde mevrouw Buchberg, „Ik kwam voor hei loket en daar zij juist anderen hielp en mij moest laten wachten, had ik volop gelegenheid haar eens goed op te nemen. Mooi is zij niet, tenminste in mijn oog niet; mager, hoekig en een bruine huid, vind ’t algemeen maakte zij een ongunstige» in 172 druk op mij, minder door haar uiterhjk dan door de manier waarop zij zich voordeed. Er is iets beslists, iets zelfstandigs, iets vlugs in haar manier om met de menschee om te springen; zij neemt de menschee de brieven uit de hand, schrijft vlug de ontvangstbe 172 wijzen , zegt: zooveel is het, kortom daar is bij haar geen denken aan schuchterheid of meisjesachtige bedeesdheid en bescheidenheid. Zij ia flink voor haar vak en dat haar werk vlug en goed, edoch dat zekere, die zelfbe 172 wustheid, die zij over zich heeft, bevalt me niet en nu vraag ik je, Anna, is zoo’n ge 172 ëmancipeerd meisje de rechte vrouw voor mijn zoon ? O, ik wou dat al de geëmanci- peerdeu Met een beteekenisvol gebaar hield zij op. „Is het dan inderdaad zoover dat..., u een huwelijk waarschijnlijk acht, tante?" vroeg Anna met merkbaar bevende stem. „Ik vrees, kind, ik vrees. Hij heeft haar aan het loket lecren kennen. Als iemand mij voorspeld had dat mijn zoon zich een bruid van achter een postloket zou kiezen j een vrouw, zooals zij, gelegenheid de huis 172 houdelijke bezigheden te leeren en zich te oefenen in naaien, breien, mazen, stoppen, strijken en koken P Ik verwed er iets onder dat zij van al deze dingen niet meer verstand keelt dan een man, en mijn zoon wil zulk een meisje huwen! Ik zeg dit niet uit bere 172 kening ; integendeel, een net opgevoed, hui 172 selijk meisje zal mij als schoondochter altijd welkom zijn, al bezit zij geen cent. Maar zulk een geëmancipeerde, die daarbij zoo arm is als Job, neen ! daarin kan ik onmogelijk treden." „Neef Albert had overal kunnen aauklop- pen," sprak Anna, haar kleur eenigszins verbergende door voorover te gaan zitten. „Een gezeten koopman als hij, met goeden naam en uit den netten burgerstand, zou nergens een blauwtje loopen. Hij behoefde slechts te kiezen: ieder welopgevoed, fatsoen 172 lijk en rijk jong meisje zou zich gelukkig rekenen als op haar de keus ware gevallen. Waartoe zich dus te verslingeren aan „eene, die als een man deu ganschen dag buitenshuis vertoeft en noch iets is noch iets bezit!" „Dat zeg ik ook. Ik weet wel wie mij zou hebben aangestaan" zij streelde de gloeiende wangen van het meisje „en wanneer de kinderen zich nog door hunne ouders lieten raden, zou ik zonder moeite de hem passende bruid hebben gevonden. Even 172 wel, mijn Albert is overigens een brave zoon ; juist in dit geval toont hij dat hij ook stijf- L1811 BOK. Tan den Gouverneur-Generaal van Ned.- Indië is onder dagteekeniug van 7 Dec. bij het Departement vau Koloniën ontvangen het volgend telegram, betreffende den gang van zaken op het eiland Lombok : „Voornaamste Sasaksche hoofden door ge 172 neraal Vetter opgeroepen; sommigen, waar 172 onder Goeroe Bangkol, reeds gekomen ; de anderen in aantocht. Da toe Pangeran (zoon van Anak Agoeng K’toet), die Goeroe Bang 172 kol vergezelde, gaat 9 dezer naar Batavia. Eergisteren bezocht colonne Bangkol. Al 172 les rustig." Aan het Handelsblad wordt geseind: Batavia, 8 Dec. Do troepen op Lombok ! keoren deze maand terug. Generaal Vetter ' heeft voorgesteld, dat twee bataljons infan 172 terie, twee batterijen en een sectie genie er zuilen blijven. Alles is thans rustig. De bevolking toont een verzoenenden geest en is verstoord op den radja en zijn raadgevers. De laatste berichten toonen dat in de mili 172 taire operation een, naar te hopen is, blijvend tijdperk van rust is ingetreden. Een deel der troepen vertrekt en voor de aehterbljj- venden wordt in Mataram, dus in de hoofd 172 stad der overwonnen Baliërs, een sterkte gebouwd. Van verzet is niets meer geble 172 ken ; de bevolking ziet in, dat de vorst en de hoofden der Baliërs geheel verkeerd heb 172 ben gehandeld. Thans is de tijd gekomen voor do regeling van het bestuur. Daartoe zeker heeft de opperbevelhebber de voornaamste hoofden der Basaks tot zich geroepen In de Aantee- keningen betreffende Lombok vinden wij als de voornaamste hoofden der Basaks genoemd : Mami Moestiadji van Koepang, Baden Rat- hoofdig zijn kan. Hij heeft me niet met rust gelaten voordat ik hem beloofd had, die lui een bezoek te zullen brengen, ’t Is intusschen misschien wel goed er eens heen te gaan ; nergens leert men de menschen beter kennen dan in bun huis. Mij zullen ze geen rad voor de oogen draaien. Zij zullen wel hun best doen mij in te nemen, zooals ze den armen jongen begoocheld hebben; maar ik ben geen door verliefdheid verblinde man. Ik heb gezonde, helderziende oogen in het hoofd en ik zal ze juist in hun ware karak ter zien, die sluwe moeder en die nog slu 172 were dochter." „O, tante, ik vrees zeer dat het niets hel 172 pen zal, al bevallen moeder en dochter u niet. Neef Albert is nn eenmaal verliefd—“ zij bleef een oogenblik steken alsof het woord verliefd haar in een onbedachtzaam oogen 172 blik ontsnapt was. „En dan zal hij haar wel huwen," voltooide zij den zin. „Zoover is het nog niet. En zoolang ik hem niet voor het altaar zie staan, geef ik de hoop niet op hem tot andere gedachten te brengen. Nu ken ik haar nog niet, zoodat ik niets er van zeggen kan. Heb ik haar eerst leeren kennen en verschillende slechte eigenschappen in haar ontdekt, dan kan ik tenminste meepraten en probeeren hem de oogen te openen. Maar stil, ik hoor mijn zoon. Wij zullen nu met ons beiden gaan en ge moogi, als het je niet te lang naar je zin duurt, hier op mij wachten, dan komt ge meteen ongemerkt te weten hoe deze eerste ontmoeting afgeloopen is." {Wordt vervolgd.) )ON TieL