Tekstweergave van nieuwe_tielsche_courant-18980101-001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
1898.
Vijf
en
Vijftigste
Jaargang.
4293.
Abonnements-prijs
:
Per
jaar
f
2.GO.
Franco
per
post
...
-
3.—
Advertentiën
:
Tan
één
tot
zes
regels
RO
Cents.
Voor
eiken
regel
meer
10
Cents.
Zaterdag
1
Januari.
De
Uitgave:
geschiedt
eiken
Dinsdag
172
en
Vrijdag-Avond.
Verkrijgbaar;
bij
den
Uitgever;
bij
allo
Boekhandelaren
en
postkantoren
in
dit
Rijk,
Eerste
Blad.
Buitenland.
Eizgeland.
Een
gedeelte
van
Sir
W.
Lockhart’s
leger
ie
het
Baaar-dai
doorgetrokken.
China,
een
versterkt
dorp
in
dat
dal
,
is
geslecht.
De
tegenstand
,
dien
men
ontmoette,
was
ge
172
ring
;
toch
leden
de
Britsch-Iudiërs
weer
verliezen
aan
dooden
en
gewonden.
Na
de
tuchtiging
van
de
Zakka-khels
in
het
Bazar-
dal,
heeft
het
Engelsehe
leger
zich
in
den
Khaiber-pas
samengetrokken.
Nu
eerst,
seint
Reuter’s
correspondent
uit
Peshawur,
is
het
actieve
gedeelte
van
den
veldtocht
ten
einde.
Alle
dalen
van
de
Afridi’s
en
Orakzai's
zijn
bezocht
en
overal,
waar
tegenstand
geboden
is,
zijn
de
versterkte
plaatsen
geslecht.
De
verliezen
van
den
vijand
—
zoo
heet
het
verder
—
zijn
veel
aan
zienlijker
geweest
dan
men
aanvankelijk
dacht.
Het
telegram
ein
172
digt
met
de
mededeeüng:
„Generaal
Lord
Methuen
heeft
den
troep
verlaten
1
.
Zon
dit
de
eerste
mislukte
officier
zijn
die
van
den
opperbevelhebber
zijn
congé
krijgt?
Minder
gunstig
dan
Reuter
denkt
de
oor
172
logscorrespondent
van
de
Daily
News
over
het
beloop
van
den
veldtocht.
Hij
meent,
dat
althans
in
hot
begin
de
vijanden
wei
172
nig
verliezen
leden,
terwijl
aan
Engel-
sche
zijde
de
dooden
en
gewonden
in
menigte
vielen.
Dit
wordt
verklaard
door
de
wijze
van
vechten
der
Afridi’s.
Van
alle
terreinverhoogingen
maakten
zij
gebruik
om
zich
te
dekken
en,
onzichtbaar
achter
rotsen,
schoten
zij
van
verre
met
zeker
schot.
Dan
hadden
zij
de
gewoonte
’s
nachts
in
het
kamp
te
schieten,
na
overdag
de
tenten
goed
in
het
vizier
te
hebben
genomen.
Hot
terug
172
schieten
in
de
duisternis
richtte
natuurlijk
weinig
uit.
De
konvooien
hadden
het
vooral
erg
te
verduren
en
een
rijken
buit
aan
last
172
dieren
,
geld
en
patronen
hebben
de
Afridi’s
aldus
vergaard.
Later,
in
het
Bara-dal,
toen
de
vijand
herhaaldelijk
een
achterhoede
trachtte
af
te
snijden
en
in
de
pan
te
hak
172
ken
,
leed
hij
zelf,
met
het
zwaard
op
de
gelederen
der
Britsch-Indiërs
instormend,
gevoelige
verliezen.
Herhaaldelijk
is
in
de
Eogelscbe
Maden
nagegaan,
hoe
do
bergstammen
aan
hun
grooto
hoeveelheid
geweren
van
het
nieuwste
model
en
aan
patronen
kwamen.
Blijkbaar
op
verschillende
manieren.
Vooreerst
werden
■
er
geweren
en
munitie,
uit
Birmingham
af
172
komstig,
over
de
grenzen
gesmokkeld
of
hun
over
Perzië
en
Afgauistan
in
handen
ge
172
speeld.
Dan
worden
er,
sedert
lang,
onop
172
houdelijk
geweren
uit
de
magazijnen
en
ka
172
zernes
gestolen,
waarbij
de
Engelsche
soldaat
zelf,
op
den
hoogen
prijs,
dien
detusschen-
personen
boden
,
belust,
niet
zelden
meehielp.
Ook
zijn
die
onbeschaafde
bergbewoners
meesters
gebleken
in
het
herstellen
van
oude
gouvernementsgew.eren,
die
afgedankt
en
op
verscheiden
plaatsen
gebroken
werden.
Men
kocht
de
stukken
dan
als
oud
ijzer
en
fa
172
briceerde
er
opnieuw
geweren
van.
Voorts
hebben,
gelijk
aan
de
Daily
News
gemeld
is,
de
Atridi’s
herhaaldelijk
konvooien
met
goed
gevolg
aangevallen.
En
eindelijk
is
uitgekomen,
dat
de
forten
in
den
Khaiber-pas
kort
voor
den
opstand
ruimschoots
van
pa
172
tronen
zijn
voorzien
,
men
zegt
met
een
half
millioen
en
dat
niettegenstaande
een
aanvraag
om
de
bezetting
te
versterken,
afgewezen
werd.
Men
herinnert
zich,
dat
een
fort
eenigen
weerstand
aan
den
aanval
der
Afri
172
di’s
geboden
beeft
—
als
het
niet
maar
schijn
geweest
is
—
de
anderen
gaven
zich
dade
172
lijk
over
en
de
Afridi's
hadden
weer
een
aan
172
tal
geweren
en
overvloedigen
schietvoorraad.
—
De
oorzaken
van
de
typhus-epidemie
te
Maidstone,
waarover
indertijd
kolommen
vol
zijn
geschreven,
zullen
het
onderwerp
uitmaken
van
een
openbaar
onderzoek
voor
den
Local
Government
Board.
Wanneer
het
onderzoek
zal
geopend
worden,
is
nog
niet
bepaald.
—
Te
Bombay
heerscht
nog
altijd
de
pest.
Er
kwamen
eergisteren
54
nieuwe
gevallen
bij,
waarvan
37
met
doodelijken
afloop.
De
in
172
woners
ontvluchten
de
stad.
Er
zijn
tot
dusver
in
Bombay
14,257
ziek
172
tegevallen
voorgekomen,
waarvan
niet
min
172
der
dan
11,882
met
den
dood
eindigden.
Het
ware
te
wenschen,
dat
de
Engelschen
in
Britsch-Indië
denzelfden
weg
insloegen,
dien
zij
in
de
Britsch-Ohineesche
stad
Hong
172
kong
bewandelden.
Daar
is
de
pest,
die
daar
in
1894
en
1896
nogal
erg
heerschte,
thans
verjaagd.
De
ziekte
kostte
der
kolonie
bijua
1,200,000
dollars,
maar
heeft
tot
groote
verbeteringen
geleid.
Een
dichtbevolkt
Chineesch
kwartier
is
opgeruimd
,
voorschiften
zijn
gemaakt
om
overbevolking
tegen
te
gaan,
het
rioolstelsel
is
verbeterd.
De
begroeting
voor
1898
sluit
met
een
deficit
van
ongeveer
140,000
dollars,
voornamelijk
wegens
nieuwe
openbare
wer
172
ken
,
waarvan
de
kosten
door
eeue
leeniug
zullen
gedekt
worden,
Om
het
jubilee
van
Koningin
Victoria
herdenken
werd
door
de
bevolking
een
bedrag
van
89,000
dollars
bijeengebracht,
de
Kolo
172
niale
Regeering
beloofde
eene
gelijke
som,
en
het
totaal
zal
besteed
worden
voor
een
hospitaal
en
voor
den
aanleg
van
een
weg,
die
Victoria
Road
zal
heeten.
ErSbZïlCTijlZ.
De
heden
ontvangen
Parijsche
bladen
be
172
vatten
een
voor
den
gedeporteerden
voorma-
ligen
kapitein
Dreyfus
vrij
bedenkelijk
bericht.
Hot
Parket
dor
Seine
heelt
namelijk
een
onder
172
zoek
bevolen
naar
de
beschuldiging
van
eene
poging
tot
omkooperij
van
een
ambtenaar,
door
mevr.
de
wed.
Sandherr
en
den
vriend
van
wijlen
haar
echtgenoot
Penot
tegen
den
heer
Mathieu
Dreylus
ingébracht,
van
wien
zij,
zooals
bekend
is,
beweren,
dat
hij
inder
172
tijd
kolonel
Sandherr
geld,
„een
geheel
ver
172
mogen,
11
had
aangeboden,
opdat
deze
de
zaak
des
kapiteins
zoude
smoren.
Het
beweren
is
door
den
heer
Mathieu
Dreyfns
niet
alleen
bij
herhaling
openlijk
met
nadruk
weerspro-
Feuilleton.
ken,
maar
dezer
dagen
is
zelfs
gemeld,
dat
hij
een
aanklacht
wegens
laster
tegen
mevr.
Sandherr
en
den
heer
Penot
had
ingediend.
Zonderling
genoeg
heeft
men
sedert
van
deze
aanklacht
niets
meer
vernomen.
De
eommandtyit
Ravary,
rapporteur
van
den
eersten
krijgsraad,
met
de
instructie
van
de
zaak
tegen
TSterhazy
belast,
was,
zegt
de
Temps,
genoopt
geworden
om
zich
met
be
172
doelde
omstandigheid
in
te
laten.
Hij
deelde
den
officier
van
justitie
de
op
dit
bijzonder
punt
verkregen
inlichtingen
mede,
en
daarop
werd
den
rechter
van
instructie
Bertnlus
een
officieus
onderzoek
opgedragen.
In
den
loop
daarvan
had
deze
herhaalde
samensprekingen
met
den
hoer
Ravary,
getuigen
werden
ge
172
hoord,
stukken
door
een
commissaris
van
politie
geverifieerd
en
nu
heelt
gisteren
de
heer
Bertnlus
den
heer
Mathieu
Dreyfus
gehoord.
Deze
heeft
den
advocaat
zijns
broe
172
ders,
Demange,
zijne
verdediging
toever
172
trouwd.
Het
onderzoek
geldt
ook
zijnen
broeder
Léon,
maar
deze
is
in
den
Elzas.
Alsof
het
intusschen
geschreven
stond,
dat
er
in
dit
drama
met
zijne
twee
„helden"
de
evenredigheid
der
deoien
zoo
volmaakt
mo
172
gelijk
zoude
blijven,
brengen
de
bovenbe
172
doelde
bladen
uog
een
tweede
bericht,
na
172
melijk,
dat
de
heer
Mathieu
Dreyfus
zijner
172
zijds
een
nieuwe
aanklacht
en
wel
rechtstreeks
bij
den
minister
van
Justitie
heeft
iagediend
tegen
Esterhazy,
wegens
een
en
brief,
den
24en
October
ontvangen
door
den
schoonvader
zijns
gedeporteerden
broeders,
den
heer
Ha-
damard,
en
waarin
deze
en
hij
zelf
met
niets
meer
of
minder
dan
deu
dood
werden
be
172
dreigd.
De
Siècle
weet
daarvan
eigenaardige
bijzonderheden
mede
te
deelen.
In
de
„passage
de
VOpcra"
bestaat,
zegt
zij,
een
geheim
agentschap,
waar
men
uit
alle
oorden
der
wereld
brieven
geadresseerd
kan
krijgen
naar
Parijs.
Esterhazy’s
brief
uit
Londen,
kort
na
Mathieu
Dreyfus'
aan
172
klacht
door
mevrouw
Esterhazy
vertoond,
was
door
tussoheukomst
van
dat
agentschap
verzonden
:
hy
zetr
aa
toen
in
not
getieeï
„ift
v—
t
V'crsd.'iï^
wetten
nu
vóór
het
optreden
van
den
heer
Scheurer-
Kestner
ontving
de
heer
Hadamard
een
met
enkel
hoofdletters
geschreven
brief
uitLyon,
waarin
hij
en
de
heer
Mathieu
Dreyfus
ge
172
dreigd
werden,
dat,
indien
zij
zich
ten
gun
172
ste
van
den
veroordeelde
moeite
bleven
geven,
de
dood
hen
wachtte:
„leur
affaire
était
faite,
Ia
mort
était
sur
enx."
Die
brief,
als
gezegd
is,
werd
ontvangen
op
den
24en
Oc
172
tober,
d.
w.
z.
toen
de
na
am
van
Esterhazy
nog
in
het
geheel
niet
genoemd
was.
Of
al
de
getuigen
in
dezen
door
den
heer
Ravary
gehoord
zijn,
weet
de
Siècle
niet
te
zeggen.
Maar
dit
is
zeker,
vervolgt
zij,
dat
Esterhazy
vóór
alle
getuigenverhoor
de
lucht
er
van
kreeg.
„Met
een
revolver
in
den
zak,
zooals
altijd,
ging
hij
naar
het
agentschap
en
bedreigde
de
bedienden,
voor
het
geval
zij
hem
durfden
herkennen.
Ben
dor
chefs
sleepte
den
verbol
172
gen
commandant
haastig
naar
buiten,
hem
aan
’t
verstand
pogende
te
brengen
hoe
on
172
voorzichtig
zijne
handelwijze
was.
Maar
spoe
172
dig
raakten
de
tongen
los,
het
verhaal
ging
van
mond
tot
mond,
het
verwekte
groote
opschudding
in
de
inrichting
en
in
de
passage
en
verspreidde
zich
van
daar
in
de
gansche
wijk.
Het
geheime
postkantoor
had
zijn
ge
172
heim
kwalijk
bewaard
en
de
heer
Esterhazy
had
het
zijne
verraden.
—
De
leider
van
de
radicalen,
Léon
Bour
172
geois
,
gebruikt
de
korte
parlementaire
va
172
cant!
e
tot
een
rondreis
in
't
Zuiden
van
Frank
172
rijk.
Overal
behandelt
hij
het
thema,
dat
het
Kabinet-Méline
een
Ministerie
van
rallies
is,
dat
een
nieuwe
„Seize
Mai"
beproeft
(aldus
wordt
naar
deu
datum
de
onder
het
President
172
schap
van
Mac-Mahun
beproefde
poging
ge
172
noemd
om
de
reactie
te
doen
zegevieren),
en
dat
slechts
de
vereenigiug
van
alle
goede
republi
172
keinen,radicalen
en
gematigden
met
uitsluiting
van
da
arglistige
rallies,
de
Republiek
kan
be-
.
hoeden
voor
het
lot,
eene
kerkelijke
Monar
172
chie
voorloopig
zonder
Monarch
te
zijn.
—
In
de
Libre
Parole
maakt
Albert
Hon-
niot,
onder
den
titel
„Hanotaux
de
Schand
172
vlek",
er
den
Minister
van
Buitenlandsche
Zaken
en
den
Franschen
gezant
in
den
Haag
een
verwijt
van
,
dat
er
geen
verzet
is
aan-
geteekend
tegen
de
vertooning
in
Amsterdam
van
het
drama
„
Dreyfus,
de
Martelaar
van
het
Duivelseiland".
De
heer
Monniot
wijst
er
op,
dat
hierin
zeer
duidelijk
een
Fransch
officier,
Esterhazy,
als
een
verrader
wordt
gebrandmerkt.
Oosten.rljl£.
De
Burgemeester
van
de
voorstad
van
Praag
Vee
zovec,
de
Czech
Jauda,
is
in
hechtenis
genomen
wegens
het
helen
van
gestolen
goederen.
Bij
hem
in
huis
zijn
goe
172
deren
gevonden
die
met
medeplichtigheid
van
spoorwegbeambten
gestolen
waren
aan
het
station
van
de
Staatsspoorwegen
te
Praag.
Janda
wordt
ook
verdacht
van
medeplichtig
172
heid
aan
den
aanval
op
de
Duitsche
school
in
zijn
gemeente.
De
Klompenmakers
van
het
Zwarte
Woud.
Uit
het
Fransch.
xm.
DE
KAMER
VAK
MARQaRETHA.
38).
De
huishoudster,
die
niet
vermoedde
.at
Frits
in
huis
verborgen
was,
g
i
U
g
naar
haar
kijkgat.
Zij
zag
twee
geweerloopen
in
de
stralen
-
der
opkomende
zon
flikkeren.
„Ah,
weer
een
onderzoek,"
riep
zij
uit
0
p
1
den
toon
eener
vrouw
,
die
een
rein
gewe-
ten
heeft;
„men
denkt
dus
,
dat
de
woning
van
Gaspard
alle
boosdoeners
van
het
Zwarte
Woud
eene
schuilplaats
verleent".
Zij
schoof
den
grendel
van
do
deur,
en
de
burgemeester
met
vader
Kurthil
en
vier
gendarmen
traden
binnen.
Margarelha
stond
zoo
bleek
als
een
doode
achter
Catharine.
Was
zij
alleen
ge
172
weest,
dan
zou
hare
houding
haar
verraden
hebben,
maar
de
goede
huishoudster
redde
„
haar.
De
burgemeester
was
een
goed
man
en
alle
bewoners
van
Nordstetten
mochten
hem
goed
lijden.
Hij
was
houtkooper
en
heette
Jozef
Melchior
Stauffer.
„Mejuffrouw",
zeide
hij
,
het
jonge
meisje
groetend
,
„breng
mij
terstond
bij
mijn
ouden
vriend
Melzer."
mijn
vader,"
hernam
Margaretha,
terwijl
zij
Catharïna
angstig
aanzag,
„hij
is
nn
Juist
na
een
onrustigen
nacht
een
weinig
ingeslapen."
ik"
1
*-
S
ZOO
’“
*
lernam
de
huishoudster,
„en
T
d
niet,
dat
mijn
meester
onder
eenig
ütji,
voorStêT"
van
Rusland
om
den
Grieksclien
Prins
George
,
tweeden
zoon
van
den
Koning
,
tot
Gouverneur
van
Kreta
te
benoemen,
schijnt
door
de
gezanten
te
Kon-
'
atantinopel
koel
te
zijn
ontvangen.
Dat
de
Montenegrin
Petrovies
nog
niet
ia
benoemd
,
schijnt
de
schuld
te
zijn
van
den
Vorst,
wiens
rechterhand
Petrovies
is
in
het
bestuur
van
het
land.
Olxinei-
Een
Engelsch
eskader
van
twintig
oor
172
logsschepen
is
voor
het
eiland
Port
Hamilton
verschenen
en
heeft
daar
bet
anker
uitge
172
worpen.
De
Figaro
ontvangt,
in
verband
hiermede,
van
zijn
Londenschen
correspondent
het
be
172
richt
:
„De
bezetting
van
Port
Hamilton
door
een
Engelsche
vloot
van
twintig
schepen,
is
een
antwoord
op
de
handelingen
van
Duitschland
en
Rusland
in
China.
„Reeds
vroeger
was
Port
Hamilton
door
de
Engelscben
bezet
van
1885
tot
1887.
„Tijdens
die
bezetting
werd
de
kabel
ge
172
voorwendeel
gewekt
wordt.
Indien
gij
wat
te
vragen
hebt,
mijnheer
de
burgemeester,
wend
u
dan
tot
mij
of
tot
deze
juffrouw.
Dat
is
’t
zelfde,
want
de
goede
man
is
buiten
staat
u
te
antwoorden,
en
wij
niet.
Zonder
twijfel,
indien
Mijnh.
Jozef
Stauffer
.
.
.
.“
„Melchior,
mijn
kind,
ik
heet
Melchior
en
op
dit
oogonblik
zondt
gij
mij
beter
burge
172
meester
kunnen
noemen
,
want
in
deze
hoe
172
danigheid
kom
ik
hier."
Margaretha
sidderde.
„Welnu,
indien
Mijnheer
de
burgemeester
zoo
goed
wilde
zijn,
mij
de
reden
van
zijn
bezoek
te
zeggen."
„Margaretha
,“
hernam
de
burgemeester
:
„Dezen
nacht
is
een
onbekende
in
uw
tuin
gekomen."
„In
onzen
tuin,"
riep
de
huishoudster
ver
172
schrikt
uit.
De
burgemeester
hernam,
zeer
voldaan
over
den
indruk
,
dien
zijne
woorden
teweegge
172
bracht
hadden
:
„Jochel,
uw
buurman,
is
mij
heden
morgen
komen
vertellen,
dat.
hij
van
nacht
om
één
uur,
toen
hij
naar
den
hoef
172
smid
ging
voor
een
zijner
paarden,
een
man
den
muur
had
zien
overklimmen.
Dat
kan
de
schurk
wei
zijn,
die
de
boerderij
in
brand
gestoken
heeft.
Ik
ben
persoonlijk
gekomen,
om
uw
huis
te
doorzoeken,"
„Hartelijk
dank
hiervoor,
Melchior,"
her
172
nam
bet
meisje
op
ouvasten
toon,
„maar
ik
denk,
dat
onze
buurman
zich
vergist
zal
hebben
,
want
wij
zijn
den
heelen
nacht
op
172
geweest
eu
hebben
niets
gehoord."
„Maar
ik
heb
een
paar
uur
geslapen,"
hernam
Catharïna
eu
iu
mijn
droom
meen
ik,
den
hond
te
hebben
hooren
huilen,"
„Goede
hemel,"
ging
zij
na
een
oogen-
blik
voort,
„als
Joekel
eens
gelijk
gehad
had
!
Mijnheer
de
burgemeester,
verlaat
ons
toch
niet,
voor
het
heele
huis
doorzocht
te
heb
172
ben,"
„Ik
geloof;
dat
gij
u
zonder
reden
be
172
zorgd
maakt,
Catharïnahernam
hot
meis
172
je
,
„de
hond
zou
niemand
ongestraft
in
den
tuin
toelaten."
„Of
het
moesteen
van
zijne
vrienden
zijn,"
bracht
vader
Kurthil
in
’t
midden.
Margaretha
deed
,
of
zij
’t
niet
hoorde,
en
zweeg.
De
huishoudster
,
die
geen
reden
had
om
te
zwijgen,
zeide:
„De
eenige
vriend
van
den
hond
is
Frits
Wende!,
maar
gij
denkt
toch
niet,
dat
die
nn
eerst
de
misdaad
be
172
gaan
te
hebben
,
zoo
onbeschaamd
geweest
zou
zijn,
om
nog
in
den
tuin
te
komen.
Maar
wijl
Jochel
een
man
gezien
heeft,
moet
het
heele
huis
doorzocht
worden."
„Wees
gerust,
Catharina,"
zeide
Melchior,
„de
schurk
zal
ons
niet
ontsnappen.
Sluit
de
deur,
vader
Kurthil,
dat
er
niemand
uit
kan
en
steek
den
sleutel
iu
den
zak."
Toen,
zich
tot
zijne
manschappen
wendende,
voeg
172
de
hij
er
bij
:
„Ik
geef
u
recht,
op
ieder
te
schieten
,
die
beproeven
zal
te
ontvluchten
,
door
den
muur
over
te
klimmen."
De
gendarmen
laadden
hunne
geweren
en
Grietje
vroeg
bevende
:
„Catharina
,
gij
hebt
alle
sleutels
?"
„Ja,
Grietje,“
hernam
de
huishoudster,
terwijl
zij
trots
met
haar
sleutelbos
rammelde.
„Ga
dan
met
de
heeren
mee
on
leid
hen
rond,
ik
ga
naar
mijn
vader,
dien
wij
al
172
leen
gelaten
hebben."
Zij
groette
Mijnheer
Stauffer
en
verwijderde
zich,
Catharina
plaatste
zich
aan
’t
hoofd
van
den
stoet
en
sprak
:
„Zoekt,
mijne
vrienden,
maar
zorgt,
dat
ik
buiten
gevaar
blijf."
„Geleid
ons
zonder
vrees,
goede
vrouw",
hernam
de
burgemeester.
„Als
u
iets
óver
172
kwam,
zoudt
gij
aanstonds
gewroken
worden."
De
troep
ging
nu
den
tuin
in
en
onder
172
zocht
nauwkeurig
alle
schuilhoeken,
tot
de
burgemeester
eindelijk
bjj
den
muur
een
legd
tusschon
het
eiland
en
Hongkong.
Doch
reeds
toen
verklaarden
de
Engelsche
officieren,
dat
een
permanente
bezetting
voor
Engeland
kostbaar
zou
wezen
in
vredestijd
en
niet
de
minste
kracht
zou
geven
in
oorlogstijd."
Over
de
beteekenis
van
Port
Hamilton
zegt
de
Toss.
Ktg.:
„Voor
de
Russische
kust
strekt
zich
in
een
grooten
kring
het
Japausche
eilandenrijk
uit
en
sluit
het
zuidelijk
deel
van
Siberië
af
van
den
Stillen
Oceaan.
Slechts
enkele
zeeëngten
geven
tot
den
Stillen
Oceaan
toegang;
de
meesten
beboeren
tot
de
J
apauscho
wateren
en
zijn
gemakkelijk
te
sluiten.
De
belang
172
rijkste
echter
of
de
zuidelijke
doorgang
tus-
schen
Korea
en
Japan,
en
hier
ligt
Port
Hamilton,
als
sluitstuk.
Van
dit
eiland
uit,
kunnen
de
Engelsehe
troepen
niet
alleen
de
zeeëngten
tussehen
Korea
en
Japan
steeds
in
het
oog
honden,
maar
kunnen
bovendien
alle
andere
zuidelijke
doorgangen
uitmuntend
wor
172
den
bewaakt".
Thans
hoeft
Port
Hamilton
nog
een
bijzon
172
dere
strategische
beteekenis,
omdat
het
de
verbinding
tussehen
Wladiwoetoek
en
Port
Arthur
verbreekt.
.Niet
alleen
Engeland
wil
actief
deelnemen
aan
de
gebeurtenissen
in
Oost-Azië,
ook
Japan
meent,
dat
het
„er
bij
moet
zijn",
als
er
wat
te
halen
valt.
De
Japausche
regeering
verkeert
opnieuw
in
binnenlandsche
moeilijkheden;
markies
Mat-Sukata,
door
zijn
aanhangers
verlaten,
heeft
in
een
ontbinding
van
het
Parlement
kracht
trachten
te
vinden,
om
den
strijd
voort
te
zetten.
Doch
ook
dit
is
hem
mislukt.
Zijn
ontbindingsbesluit
heeft
zoo
groote
ver
172
ontwaardiging
gewekt,
dat
hij
met
zijn
kabinet
moest
aftreden.
Markies
Ito
en
graaf
Okuma
zullen
thans
trachten
een
coalitie-kabinet
te
vormen.
Zij
zullen
daarbij
echter
rekening
moeten
houden
met
de
militaire
partij,
die
nog
altoos
niet
verzoend
is
met
de
wijze,
waarop
in
1896
de
vrede
tussehen
.Tanar.
rui—
Deze
zeer
sterke
militaire
partij
is
tuk
op
daden.
Op
haar
aandringen
is
verleden
week
een
eskader
uit
Nagasaki
naar
de
Chineesche
wateren
vertrokken;
en
thans
wordt
een
tweede
eskader
gereed
gemaakt.
Door
krachtig
op
te
treden
wil
thans
mar
172
kies
Ito,
de
minister
die
den
oorlog
met
China
heeft
gevoerd,
trachten
de
Japansche
partijen
weer
bijeen
te
brengen
en
der
oppositie
een
wapen
tegen
de
regeering
uit
de
hand
te
slaan.
De
Chineesche
regeering
ia
bij
dit
alles
merkwaardig
kalm.
Zij
wacht
met
gelaten
172
heid
de
dingen
af
die
komen
zullen.
Een
besef,
dat
zij
haar
noodlot
toch
niet
kan
ont
172
gaan,
schijnt
haar
daden
te
besturen.
Stads-
en
Arrondissements-Nieuws,
TIEL
,
31
Dec.
Ter
algemeene
vergade
172
ring
van
de
Coöperatieve
Vereeniging
voor
fruit-
en
groentenhandel
„Gelria"
,
gisteren
morgen
in
het
Spaarbankgebouw,
waren
een
40-tal
leden
aanwezig
,
onder
wie
ook
een
lid
van
het
hoofdbestuur
der
Ned.
Maatsch.
spoor
ontdekte
door
de
worsteling
van
Frits
met
den
hond
achtergelaten.
„Ziet
gij,
Catharina,
dat
ik
gelijk
had
f
11
„Goede
hemel,
men
is
dus
niet
meer
vei
172
lig
in
zijn
eigen
huis.
Dan
kan
men
even
goed
midden
in
het
bosch
gaan
wonen,"
sprak
Catharina.
„En
dan
zegt
men
nog,
dat
de
hond
zoo'n
waakzaam
dier
is,"
merkte
vader
Kurthil
op.
„Gij
hebt
gelijk,
Kurthil,"
hernam
de
bur
172
gemeester,
„maar
de
zaak
moet
opgehelderd
worden.
Zeg
mij,
waar
zich
iemand
in
het
huis
van
Gaspard
verborgen
kan
hebben."
„Hoe
zou
ik
dat
kunnen,
deuren
en
ven
172
sters
zijn
altijd
gesloten."
Na
een
oogenblik
nagedacht
te
hebben
voegde
zij
er
bij
:
„Maar
indien
ik
den
sleutel
nu
eens
op
de
deur
had
laten
steken,
en
de
booswicht
zich
in
mijne
kamer
verborgen
had.
Komt,
mijne
vrienden,
komt
I"
„Laat
ons
eerst
het
benedenhuis
doorzoe
172
ken,"
hernam
de
burgemeester,
en
„indien
het
noodig
is,
zullen
wij
dan
aan
de
eerste
verdieping
beginnen."
„Ik
zal
u
alle
deuren
openen,"
hernam
de
huishoudster
ongeduldig.
Het
eerst
ging
zij
naar
de
serre.
De
houd
volgde
den
burgemeester
op
de
hielen,
steeds
brommende.
„Vader
Kurthil,"
zeide
Melchior
Stauffer,
„ik
geloof,
dat
het
voorzichtig
zou
zijn,
dien
hond
eerst
vast
te
leggen."
In
plaats
van
aan
dit
bevel
te
voldoen,
keek
de
veldwach
172
ter
zijn
chef
aan,
alsof
hij
zeggen
wou:
„Ik
heb
een
prachtigen
inval."
„Als
Frits
Wendol
de
schuldige
is,
zal
de
hond
ons
tot
gids
en
spion
dienen,
begrijpt
gij,"
sprak
de
veldwachter.
„Het
denkbeeld
is
goed,
en
ik
begrijp
niet,
dat
u
dat
niet
eerder
ingevallen
is.
Maar
die
hond
met
zijne
scherpe
tanden
boezemt
mij
angst
in."
„Wees
niet
bang,"
sprak
vader
Kurthil,
„als
hij
ons
den
schuldige
in
handen
speelt,
zou
er
niet
veel
bij
verloren
zijn,
zoo
hij
iemand
van
ons
beet."
„Vooruit
dan,
en
onzen
plicht
gedaan."
Kurthil
ging
eu
toen
de
burgemeester
hem
wilde
volgen,
voelde
hij
eene
kleine
hand
hem
by
den
arm
grijpen,
’t
Was
Margaretha
Melzer,
„Mijnheer,"
zeide
zij
met
eene
ontroerde
stem,
„ik
wachtte
met
ongeduld
het
oogen
172
blik,
om
u
alleen
te
spreken.
De
burge
172
meester
zag,
dat
het
jonge
meisje
sidderde
en
beurtelings
rood
en
bleek
werd,
terwijl
de
tranen
haar
in
de
oogen
kwamen.
„Welnu,
beste
meid,"
zei
de
goede
man,
„spreek
op,
wat
scheelt
er
aan.
Ik
heb
u
als
kind
zien
opgroeien
en
meermalen
hebt
gij
op
mijn
knie
gezeten,
vertrouw
uw
ver
172
driet
dus
gerust
aan
mij
toe."
„O,
wat
zijt
gij
goed,
mijnheer
Stauffer,
ik
heb
dan
ook
in
niemand
vertrouwen,
dan
in
u
alleen
en
ik
zal
tot
u
spreken,
als
tot
een
biechtvader."
„Maar,
Grietje,"
hernam
de
burgemeester,
ongerust
over
de
wending,
die
het
gesprek
nam,
„bedenk,
dat
ik
eene
belangrijke
taak
heb
te
vervullen,
en
vertrouw
mij
niets,
dat
mij
van
mijn
plicht
zou
kunnen
afbrengen."
„Gij
moet
naar
eene
openbaring
luisteren,
die
ik
ónmogelijk
langer
verzwijgen
kan.
Ik
ken
uwe
vriendschap
voor
mij
en
ik
weet,
dat
gij
een
geheim,
dat
aan
uwe
eer
toever
172
trouwd
wordt,
niet
zult
schenden.
Gij
hebt
nooit
een
onschuldige
veroordeeld,
gij
hebt
nooit
iemand
verstoeten,
die
u
op
de
knieën
smeekte,
welnu,
verstoot
mij,
uwe
kleine
Grietje,
dan
ook
niet,
als
zij
genade
en
ver
172
giffenis
komt
vragen."
(Wordt
vervolgd).
jfÊBÊÊtJ